AMERIKAANSE GESCHIEDENIS
LES 1. DE PURITEINSE GEEST
1. ONTDEKKINGSREIZEN
o 15e - 16e eeuw: ontdekkingsreizen.
mogelijk door nieuwe technologieën (kompas, buskruit, boekdrukkunst, ...).
o Verschillende motieven:
Politiek-economisch: vorsten willen macht uitbreiden buiten Europa.
Zoektocht naar specerijen, goud en ivoor.
Religieus: bekeringsdrang.
o 1492: ontdekking van de nieuwe wereld door Christopher Columbus in opdracht van Spanje.
Landde in de Bahamas, noemde dit "San Salvador".
Dacht dat hij in Indië was.
o 1499: Amerigo Vespucci besefte dat het om een nieuw continent ging.
Amerika werd vernoemt naar hem.
2. KOLONISATIE
o Spanje.
Midden- en Zuid-Amerika.
Bevolkingskolonisatie.
Veel Spaanse kolonisten.
o Frankrijk.
Quebec en Montréal.
Louisiana.
New Orleans
Weinig Franse kolonisten.
o Republiek.
Aanvankelijk de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC).
Fort Oranje.
Eerst bestuur door VOC, daarna door WIC.
Nieuw-Amsterdam.
Door nieuwe West-Indische Compagnie (WIC).
Weinig Nederlandse kolonisten.
Engeland veroverde gebieden van de Republiek.
Nieuw-Amsterdam werd New York.
o Engeland.
Kolonies tussen Atlantische Oceaan en Appalachian Mountains.
Natuurlijke grenzen.
Andere mentaliteit dan Spanje, Frankrijk en de Republiek.
Engeland wilde zich permanent vestigen, de andere landen wilden snel rijk worden en
daarna de kolonies verlaten.
Motieven:
Politiek en economisch gewin voor de Stuarts.
Zuch naar avontuur en rijkdom voor individuen.
Betere economische vooruitzichten dan in Engeland door economische crisis.
Hunkering naar godsdienstvrijheid.
Anglicanisme was onverdraagzaam.
o 3 types koloniën:
Compagnie koloniën.
In handen van een vennootschap.
1
, Eigenaarskoloniën.
Geschonken door koningen aan particulieren.
Kroonkoloniën.
Koloniën die eigendom zijn van de vorst.
Vaak worden eigenaarskoloniën uiteindelijk kroonkoloniën.
3. DE ENGELSE KOLONIËN
3.1 DE ZUIDELIJKE KOLONIËN
o Zuiden: Chesapeake Bay-gebied.
Virginia.
Eerste kolonie, vernoemd naar de Virgin Queen Elisabeth.
Motief stichting: winstbejag.
Eerste stad: Jamestown (1607).
Aanvankelijk een mislukking: droogte, ziekte en honger 1/3 stierf.
John Smith legde werkdiscipline op en redde alles.
Telen van tabak economische situatie beterde door grote Engelse vraag.
Engeland verscheepte veroordeelden, wezen, ... naar Virginia om daar te werken op de
plantages.
Indentured servants = vrijwillige Engelse arbeiders in Virginia.
Mislukte: velen stierven door ziekte.
Oplossing: slavenarbeid (vanaf 1670).
House of Burgesses (1619): gekozen representatieve democratie in Virginia.
Door opkomst aristocratie verdwijnt dit.
Plantage economie gebaseerd op slaven.
Maryland.
Gesticht in 1634 door Lord Baltimore.
Eigenaarskolonie.
Toevluchtsoord voor vervolgde katholieken.
Merendeel inwoners was katholiek, in tegenstelling tot andere kolonies.
Tabaksteelt en verscheping naar Engeland.
Georgia.
Aanvankelijk een eigenaarskolonie.
Later een kroonkolonie.
Genoemd naar George II.
Stad Savannah.
North- and South-Carolina.
Noord: tabaksteelt.
Zuid: focus op rijst en indigo veel Afrikaanse slaven nodig.
Geen steden in de zuidelijke koloniën.
3.2 DE NOORDELIJKE KOLONIËN
o Noorden: New England.
Massachusetts.
Belangrijkste en grootste kolonie.
Pilgrim Fathers: met schip Mayflower naar nieuwe wereld vanwege godsdienstig motief.
Wilden breuk met Anglicaanse kerk. Stichtten kolonie Plymouth (1620). Slechte natuurlijke
omstandigheden.
Puriteinen: wilden Anglicaanse kerk zuiveren. Gebaseerd op calvinisme en predestinatie.
Massachusetts Bay Company op weg met schip Arabella naar de nieuwe wereld.
2
, John Winthrop: stichter kolonie Massachusetts en eerste gouverneur.
Gaf preek en pleitte voor hechte samenwerking en een kerkelijke gemeenschap.
Nieuwe hoofdstad: Boston. Geen tolerantie voor andere religieuze opvattingen. Focus op
handel scheepsvaart en -bouw. Hierdoor ontstond er een handelsaristocratie in steden.
Grote aandacht voor onderwijs: om Bijbel te kennen en begrijpen (1637: Harvard College).
Hij omschreef de nieuwe kolonie in Massachusetts als "a city upon a hill". Deze woorden
kwamen vaak terug in inaugurele redes en States of the Union door vss presidenten. Het
moet fungeren als een baken van hoop voor de rest van de wereld.
New Hampshire.
Tot 1680 deel van Massachusetts.
Rhode Island.
Religieuze tolerantie.
Connecticut.
3.3 DE MIDDEN KOLONIËN
o Midden: middle colonies.
New York.
Kroonkolonie.
New Jersey.
Kroonkolonie.
Delaware.
Kroonkolonie.
Pennsylvania.
Eigenaarskolonie van William Penn.
Religieuze tolerantie.
Hoofdstad: Philadelphia.
Kolonisten hadden het moeilijk in het begin kregen hulp van Indiaanse stammen.
Steeds meer kolonisten steeds meer conflict met natives.
4. BESTUUR VAN DE KOLONIËN
o Hoofd: gouverneur.
o Ook lokaal bestuur en autonomie.
Door grote afstand koloniën en moederland.
o Strikte handelswetten: enkel met Engelsen.
Zuidelijke koloniën verzetten zich hier tegen.
o 18e eeuw: De Crèvecoeur schrijft over de nieuwe zelfbewuste Amerikaan.
Kind van de Verlichting.
Verheerlijkte de frontiers.
Enthousiast over Amerikaanse beschaving.
Tegen slavernij (vooral in het zuiden).
5. "DE PURITEINSE GEEST"
o De Puriteinse geest leeft verder in de hedendaagse Amerikaanse cultuur:
Langer werken, minder/geen vakantie.
Belang kerkelijk leven in sociaal verkeer.
Zeer mobiel, daarom is kerk zo belangrijk.
3
, LES 2. REVOLUTIE EN GRONDWET
1. REVOLUTIE
o Onafhankelijkheidsstrijd 13 koloniën.
o Na onafhankelijkheid: grondwet.
o Ontwikkelingen 18e eeuw:
Helft bevolking Engelsen, helft bevolking Schotten, Ieren, Duitsers, ...
Veel sekten en kerkgemeenschappen.
95% leefde op platteland, 5% in steden.
80% blank, 20% gekleurd.
Puritanisme verdween.
Economische welvaart.
Geen standenmaatschappij.
Politiek vergaande democratisering.
Deze voorspoed en vrijheid leidde tot een breuk met Engeland.
o Zevenjarige Oorlog: 1756-1763.
Frankrijk >< Engeland.
Overzee + op continent.
Frankrijk wilde grotere claim door gebieden te verbinden met Canada.
Grensconflicten met Engeland.
Engeland won.
Door nonchalisme Frankrijk.
1763: vrede van Parijs.
Engeland kreeg Franse gebieden.
Uitbreiding Engels gebied.
Franse rol in Noord-Amerikaans continent uitgespeeld!
o Na Engelse overwinning:
Strak koloniaal beleid.
Botsing met kolonisten.
1763: Proclamation Line.
Kolonisten mochten zich niet ten westen van deze lijn vestigen.
Belastingen heffen bij kolonisten.
1765: Stamp Act = heffing op alle drukwerk.
Zonder overleg, veel verzet.
Protestgroep Sons of Liberty: kooplieden en juristen.
1770: Boston Massacre = soldaten schieten op betogers.
1773: Boston Tea Party = kolonisten dumpen Engelse theelading in zee.
"No taxation without representation."
Kolonisten werden niet vertegenwoordigd in Brits parlement.
Engeland accepteerde protest niet.
Leidde tot verder verzet en ontstaan gevechtseenheden.
o 1774: Eerste Continentaal Congres.
Bijeenkomst vertegenwoordigers van de koloniën.
In Philadelphia.
Anti-Brits.
20% loyalisten: willen wel een band met Engeland.
40% opstandelingen.
40% had nog geen keuze.
Slaven sloten aan bij de opstandelingen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller konameurisse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.67. You're not tied to anything after your purchase.