Samenvatting Parlementaire democratie en rechtsstaat
8 views 1 purchase
Course
Maatschappijleer
Level
HAVO
Samenvatting van parlementaire democratie en rechtsstaat. Van Dilemma van methode Malmberg. Alle 7 paragrafen van parlementaire democratie: wie lost onze problemen op? Beslissen we zelf? Kiezen we voor meer vrijheid of gelijkheid? Wie heeft de macht? In het stemhokje is iedereen gelijk. maar daarbu...
Hoofdstuk 1: Parlementaire democratie
Pararaaf 1: Wie lost onze problemen op?
Een maatschappelijk probleem los je niet in je eentje op. Er zijn altijd meer personen en instantie bij betrokken. Een
maatschappelijk probleem heeft 4 kenmerken:
- Betreft groepen mensen
- Vraagt om een gemeenschappelijke oplossing -> politiek moet helpen
- Aandacht in de media
- Veroorzaakt door een maatschappelijke verandering
Een maatschappelijk probleem bevat dus:
- Verschillende actoren
- Met tegengestelde waarden en normen en/of tegengestelde belangen
- Een vraagstuk voor de politiek
Voorbeelden maatschappelijk probleem: zwarte pieten discussie, aardbevingen in Groningen, geweld, criminaliteit
en de coronacrisis omdat we niet weten hoe het opgelost moet worden (geld).
Bij het oplossen van een probleem zijn verschillende opvattingen (meningen). Deze hangen vaak samen met
verschillen in waarden en normen en met het tegengestelde belangen. Een waarde is een principe dat mensen
belangrijk vinden in het leven. Een norm is de verwachting hoe mensen zich behoren te gedragen. De norm wordt
vervolgens vaak vertaald in wetten en regels.
Waarde: respect
Norm: je gedraagt je netjes tegenover de scheidsrechter
Regel: je krijgt ‘geel’ als je de scheidsrechter aanraakt
Naast waarden en normen beïnvloeden ook belangen de opvattingen (meningen) en het gedrag van mensen.
Belangen hebben vaak te maken met het voordeel dat mensen ergens bij hebben. Belangen van mensen zijn vaak
hetzelfde. We hebben bijvoorbeeld allemaal belang bij een schoon milieu en goed onderwijs. Maar bij de aanpak van
maatschappelijke problemen gaan de belangen al snel uiteenlopen.
Nederland is een staat. Een staat heeft drie kenmerken:
1. Een staat beschikt over een omgrensd grondgebied
2. Het grondgebied wordt bewoond door een groep mensen, een volk
3. De staat heeft de hoogste macht, de soevereiniteit over dat gebied en de bevolking
Overheid is de naam voor de instantie met de hoogste macht. De Nederlandse staat heeft binnen zijn grenzen het
geweldsmonopolie. De overheid heeft als enige het recht tot gebruik van geweld voor openbare orde en veiligheid.
Politiek: het beleid van de overheid, de totstandkoming van dat beleid en de effecten daarvan. Beleid kan niet
zomaar. Eerst gaan allerlei betrokkenen (actoren) inspraak doen. Bij politiek gaat het om het beleid dat voor de hele
samenleving wordt gemaakt en dus voor ieder van ons geldt.
Macht geeft een persoon of een organisatie het vermogen om iets gedaan te krijgen, om invloed uit te oefenen. De
factoren waarop macht is gebaseerd, zoals functie, kennis en ervaring, worden machtsbases genoemd. Als andere je
macht accepteren en erkennen, is er sprake van gezag. Gezag is een gelegitimeerde macht. Een leraar met gezag
wordt vanwege zijn persoon door de leerlingen gerespecteerd.
Paragraaf 2: Beslissen we zelf?
Veel maatschappelijke problemen worden politieke problemen en dus een zaak van de overheid. De overheid
bestuurt ons land op gemeentelijk, provinciaal en landelijk niveau.
, Volksvergaderingen bestaan in de meeste gemeenten, maar op deelstaat niveau de volksvergadering vervangen
door een referendum. Dit is een volksstemming, waarbij de inwoners via de stembus hun mening geven over een
voorstel van de overheid. Dit hoort bij een democratie.
Democratie houdt in dat de inwoners van een land besturen. De overheid is er van en voor de burgers.
Het tegenovergestelde van een democratie is een dictatuur. Bij een dictatuur is alle macht in handen van één
familie, één persoon of één partij. Als er verkiezingen zijn, is er maar één politieke partij waar de burgers op kunnen
stemmen. In dictaturen bestaat geen vrije pers. Politieke tegenstanders van het regime belanden zonder vorm van
proces in de gevangenis.
In een democratie heeft de bevolking invloed op het beleid van de overheid. Om van een democratie te kunnen
spreken, zijn er drie kenmerken belangrijk:
1. Er zijn regelmatig vrije en geheime verkiezingen, iedereen mag stemmen en zich kandidaat stellen. Maar op
wie je stemt is geheim, en daar kan niemand achter komen.
2. De grondrechten van de burgers zoals de vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst worden in de
grondwet vastgelegd. De overheid moet deze grondweten respecteren. In de grondwet wordt ook de
staatsinrichting van het land geregeld.
3. Er is een onafhankelijke rechterlijke macht, die geen verantwoording aan de overheid hoeft af te leggen.
Nederland kent geen directe of rechtstreekse democratie. Wij kiezen in plaats daarvan vertegenwoordigers die
namens en voor ons beslissingen nemen. We noemen dit een indirecte democratie.
Directe democratie: het volk stemt zelf voor alle wetten door middel van referenda.
Indirecte democratie: burgers kiezen eens in de zoveel jaar een parlement en die kiest namens het volk de wetten.
De kroon op de indirecte democratie is de Staten-Generaal, ook wel parlement of volksvertegenwoordiging
genoemd. Het parlement heeft een wetgevende en controlerende taak. In de Staten-Generaal zitten onze
volksvertegenwoordigers, die de bestuurders op landelijk niveau controleren en samen met hen de wetten maken.
Onze landelijke bestuurders zijn de ministers en de staatssecretarissen hun moeten verantwoording afleggen aan
het parlement en een meerderheid van de tweede kamer achter zich hebben. Als dit er niet is, valt het kabinet. Deze
vertrouwensregel is de basis van de indirecte democratie.
Nederland is een gedecentraliseerde eenheidstaat geworden na de val van Napoleon. Dit is een staat waarbinnen
de landelijke overheid bepaalde bevoegdheden aan lagere organen heeft overgedragen.
Tegenwoordig zijn er 12 provincies die de bestuurslaag tussen de landelijke overheid en de gemeente vormen. De
provincie doet het werk waar de landelijke overheid te groot en de gemeente te klein voor is.
Onze vertegenwoordigers op gemeentelijk niveau zitten in de gemeenteraad. De gemeenteraad maakt de regels die
voor de hele gemeente gelden. De burgermeester is voorzitter van de gemeenteraad. Een gemeente heeft maar
beperkte macht.
Paragraaf 3: Kiezen we voor meer vrijheid of meer gelijkheid?
Groepen mensen die dezelfde opvattingen hebben over de inrichting van de samenleving en ver de verhouding
tussen overheid en samenleving, vormen samen een politieke stroming. Zij zijn het eens over de rechten en plichten
van burgers en overheid en delen dus min of meer dezelfde waarden.
In politieke discussie vallen vaak de termen rechts of links. Rechtste partijen benadrukken het belang van individuele
vrijheid en de vrije markt en voor zo min mogelijk overheidsbemoeienis op sociaaleconomisch gebied. Linkse partijen
pleiten over het algemeen voor een gelijkere welvaartverdeling en een grote rol van de staat. De SP, GroenLinks en
de PvdA zijn linkse partijen. En partijen als de VVD, het CDA en D66 zijn rechtste partijen.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lobkebos87. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.83. You're not tied to anything after your purchase.