Samenvatting van alle hoofdstukken van klinische pathologie voor de BVP van de anesthesiemedewerker en operatie-assistent. Anatomie en ziekteleer samen. Aantekeningen uit de lessen zijn verwerkt in de samenvatting.
,Hoofdstuk 2 Cytologie en histologie
Cytologie gaat over losse cellen, uit een uitstrijkje of lichaamsvocht. Histologie is het
beoordelen van weefsels verkregen via een biopt.
2.1 Cellen en organellen
Cellen bestaan uit:
- Nucleus, bevat DNA met de genetische code
voor eiwitten.
- Cytoplasma, celgel.
Mitochondriën, leveren energie door stoffen uit
voeding en zuurstof om te zetten in
- CO2, H2O en ATP (energie). In
hartspierweefsel zitten veel mitochondriën
zodat er veel energie geleverd kan worden.
Heeft zijn eigen DNA.
- Korrelig/ ruw endoplasmatisch reticulum
bevat ribosomen die aminozuren koppelen tot
eiwitten. In levercellen worden aminozuren
gekoppeld tot bloedeiwitten.
- Golgi-complex verwerkt producten uit het ER en slaat ze
op. In kliercellen zit een uitgebreid golgi-apparaat om
hormonen te bewerken en te bewaren.
- Lysosomen, belletjes met agressieve enzymen die micro-
organismen af kunnen breken, belangrijk in afweercellen.
Cellen zijn omgeven door een membraan met 2 fosfolipiden
lagen. Hydrofiele kop naar de buitenkant, hydrofobe staart naar
de binnenkant.
2.2 DNA
Menselijke cellen (m.u.v. geslachtscellen) zijn diploïd en beschikken dus over twee sets
genen (2n), een van de moeder, een van de vader. Alle celkernen van een individu bevatten
dezelfde genetische code, verdeeld over 46 chromosomen. 22 paar autosomen, 1 paar
geslachtshormonen (XX of XY). X-chromosoom bevat hormonale informatie en genen met
codes voor stollingseiwitten en spiervezels. Y-chromosoom is voor de aanmaak van
testosteron.
2.3 Eiwitten
Albumine, hemoglobine, immunoglobulinen, collageen, insuline en enzymen. Eiwitten
bestaan uit lange ketens aminozuren, waarbij de volgorde de vorm en functie bepaald.
Enzymen zijn eiwitten die stoffen binden en met elkaar laten reageren.
2.4 Eiwitsynthese
De 23 chromosomenparen bevatten DNA-ketens, een gedraaide ladder met op elke trede
een basepaar:
Adenosine tegenover Thymine
Cytosine) tegenover Guanine
Drie basenparen (triplet) coderen voor een aminozuur. Niet gebruikte genen zijn afgedekt en
veelgebruikte DNA-codes komen open te liggen om overgeschreven te worden.
5
, 2.5 Transcriptie
Als de cel behoefte heeft aan een eiwit wordt het benodigde deel van het DNA een recept
overgeschreven: messenger RNA. Transcriptase (overschrijfenzym) is onmisbaar. Dit splijt de
ladder en vormt messenger-RNA met de DNA-helft als matrijs:
Tegenover C komt G
Tegenover G komt C
Tegenover T komt A
Tegenover A komt U(racil)
RNA is een enkelstreng, en geen ladder. Na afsplitsing van niet-coderende stukken verlaat
het messenger RNA de celkern om bij ribosomen te komen. De DNA-ladder sluit weer als het
recept is overgeschreven en blijft in de celkern.
2.6 Translatie
Wat op het messenger RNA staat wordt uitgevoerd door de ribosomen en het
endoplasmatisch reticulum. Deze koppelen het daarop gecodeerde aminozuur die zijn
gemerkt met transport-RNA. Tegenover elke C, G, A, U, komt respectievelijk een G, C, U, A
op het transport-RNA.
2.7 Celdeling
Groei en herstel van weefselverlies vindt plaats door middel van mitose. Bij deling komt uit
een cel twee dochtercellen, identiek en gelijk aan oorsprong.
- Profase, vorming van spoelfiguur
(micortibuli), het kernmembraan
verdwijnt (DNA komt los in de
cel). Spiralisatie (DNA wordt
opgerold tot X vormig
chromosoom) en aanhechting
middels centromeer (X vorm).
- Metafase, microtibuli slepen de
chromosomen naar het midden.
Alle centromeren liggen in het
evenaarsvlak (midden verticaal).
- Anafase, microtibuli trekken de
chromatiden uit elkaar en
worden zusterchromosomen.
- Telofase, de cel strekt nog verder
en er wordt een celkern gevormd
rond chromosomen.
Meiose is de deling van geslachtscellen in de geslachtsorganen. Dit gebeurt in twee fasen:
- Eerste Meiotische deling: Tijdens de profase wisselen de chromosomen stukjes DNA
uit → dit heet crossing over om te zorgen dat de dochtercellen niet identiek zijn.
Tijdens Anafase 1 worden zusterchromosomen gescheiden. Zo ontstaan twee
haploide cellen met 23 chromosomen en 46 DNA strengen
- Tweede Meiotische deling: In het tweede deel van de meiose begint de situatie met
tweemaal 46 DNA strengen en 23 chromosomen. Dit wordt verdeeld over 4 cellen
waardoor er een eindstand is met 4 cellen met 23 chromosomen bestaande uit 23
strengen DNA.
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MauGr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.40. You're not tied to anything after your purchase.