100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting NIBE SVV WFT Basis $9.39
Add to cart

Summary

Samenvatting NIBE SVV WFT Basis

 371 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 100 pagina's voor het vak Financieel Adviseur aan de HZ

Preview 3 out of 100  pages

  • November 11, 2014
  • 100
  • 2014/2015
  • Summary
avatar-seller
WFT Basis
Hoofdstuk 1: Doelen bereiken met financiële plannen

Noodzakelijke doelen:
- te maken rechtszekerheid
- onderdak kleding voedsel
- aandachtsgebieden:
o vermijden acuut geldtekort
o aflossen van schulden
o levensonderhoud oude dag
o levensonderhoud nabestaanden
o inkomensdaling door ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid

Streefdoelen:
- gericht op een aangenamer leven
- voorbeelden:
o onderbreken loopbaan voor studie/kinderen/rustperiode
o stoppen met werken voor de pensioendatum
Wensen:
- liggen op het gebied van luxe
- voorbeelden zijn:
o elke twee jaar nieuwe auto
o avontuurlijke vakanties
o iedere maand uit eten

Aankoop van een huis behoort niet tot de noodzakelijke doelen. Je kunt ook huren.

Liquiditeitsplan:
- wanneer de consument het doel zal realiseren
- én welk geld bedrag hiermee gemoeid is
- je krijgt zicht op de te verwachten inkomsten en uitgaven
- ook indicatie voor besparingen

Vermogensplan:
- hulpmiddel om te laten zien uit welke bron de consument zijn doel financiert
- én hoe deze bron zich in de tijd ontwikkelt
- kan worden uitgebreid met incidentele inkomsten en uitgaven, zoals vakantiegeld,
eindejaarsuitkering, (erfenissen en bonussen beter niet opnemen)

Twee financieringsbronnen:
- Persoonlijk vermogen
o Verschil tussen bezittingen en schulden
o Positief kan ik twee vormen aanwezig zijn: liquide middelen(geld) en belegde
middelen(spaar te goed, aandelen, vastgoed)
o Groeit door eigen stortingen en door de ontvangen rente
- Vreemd vermogen
o Vermogen dat van een andere partij is geleend
o Moet vergoeding voor worden betaald
o Moet terug worden betaald

Liquideren:
- Vrijmaken van geld uit een belegging
Zie pagina 7!!

,Hoofdstuk 2: Doelen financieren met persoonlijk vermogen

Doelen die gefinancierd kunnen worden met persoonlijk vermogen:
- Financiële zekerheid
o Heet ook wel zekerheidsmotief/zekerheidssparen/lastenegalisatie
o Financiële buffer aanleggen om fluctuaties van inkomsten en uitgaven op te
vangen. Maanden met een tekort worden opgevangen met maanden met een
overschot.
o Een vooraf gesteld spaardoel ontbreekt.
- Consumptief doel
o Heet ook wel ‘sparen vanuit het doelmotief’ en doelsparen.
o Er is een duidelijk bestedingsdoel(nieuwe auto).
o De prijs van het doel zal de maandelijkse inkomsten vaak ruimschoots
overtreffen.
- Levensreserve
o Heet ook wel ‘sparen vanuit vermogensmotief’ of vermogenssparen
o Bedoeld om daling van het inkomen op te vangen.
o Rentenieren: kleine onttrekkingen waardoor het vermogen stabiel blijft of zelfs
verder aangroeit. Dus onttrekkingen ≤ rendementen.
o Interen: onttrekkingen van meer dan een paar procent kunnen niet meer worden
gecompenseerd door vermogensgroei. Het vermogen neemt geleidelijk af.


Hoofdstuk 3: Doelen financieren met vreemd vermogen

Doelen die gefinancierd kunnen worden met persoonlijk vermogen:
- Acuut liquiditeitstekort:
o Liquiditeitstekort: uitgaven overtreffen inkomsten
o Behoefte aan kort vreemd vermogen
o Consument lost de lening af in een maand met meer inkomsten dan uitgaven.
o Rekening-courantkrediet: rood staan oftewel debetstand  van de bank mag
consument een tekort op de betaalrekening hebben.
o Doel consument: lastenegalisatie. Net zoals bij zekerheidssparen alleen de
aanpak is anders. De geldlener laat in dure maanden een tekort ontstaan en vult
dit achteraf aan in maanden met overschotten. Geldlener heeft geen financiële
buffer en daardoor kwetsbaarder dan de zekerheidsspaarder.
- Consumptieve doelen:
o Lening met een looptijd van een of meer jaren.
o Bijvoorbeeld voor auto of wasmachine
o Doorlopend krediet: geldlener en geldverstrekker spreken kredietlimiet af. Tot
de limiet kan de consument naar eigen inzicht lenen en aflossen.
o Doelen consument: komen overeen met die van de doelspaarder alleen de
werkwijze is anders. De geldlener laat een tekort ontstaan door geld te lenen
voor zijn doel. Daarna moet hij zijn consumptie beperken, want hij moet de
lening aflossen en rente betalen.
- Toekomstig vermogen of inkomen:
o Consument leent een bedrag voor een doel dat op termijn geld oplevert.
o Bijvoorbeeld koop eigen huis.
o Looptijd is lang tot zeer lang.
o Je zou tientallen jaren moeten sparen om het bedrag anders bij elkaar te krijgen.
- Levensonderhoud (tijdelijk):
o Voor een korte periode mag je rood staan of een doorlopend krediet hebben,
maar niet voor langdurige financiering van het levensonderhoud. Uitgaven zijn
structureel hoger zijn dan ontvangsten. Kans op aflossing lening is minimaal.

, Hoofdstuk 4: Financiële sector in de maatschappij

Consumentenhuishouding:
- Consument/klant/cliënt: eindgebruiker van producten en diensten
- Consumentenhuishouding: samenlevingsverband dat de consument voert
(eenpersoonshuishoudens of meerpersoonshuishoudens)

Productiehuishouding:
- Maakt goederen of diensten en verkoopt deze.

Economische kringloop:
- Financieel model van de samenleving
- Twee partijen: consument en producent’
- Goederen- en dienstenstroom en geldstroom economische kringloop




o
- De vier basisstromen in de economische kringloop




o
- Productiefactoren en vergoeding
o Productiefactor o Vergoeding
o Arbeid o Loon
o Kapitaal o Rente
o Grond o Huur, pacht
o Ondernemerschap o Winst
- Economie overhit: aanbod de vraag niet kan bijhouden, stijgen de prijzen sneller dan
verwacht
- Economie koelt af: banken voorzichtiger met uitlenen van geld, consumenten hebben
minder te besteden en bedrijven komen moeilijk aan werkkapitaal.
- Stagnatie: economie groeit niet of nauwelijks  consumenten gaan minder besteden 
uitval van vraag waardoor producten onverkochte voorraad krijgen  producent moet
prijzen zakken en gaat besparen  dit voelen andere producenten  veel ontslag 
stagnatie gaat over in recessie
- Recessie: economische krimp

Consument heeft vier financiële behoeften die direct verband houden met economische
kringloop:
- Ontvangen en doen van betalingen
- Bewaren van overschotten (sparen)
- Aanvullen van tekorten (lenen)
- Financiële zekerheid (verzekeringen)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller moniekbruynseels. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.39. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

59804 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$9.39  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added