100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Boekje marktgedrag samenvatting $4.31   Add to cart

Summary

Boekje marktgedrag samenvatting

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Een samenvatting van boekje marktgedrag. Alle belangrijke woorden zijn onderstreept.

Preview 2 out of 6  pages

  • June 20, 2021
  • 6
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Hoofdstuk 1 Overgeleverd aan de markt
 De prijs van een product bepaalt mede of het product wordt gekocht of niet.
 De vraag naar een product en het aanbod ervan worden dus vooral bepaald door de
prijs.
§1.1 De markt van merkloze zwarte T-shirts
 Als een product in de ogen van een consument identiek zijn, zijn de goederen dus
homogeen -> gevolg is dat consument alleen op de prijs let.
 Bij een aanbodoverschot is het aanbod bij een bepaalde prijs groter dan de vraag ->
prijs gaat dalen.
 Bij een vraagoverschot is de vraag bij een bepaalde prijs groter dan het aanbod ->
prijs zal stijgen.
 Zolang vraag en aanbod niet aan elkaar gelijk zijn, zal de prijs van een product
veranderen. De prijs die in een evenwicht van vraag en aanbod tot stand komt is de
evenwichtsprijs of marktprijs.
 Het proces van prijsaanpassingen dat optreedt bij vraag- en aanbodoverschotten van
een product noemen we het marktmechanisme of prijsmechanisme.
 Volledige mededinging of volkomen concurrentie: marktvorm met een groot aantal
vragers en aanbieders, homogene producten, vrije toe- en uittreding en volledige
transparantie. De individuele vrager of aanbieder heeft geen invloed op de prijs.
 Volledig transparant betekent dat de vragers en aanbieders geïnformeerd zijn over
de aard van het product en de prijs waartegen het wordt verhandeld.
 Een marktvorm geeft aan of er veel of weinig concurrentie op een markt is.
 De marktvorm volkomen concurrentie is een theoretische marktvorm.
§1.2 Op zoek naar maximale winst
 De gemiddelde opbrengst (GO) of de opbrengst per stuk is altijd gelijk aan de
verkoopprijs.
 Het kenmerkende van volledige mededinging is dat de marginale opbrengst ook gelijk
is aan de prijs. Omdat de marktprijs bij elke afzet gelijk is, zal bij een toename van de
afzet met één product de marginale opbrengst gelijk zijn aan de prijs van de extra
verkochte eenheid.
 Prijsafzetlijn is bij volledige mededinging een horizontale lijn: de individuele
producent heeft geen enkele invloed op de prijs en hij kan bij die prijs onbeperkt
aanbieden.
 Bij een toename van aanbieders verschuift de collectieve aanbodlijn evenwijdig naar
rechts -> bij elke prijs wordt het aanbod groter.
 Het grotere aanbod als gevolg van de toetreding leidt tot een druk op de prijs ->
winstmarge daalt.
 Het proces van toetreding en prijsdaling stopt als de winstmarge nul is en de winst is
verdwenen -> bedrijfstakevenwicht. De prijs is gedaald en gelijk aan de gemiddelde
totale kosten.
§1.3 Verschuivende aanbodlijn en vraaglijn
 Bij afname van het aantal aanbieders verschuift de collectieve aanbodlijn naar links,
bij dezelfde prijs is er minder aanbod.
 Als het aantal aanbieders verandert, verandert in de aanbodfunctie Qa = aP + b
 Nog meer oorzaken van verschuiving lijn: stijging kosten per product, loonsverhoging,
daling van kosten per product en overheidsingrijpen zoals heffingen en subsidies.

,  Als er een invoerheffing is van 5 euro verandert de aanbodfunctie -> door
invoerheffing nemen kosten per product toe zodat winstmarge daalt -> aanbodlijn
verschuift -> P wordt vervangen door P – heffing.
 Door de subsidieverlening van 10 euro verandert de aanbodfunctie -> de kosten per
product nemen af zodat winstmarge stijgt -> producent doet lagere prijs zonder dat
winstmarge daalt -> aanbodlijn verschuift naar beneden -> P + subsidie.
 Door een toename van het aantal vragers verschuift de collectie vraaglijn naar rechts,
want bij dezelfde prijs is er meer vraag.
 Door een afname van het aantal vragers verschuift de collectieve vraaglijn naar links.
 Dus als het aantal vragers verandert, verandert de constante factor ‘b’ in de
vraagfunctie: Qv = aP + b
§1.4 Arbeidsmarkt
 De toetreding op de arbeidsmarkt is beperkt.
 Geschoold werk vereist meestal een diploma, zodat toetreding niet altijd mogelijk is.
 Uittreding is ook niet vrij -> vaak is er sprake van een opzegtermijn.
 Arbeid is niet homogeen, niet transparant.
 Vraag en aanbod bepalen de prijs (loon) en de hoeveelheid (werkgelegenheid).
 Omdat in werkelijkheid niet aan alle kenmerken van volkomen concurrentie wordt
voldaan, noemen we de arbeidsmarkt een imperfecte markt.
 Een collectieve arbeidsovereenkomst is een overeenkomst over het loon en andere
arbeidsvoorwaarden, die per bedrijf of bedrijfstak wordt afgesloten tussen
vakbonden en werkgeversbonden.
 Door als collectief te onderhandelen kunnen vakbonden een hoger loon afdwingen
dan wanneer elke werknemer individueel zou onderhandelen -> lonen kunnen stijgen
 Het minimumloon legt een bodem in de prijs van arbeid.
 Het loon van de laagstbetaalden, de onderkant van de arbeidsmarkt, wordt dan niet
bepaald door het prijsmechanisme maar door de overheid.
Hoofdstuk 2 De enige aanbieder
§2.1 Monopolie
 Een octrooi of patent is het exclusief recht op de commerciële exploitatie van een
uitvinding.
 Wanneer een onderneming als enige een bepaald product aanbiedt en er dus geen
concurrenten zijn, is deze onderneming een monopolist.
 Natuurlijke monopolie: de schaalvoordelen zijn zo groot dat er op de markt slechts
plaats is voor één aanbieder -> er zijn hoge constante kosten.
 Wettelijke monopolie: een producent heeft door een patent of octrooi het
alleenrecht op de productie van een goed of dienst.
 Voor de monopolist biedt de schaalgrootte een ‘natuurlijke’ bescherming en voor
nieuwkomers is het een toetredingsbarrière.
 De toetredingsbarrière is sterker als de kosten van toetreding verzonken kosten
kunnen worden.
§2.2 Prijsafzetter
 Een monopolist kan zelf de prijs bepalen, hij is de prijszetter.
 Bij een te hoge prijs haken klanten af en kiezen een aantal voor een substituut.
 Monopolies zijn gebaseerd op de bescherming door een octrooi, kunnen last hebben
van piraterij (afzet daalt) -> vervalsingen van Rolex horloges.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pauline36. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.31
  • (0)
  Add to cart