100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting H21 Afweer 10 voor biologie $4.34   Add to cart

Summary

Samenvatting H21 Afweer 10 voor biologie

 10 views  1 purchase
  • Course
  • Level

Een samenvatting van afweer, hoofdstuk 21 van 1o voor biologie. Deze samenvatting gaat tot paragraaf 21.12. De belangrijke woorden onderstreept. Er zijn ook plaatjes bij.

Preview 2 out of 10  pages

  • June 20, 2021
  • 10
  • 2019/2020
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Hoofdstuk 21 Afweer
§21.1 Immunologie
 Als je ziek bent geworden door een bepaald soort ziekteverwekker, word je
er niet nog een keer ziek door (immuun).
 Bepaalde witte bloedcellen blijken bij die immuniteit de ziekteverwekkers
te herkennen op de één of ander manier.
 Het vakgebied dat de menselijke afweersystemen bestudeert, heet
immunologie. Door meer kennis gaan er tegenwoordig veel minder
mensen aan infectieziekten dood.
§21.2 Afweerlinies
 Ziekteverwekkende bacteriën en virussen, schimmels, ééncellige
parasieten en parasitaire wormen kunnen schadelijk voor je zijn als ze zich
in je lichaam ongehinderd kunnen vermenigvuldigen.
 Het afweersysteem beschermt je tegen ziekteverwekkers (pathogenen).
Er zijn drie afweerlinies:
 Bij de eerste afweerlinie (externe aspecifieke afweer) moet een
ziekteverwekker het lichaamsoppervlak passeren. Hierbij zorgt het
dekweefsel aan de buitenkant en in de lichaamsholten voor een barrière
door een ondoordringbaarheid. Het is aangeboren.
 De tweede afweerlinie (interne aspecifieke afweer) bestaat uit acties van
bepaalde witte
bloedcellen  Aspecifieke afweer Specifieke afweer
(macrofagen). Het 1 en 2 afweerlinie
ste de
3 afweerlinie, immuunsysteem
de


zijn fagocyten die valt meerdere typen ziekteverwekkers
ofwel aan valt één type ziekteverwekker aan
ziekteverwekkers weerstand blijft gelijk na herhaalde weerstand neemt toe na
zelf ofwel infectie herhaalde infectie
aangetaste aangeboren verworven
lichaamscellen Tabel 1. Overzicht van de belangrijkste verschillen tussen aspecifieke en
opruimen door ze op specifieke afweer
te eten. Het is
aangeboren.
 Als de tweede afweerlinie niet sterk genoeg is om ze uit te schakelen,
wordt de derde afweerlinie (specifieke afweer) ingeschakeld. Een antigeen
wordt door lymfocyten uitgeschakeld. De derde afweerlinie reageert met
de activering en vermeerdering van antigeen specifieke T-lymfocyten en B-
lymfocyten (T-cel thymus en B-cel beenmerg), behalve directe
uitschakeling van de T-cellen, zorgen de B-cellen voor de vorming van
antistoffen die gericht zijn tegen het specifieke antigeen.
 De weerstand neemt toe bij herhaalde infectie, doordat er geheugencellen
gevormd worden.
§21.3 De eerste afweerlinie
 Bij diarree komt een bacterie in het darmkanaal binnen
via besmet voedsel of drinken en die bacterie maakt
toxische eiwitten.
 In de mond wordt de bacterie aangevallen door het
enzym lysozym dat in het speeksel zit. Het is een enzym
dat de celwand van de bacterie afbreekt. Overleeft?
Door mondholte naar keelholte (slijm producerende
cellen)
 In de maag heerst een extreem ongunstig milieu voor
bacteriën -> lage pH tussen 1,5 en 2,5, eiwit verterende
enzymen beschadigen het celmembraan van de
bacteriën.

,  Overleeft? Naar twaalfvingerige darm, dunne darm en dikke darm.
 In de dikke darm zijn er autochtone bacteriën van je darmflora (helpen met
vertering van cellulose). Ze scheiden stoffen uit om de vreemde bacterie
te bestrijden.
 Bacteriën kunnen overleven in ongunstig milieu door zich in te kapselen
spore.
 Je huid (laag dode, verhoornde cellen) is ondoordringbaar voor de meeste
micro-organismen, een fysische barrière.
 Zweetklieren en talgklieren scheiden melkzuren en vetzuren af. De
hierdoor verlaagde pH remt de bacteriegroei.
 In de neus worden de ziekteverwekkers tegengehouden door neusharen en
weggevangen dor slijm van het neusslijmvlies.
§21.4 De tweede afweerlinie
 Toch komen er nog veel ziekteverwekkers je lichaam binnen (via een
wondje of via de slijmvliezen van het ademhalingsstelsel).
 Als de ziekteverwekker is binnengedrongen ben je besmet. Als het
vermenigvuldigt in het lichaam ontstaat er een infectie (ontsteking).
 De tijd vanaf de besmetting tot het optreden van de ziekteverschijnselen
heet incubatietijd.
 Bij een besmetting zorgen witte bloedcellen (leukocyten) voor de
verdediging. Je hebt verschillende leukocyten.
 Lymfocyten, dendritische cellen en monocyten (macrofagen in het
weefsel), granulocyten, ‘natural killer’-cellen en mestcellen. Alles hoort bij
tweede afweerlinie behalve lymfocyten.
Fagocyten, dendritische cellen en ‘natural killer’-cellen
 Granulocyten en monocyten kunnen amoeboïde bewegingen maken en
van vorm veranderen -> kunnen ze het bloedvat verlaten op de
geïnfecteerde plek.
 Bacteriën worden door granulocyten en macrofagen opgegeten. Deze witte
bloedcellen worden ook wel fagocyten genoemd. De granulocyten gaan
door de fagocytose zelf dood en macrofagen blijven ongedeerd.
 Macrofagen zijn langzamer maar wel groter en leven langer en hebben een
veel grotere capaciteit. Ook waarschuwen ze de rest dat er een ‘aanval’
bezig is.
 Binnendringers worden door monocyten en macrofagen op drie manieren
herkent: receptoren aan de buitenkant van bacterie, door de aanwezigheid
van immunoglobine (G) of van complement-moleculen op het membraan.
 Dendritische cellen bevinden zich op plaatsen daar waar ziekteverwekkers
kunnen binnendringen (huid, slijmvlies). Zij controleren het lichaam
voortdurend op aanwezigheid van antigenen.
 Als het een antigeen tegenkom wordt hij geactiveerd en gaat de
aanwezigheid op twee manieren gemeld worden: door stoffen te maken
(cytokine en chemokines) die de derde afweerlinie activeren en ook door
het antigeen te presenteren aan de cellen in de derde afweerlinie die het
onschadelijk maken.
 Fagocyten kunnen niet bij een infectie met een virus het bestrijden omdat
een virus in lichaamscellen zit waar ze zich vermenigvuldigen. En
fagocyten kunne lichaamscellen niet ‘opeten’.
 Als een virus een lichaamscel binnendringt laat het viruseiwitten achter
aan de buitenkant van het celmembraan -> ‘natural killer’-cellen kunnen
wel aanvallen.
 Ze kunnen die lichaamsvreemde eiwitten opsporen en aanvallen. Ze
maken contact met het andere celmembraan en scheiden membraan

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pauline36. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.34  1x  sold
  • (0)
  Add to cart