Samenvatting H45 reproductieve systemen voor dieren
4 views 0 purchase
Course
Fysiologie 2
Institution
NHL Stenden Hogeschool (NHL)
Book
Biology
Markering geel of dik gedrukt zijn belangrijke begrippen, worden afbeeldingen gebruikt, er wordt vaak aangegeven wat wel of niet belangrijk is voor op de toets die wij kregen. Het zou kunnen dat sommige dingen dus niet toepasselijk zijn voor een andere opleiding, maar die heb ik er dan wel instaan....
§1 : ASEK SUEL E EN SEK SUEL E VO O RPL AN TIN G IN HET DIEREN R IJK
Onder het dierenrijk zijn 2 vormen van voortplanting: aseksuele- (ongeslachtelijke) en
seksuele (geslachtelijke) voortplanting. Bij ongeslachtelijke voortplanting ontstaat het
nieuwe individu uit een deel van het oude individu, hierbij vindt geen meiose of
kernversmelting plaats. Doordat er voor ongeslachtelijke voortplanting geen 2e organisme
nodig is (en geen versmelting) kan dit sneller plaats vinden, populaties groeien dus
sneller. Wel is de populatie slechter bestand tegen wisselende omstandigheden en
ziektes. Ze hebben namelijk hetzelfde genotype en zijn dus snel heel
gevoelig voor ziektes.
Verschillende vormen van ongeslachtelijke voortplanting:
- Splitsing: Hierbij wordt het ouder organisme gesplitst in 2 ongeveer
even grote, nieuwe individuen. Gebeurd bijv. bij een zeeanemoon (zie afbeelding
hiernaast)
- Fragmentatie: Bij fragmentatie splitst zich een fragment af van het ouder, meercellig
organisme en ontwikkelt dit zich weer tot een nieuw organisme. Bijvoorbeeld bij een
zeester.
- Knopvorming: Hierbij ontwikkelt de dochtercel zich als uitgroeisel aan het
moederindividu waarbij het zich uiteindelijk kan afsnoeren tot een nieuw organisme. Dit
komt voor bij o.a. koraal
- Parthenogenese: Hierbij ontwikkeld een ei zich, zonder te worden bevrucht. IK WEET
NIET ZEKER OF DIT ONGESLACHTELIJKE OF GESLACHTELIJKE VOORTPLANTING IS! MYRIAM
HEEFT HET BIJ GESLACHTELIJK STAAN, MAAR ER VINDT GEEN BEVRUCHTING PLAATS!
Bij geslachtelijke voortplanting is er een samensmelting van 2 verschillende haploïde
cellen (n) nodig om een nieuwe diploïde (2n) cel te vormen, de zygote. Dit gebeurt door
meiose, hiervoor heb je wel 2 organismen nodig; Eén voor de eicel en één voor de
spermacel. Bij een populatie die is gevormd door geslachtelijke voortplanting zijn de
genotypen veel gevarieerder, waardoor ze beter tegen ziektes kunnen en waardoor ze
beter onder verschillende omstandigheden kunnen voortplanten. Wel groeien de
populaties minder snel, doordat er een draagtijd is etc.
In samenvatting van H13 celbiologie staat meiose uitgelegd.
Verschillende vormen van geslachtelijke voortplanting zijn:
-Extern: Bij externe voortplanting vindt de samensmelting buiten het lichaam plaats,
hierbij zit het mannetje boven op het vrouwtje en terwijl het vrouwtje eicelletjes legt,
spuit het mannetje in die eicelletjes spermacelletjes. Dit gebeurt bij o.a. amfibieën.
- Intern: Hier vindt de samensmelting van spermacel en eicel binnen het lichaam plaats.
Dit gebeurt bij zoogdieren, maar ook een heel bijzonder geval; de fruitvlieg. Deze kan de
spermacellen tot wel 2 weken bewaren en gebruikt ze pas wanneer ze een eicel gaat
leggen.
- Hermafrodiet: Hierbij komen zowel de mannelijke als vrouwelijke
voortplantingssystemen voor, hierdoor kunnen ze dus met elk organisme die ze tegen
komen vrijen. Erg handig voor dieren die bijna nooit andere tegen komen. Sommige
organismen kunnen zichzelf ook bevruchten.
- Seks-reversal: Mosselen en oesters planten zich voor door het afschieten van hun
spermacellen in water waardoor het met het water mee wordt vervoert en hopelijk bij een
vrouwtje terecht zal komen.
, De meeste dieren, of ze nu aseksueel of seksueel zijn, vertonen cycli in reproductieve
activiteit, vaak gerelateerd aan veranderende seizoenen. Deze cycli worden
gecontroleerd door hormonen, waarvan de secretie op hun beurt wordt gereguleerd door
omgevingsfactoren. Op deze manier besteden dieren alleen middelen om zich voort te
planten als er voldoende energiebronnen beschikbaar zijn en als de
omgevingsomstandigheden het voortbestaan van hun nageslacht bevorderen.
Halverwege zo’n cycli komt er een gerijpte eicel vrij, dit wordt de ovulatie genoemd.
Bepaalde organismen kunnen door grote schommelingen hun cycli aanpassen.
Bijvoorbeeld een watervlo, wanneer de omgeving niet gunstig is, kunnen ze ervoor kiezen
om zich ongeslachtelijk voort te planten, terwijl ze ook geslachtelijk kunnen voortplanten.
§2 : B EVRUC HTIN G IS AF HAN K EL IJK VAN BEPAAL DE MEC HAN IS MEN
De bevruchting kan zowel intern als extern voorkomen. Bij de bevruchting smelten de
eicel en spermacel samen. Bij bepaalde dieren gebeurt dit dus buiten het lichaam (bijv.
amfibieën), ze leggen dan eicellen en het mannetje bevrucht deze dan. Bij interne
bevruchting worden de mannelijke spermacellen in of nabij het vrouwelijk
geslachtsorgaan afgezet waarbij de bevruchting in het kanaal plaatsvindt.
Bij externe bevruchting, is het van belang om een vochtige omgeving te hebben zodat de
gameten niet uitdrogen.
De bevruchting heeft in beide gevallen een goede timing nodig. Dit kan gebeuren door:
- Feromonen: chemische signalen die hormoonsecretie triggeren tussen dieren.
- Verkering: Wanneer de externe bevruchting niet gelijk lijkt over een populatie en
individuen in duo’s lange tijd samenblijven.
- Externe factoren, zoals wind, temperatuur, waterstroom (bij bijv. kuitschieten van
vissen).
Dieren die aan interne bevruchting doen, produceren vaak minder gameten dan dieren
die aan externe bevruchting doet. Dit komt doordat bij externe bevruchting er vaak een
groot deel van die gameten verloren gaat en/of niet bevrucht wordt.
Bepaalde dieren houden na de bevruchting het embryo tijdens zijn ontwikkeling ook nog
in het kanaal van het vrouwelijke voortplantingsstelsel. Andere dieren komen juist heel
snel naar buiten en ontwikkelen zich verder in een buidel. Ook kan er gebruik worden
gemaakt van een beschermende eierschaal die om het embryo heen zit, bij de meeste
vogels is dit zo.
Gameten (de voortplantingscellen, dus eicel en spermacel) worden aangemaakt door
geslachtsklieren. Deze worden bij veel dieren aangetroffen. Niet bij alle dieren komen
geslachtsklieren voor, bij bijvoorbeeld de platworm ontbreekt deze en ontwikkelen de
sperma- en eicellen zich uit cellen die zich langs de holte
bevinden.
Een voortplantingsstelsel bestaat dus uit geslachtsklieren,
maar kan in uitgebreidere gevallen ook nog bestaan uit
andere holtes en organen om bijvoorbeeld het embryo in
te laten ontwikkelen. Bij de mens is de baarmoeder daar
een voorbeeld van. De meeste insecten hebben bij als
vrouw ook nog één of meer zakjes waarin het sperma kan
worden opgeslagen, om deze later te kunnen gebruiken. Dit soort zakjes worden
spermathecae genoemd.
Onder de gewervelde dieren verschillen er nog een klein aantal dingen in het
voortplantingsstelsel. Zo hebben sommige dieren een baarmoeder die verdeeld is in twee
kamers, terwijl andere maar één kamer hebben. Veel niet-zoogdieren hebben een cloaca.
Dit is een opening waar zowel het spijsverterings-, uitscheidings- als het
voortplantingsstelsel in uitmondt. Dit gaat dus allemaal via dezelfde opening. Bij
zoogdieren is er een apart kanaal voor het spijsverteringskanaal. Ook hebben de meeste
vrouwelijke zoogdieren een apart kanaal voor het spijsverterings-, uitscheidings- en
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller semvanwieringen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.50. You're not tied to anything after your purchase.