Lecture 4 -- Human Development -- Endocrine System
Lecture 3 -- Human Development -- Female reproductive System
Lecture 2 -- Human Development -- Male reproductive System
All for this textbook (3)
Written for
Saxion Hogeschool (Saxion)
Verpleegkunde
Geneeskunde (KENNISTOETS1.1)
All documents for this subject (103)
Seller
Follow
anoukblokhuis
Reviews received
Content preview
VZ 1.1 Wat is jouw visie op verplegen?
1. Benoemen wat visie op verplegen is
In de meeste visies van zorginstellingen staat tegenwoordig de zorgvrager centraal. Dat betekent dat
organisaties uitgaan van de wensen en de behoeften van de zorgvrager. Ook landelijk wordt
nagedacht over visies op zorg. Begrippen als vraaggerichte zorg, vraag gestuurde
zorg en belevingsgerichte zorg staan tegenwoordig sterk in de belangstelling.
Vraaggerichte zorg:
Kenmerkend voor de vraaggerichte cultuur is de gezamenlijke inspanning van cliënt en medewerker
die ertoe leidt dat de cliënt de zorg c.q. hulp ontvangt die tegemoetkomt aan zijn wensen en
verwachtingen en die voldoet aan professionele standaarden.
Vraagt een bijdrage van alle betrokkenen, de zorgvrager moet commentaar kunnen leveren en moet
een actieve onafhankelijke houding hebben
Belevingsgerichte zorg:
Bij belevingsgerichte zorg is beleving die de zorgvrager heeft van zijn situatie, zijn ziekte en
mogelijkheden het uitgangspunt van de zorgverlening. Bij langdurige zorgverlening is de relatie
tussen de zorgvrager en de zorgmedewerker erg belangrijk. Beiden zijn deskundig: de zorgvrager is
ervaringsdeskundige op het gebied van zorgverlening en het inpassen van gezondheidsproblemen in
het dagelijks leven en de zorgverlener heeft de vakmatige, professionele deskundigheid. De
zorgvrager en zorgverlener bepalen samen de inhoud van de zorg en stellen in gezamenlijk overleg
een plan van aanpak op, op basis van gelijkwaardigheid.
Vraag gestuurde zorg:
Vraag gestuurde zorg gaat een stap verder dan vraaggerichte zorg. De zorgvrager bepaalt
daadwerkelijk het aanbod; er wordt niet alleen richting gegeven aan het zorgaanbod. De zorgvrager
stuurt zijn eigen zorg. Hij bepaalt de inhoud en de organisatie van de zorg, met het beschikbare
budget.
2. Formuleren wat binnen verpleging wordt verstaan onder gezondheid en ziekte
Gezondheid moet geen doel op zich zijn, maar gezondheid is een middel waardoor mensen een
zinvol leven kunnen leiden waarin iedereen zijn ding kan doen.
Ziekte = verstoring van het functionele evenwicht m.a.w. een verstoring van de homeostase.
Hoe men omgaat met draaglast (ziekte, armoede) heeft te maken met hoeveel draagkracht (stabiele
persoonlijkheid, positieve jeugd) iemand heeft. Als draaglasten zwaar zijn kan de zorgverlener
proberen zijn draagkracht te vergroten door bijv. sociale activiteiten voor te stellen.
Pijn is een subjectief begrip; wat voor de ene persoon erge pijn is, kan voor de andere slechts lichte
of zelfs geen pijn zijn. Omdat alleen de lichamelijke, medische uitleg van pijn niet genoeg is om het
verschijnsel pijn te kunnen begrijpen, gebruiken we het model van Loeser. Dit laat zien
hoe pijngedrag ontstaat en hoe de lichamelijke, psychische en sociale kanten van pijn met elkaar
samenhangen. Het model bestaat uit vier cirkels die de vier ‘onderdelen’ van pijn voorstellen:
Binnen in de cirkel staat de nociceptoren: de waarneming van de lichamelijke beschadiging. Als
de prikkel vanaf de zenuwuiteinden via het ruggenmerg naar de hersenschors gaan.
Als tweede de gewaarwording van pijn: het bewust worden van pijn. Het aankomen van de
prikkel bij de hersenschors
Als derde de pijnbeleving: het emotioneel en lichamelijk voelen van pijn. Zie Schema Saunders
Ten slotte het pijngedrag: het gedrag waaraan een ander kan zien dat de persoon pijn heeft. Dat
kan bijvoorbeeld zijn: een kreet slaken, scheef gaan lopen, bepaalde handelingen vermijden.
,Een belangrijke voorwaarde voor een goede pijnbehandeling is het regelmatig meten en registreren
van de pijn. De aandacht voor de pijn en het vragen naar een pijnscore geeft een betere inschatting
van de ernst van de pijn en het effect van een behandeling. Er zijn meetinstrumenten die voor het
meten van pijn gebruikt kunnen worden.
De zogenaamde Visuele Analoge Schaal gaat uit van de veronderstelling dat de patiënt zelf over de
karakteristieken en intensiteit van de pijn kan rapporteren.
VAS
De VAS bestaat uit een 10 centimeter lange horizontale lijn die loopt van 'Geen pijn' (0) tot 'ergst
denkbare pijn' (10). De patiënt wordt gevraagd hierop een markering aan te brengen. De score wordt
dan gemeten en uitgedrukt in millimeters of centimeters. Het is een eenvoudige methode om pijn in
een score, in dit geval millimeters of centimeters te laten uitdrukken.
NRS
Een betrouwbare en makkelijke manier om de pijnintensiteit te meten is door de patiënt te vragen
om een cijfer toe te kennen aan de mate waarin hij zijn pijn beleeft. Zo’n schaal wordt de Numerieke
beoordeling (Rating) Schaal genoemd (NRS).
De NRS is een schaal van 0 (geen pijn) tot 10 (ergst denkbare pijn) en wordt het meest gebruikt. Een
NRS van 1-4 wordt getypeerd als milde pijn, van 5-6 als matige pijn en 7-10 als ernstige pijn.
VRS
De Verbal Rating Scale (VRS) wordt de patiënt gevraagd een term te kiezen die het best overeenkomt
met zijn klacht. Het is een zespuntsschaal waarbij gekozen kan worden uit geen, heel licht, licht,
nogal, ernstig, heel ernstig.
3. Benoemen hoe je als verpleegkundige pijn herkent
Vooral door te observeren kan je al veel zien en te weten komen over pijn.
- Pijn anamnese
- Rekening houden met cultuur
- Gedragsobservatie (voor kinderen):
Het kind speelt tevreden.
Het kind is rustig, wakker of het slaapt.
Het kind is ontevreden of licht onrustig.
Het kind is onrustig en gespannen, maar wel af te leiden door aanwezigheid van ouders of
door voedsel of speelgoed.
Het kind huilt ontroostbaar.
, VZ 1.3 Zelfregie bij de oudere zorgvrager
1. Herkennen wat het belang is van zelfzorg en zelfmanagement ten aanzien van de oudere
zorgvrager
Zelfmanagement: Behouden of verbeteren van het dagelijks functioneren
Zelfredzaamheid: Algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) zijn de handelingen die mensen
dagelijks in het gewone leven verrichten. Het begrip wordt vooral in de zorg gebruikt om te bepalen
in hoeverre iemand zelfredzaam is.
Participatie: Actieve deelname aan.
2. Benoemen welke hulpmiddelen de zorgvrager kan gebruiken om de mobiliteit te
verbeteren en zelfregie te behouden
E- health, rollator, looprek, krukken, grijpers etc.
3. Opsommen welke verpleegkundige interventies worden toegepast om het valrisico bij
ouderen te verminderen en zelfregie te stimuleren
- Val risico’s in het huis wegnemen
- Hulpmiddelen aanbieden
- Naar medicijngebruik kijken (bijwerkingen)
- De gezondheidspatronen van Gordon bekijken
- Voorlichting geven
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukblokhuis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.51. You're not tied to anything after your purchase.