Samenvatting/aantekeningen van het vak Overheidsrecht 1 (bestuursrecht, dat in het D-cluster van de opleiding HBO-Rechten aan de HAN wordt aangeboden. Bevat alle college aantekeningen + de relevante informatie uit de boeken 'Bestuursrecht deel 1' en 'Bestuursrecht deel 2'.
College I – Inleiding en bevoegdheden
Bestuursrecht deel 1
H1 paragraaf 1.2, 1.3 en 1.4, H3
Werkboek
Toets 1, toets 2
Algemeen bestuursrecht
Centrale onderwerpen en leerstukken, die met name geregeld zijn in de Awb.
Bijzonder bestuursrecht
Bestuursrecht dat betrekking heeft op de afzonderlijke beleidsterreinen. (Omgevingsrecht,
vreemdelingenrecht, belastingrecht, sociaal zekerheidsrecht etc.)
Bijzonder gaat vóór algemeen! Niks geregeld in een bijzondere wet? Dan terugvallen op de Awb.
Wat regelt het bestuursrecht? (Hoofdzaken van het bestuursrecht)
1. Organisatie
2. Bevoegdheden
3. Normering (rechtsnormen)
4. Handhaving
5. Rechtsbescherming
Opbouw Awb
- H1 Awb; begrippen
- H2 Awb; verkeer overheid en burger
- H3 en H4 Awb; besluiten
- H5; handhaving
- H6, H7 en H8; rechtsbescherming
- H10; bevoegdheden (attributie, delegatie en mandaat)
Verkrijging van bevoegdheden
Beginselen
Legaliteitsbeginsel
Bevoegdheden van de overheid moeten berusten op een wettelijke grondslag (wet in
formele zin, wet in materiele zin (APV, provinciale verordening)
Specialiteitsbeginsel
Bevoegdheid mag slechts worden gebruikt voor het doel waarvoor de bevoegdheid is
verleend
Zie art. 3:3 Awb (détournement de pouvoir)
- Bijv.: bevoegdheid bestuursorgaan = het verlenen culturele subsidies
Mag het bestuursorgaan de bevoegdheid ook gebruiken om kapvergunningen te
verlenen? Nee, bomen kappen is een ander doel dan het verlenen van subsidies aan
culturele verenigingen
,OVHR1 - Bestuursrecht
Drie manieren van verkrijgen van bevoegdheid
Wetgevende macht Uitvoerende macht Rechterlijke macht
Attributie Attributie Attributie
= nieuwe bevoegdheid wordt gecreëerd en = nieuwe bevoegdheid wordt gecreëerd en = nieuwe bevoegdheid wordt gecreëerd en toegekend
toegekend toegekend Art. 112 en 113 Gw
Wetgevende bevoegdheid
(maken van wetten en regels) Bestuursbevoegdheid (uitvoeren
van wetten en regels
Delegatie Delegatie XXX
= het overdragen van een bestaande = het overdragen van een bestaande
bevoegdheid aan een ander (niet aan bevoegdheid aan een ander (niet aan
ondergeschikte) ondergeschikte)
Subdelegatie Mandaat XXX
= het overdragen van een bestaande = machtiging zonder
bevoegdheid aan een ander (niet aan bevoegdheidsoverdracht
ondergeschikte)
Staatsrecht Bestuursrecht Wet op de rechtelijke organisatie
Terminologie Grondwet Algemene wet bestuursrecht
(H10)
Bestuursbevoegdheid
Attributie (art. 10:22 Awb)
Verkrijgen van een nieuwe bestuursbevoegdheid
Scheppen en toekennen van een regelgevende bevoegdheid moet altijd direct of indirect op
de Grondwet of wet in formele zin zijn gebaseerd.
Attributie van een bestuursbevoegdheid kan ook op veel lager niveau dan de Grondwet of
wet in formele zin.
Bijv. verlenen vergunning, subsidies, uitkeringen
Delegatie (art. 10:13 e.v. Awb)
Overdragen van een bestaande bestuursbevoegdheid
Onder eigen verantwoordelijkheid
Belangrijke bepalingen:
• Art. 10:14 Awb
• Art. 10:15 Awb
• Art. 10:17 Awb
Mandaat (art. 10:1 e.v. Awb)
In naam van bestuursorgaan een besluit te nemen
Begrippen:
• Mandaatgever: bestuursorgaan (bijv. college van B&W)
• Gemandateerde: ambtenaar van bestuursorgaan (bijv. ambtenaar van college van
B&W Hoofd Toezicht)
Belangrijke bepalingen:
• Art. 10:2 jo 10:7 Awb: mandaatgever blijft verantwoordelijk over de gemandateerde
bevoegdheid
• Art. 10:3 lid 1 Awb: mandaat altijd toegestaan, tenzij er bij wettelijk voorschrift
anders wordt bepaald of de aard van de bevoegdheid zich tegen de
mandaatverlening verzet
• Art. 10:3 lid 2 Awb: gevallen mandaat niet is toegestaan
• Art. 10:5 Awb: kan zowel mondeling als schriftelijk, tenzij het gaat om een algemeen
mandaat (dan moet het schriftelijk)
,OVHR1 - Bestuursrecht
College II – Actoren: bestuursorgaan en belanghebbende
Bestuursrecht deel 1
H2 paragraaf 2.1, 2.2.1, 2.3, 2.4 en 2.5
Jurisprudentie
Stichting bevordering kwaliteit leefomgeving Schiphol (ABRvS 17 september 2014)
LTO-Noord (ABRvS 23 augustus 2006)
Stichting Openbare Ruimte (ABRvS 1 oktober 2008)
Mestbassin Mechelen (ABRvS 23 augustus 2017)
Intrekking PGB (afgeleid belang en contractuele relatie) (CRvB 5 maart 2019)
Werkboek
H1
Paragraaf 1.1: toets 3, toets 4 en toets 6
Paragraaf 1.2: toets 2, toets 3 en toets 4
Openbaar lichaam (art. 2:1 BW)
Publiekrechtelijk rechtspersoon; organisaties die wettelijk bevoegdheden hebben verkregen
om publiekrechtelijke rechtshandelingen te verrichten. De wet stelt dus een openbaar
lichaam in en regelt de bevoegdheden.
Staat, provincie, gemeente (= territoriale openbare lichamen) en waterschappen (=
functionele openbare lichamen).
- Kunnen ook privaatrechtelijke rechtshandelingen verrichten
(Ver)kopen, (ver)huren, aansprakelijkheid (art. 6:162 BW)
Kan geen besluiten nemen in zake van art. 1:3 lid 1 Awb
- Bij privaatrechtelijke rechtsbetrekkingen is openbaar lichaam ALTIJD de partij. Bv.
verhuur pand, koop stadsbussen
Openbaar lichaam is civielrechtelijk aansprakelijk (NIET het bestuursorgaan)
Bestuursorgaan (art. 1:1 Awb)
A-orgaan (lid 1 sub a Awb)
Een orgaan van een rechtspersoon krachtens publiekrecht ingesteld openbaar lichaam
Let op de uitzonderingen in lid 2 en 3!!!
Burgemeester?
- Uitgezonderd in art. 1:1 lid 2 Awb? Nee
- Orgaan? Art. 6 Gemw.
- Van een rechtspersoon? Ja, art. 2:1 lid 1 BW i.c. gemeente
- Die krachtens publiekrecht is ingesteld (123 Gw)
Dus: a-orgaan in de zin van de Awb (=bestuursorgaan)
Staat (OL) Provincie (OL) Gemeente (OL) Waterschap (OL)
Art. 123 Gw Art. 123 Gw Art. 133 Gw
Regering Gedeputeerde staten Het college van Dagelijks bestuur
(art. 42 Gw) burgemeester en
wethouders
Minister Provinciale staten Gemeenteraad Algemeen bestuur
(art. 44 Gw)
Staatssecretaris Commissaris van de Burgemeester Voorzitter
(art. 46 Gw) Koning
Art. 6 Provinciewet Art. 6 Gemeentwet Art. 10 Waterschapswet
, OVHR1 - Bestuursrecht
B-orgaan (lid 1 sub b Awb)
Een ander persoon of college met enig openbaar gezag
1. Personen (natuurlijke of rechtspersonen, art. 2:3 BW) of colleges
2. Met enig openbaar gezag bekleed: op grond van een wettelijk voorschrift bevoegd tot
eenzijdig bepalen van rechtspositie van anderen (besluiten nemen)
Voeren wettelijke taak uit
Een B-orgaan is dus geen onderdeel van een publiekrechtelijk rechtspersoon (openbaar lichaam of
overheidsorganisatie), maar het is een orgaan van een privaatrechtelijk (rechts)persoon. Bijv. NV
luchthaven Schiphol, Bestuur van de Stichting bevordering kwaliteit leefomgeving Schipholregio
Alleen bestuursorganen kunnen publiekrechtelijke rechtshandelingen verrichten nemen van
besluiten in zake van de Awb
Attributie ‘openbaar gezag’ (‘bij of krachtens de wet’)
natuurlijk persoon/college
Stichting BV
nemen van besluiten
nemen van besluiten nemen van besluiten
wettelijke regelingen
nemen van besluiten nemen van besluiten
NV Vereniging
Voorbeelden b-organen (openbaar gezag)
Autoriteit Consument en Markt: Artikel 2 Instellingswet Autoriteit Consument en Markt:
1. Er is een Autoriteit Consument en Markt.
2. De Autoriteit Consument en Markt is belast met de taken die haar bij of krachtens de
wet zijn opgedragen.
De Nederlandsche Bank N.V.: (ABRS 26 oktober 2005, JB 2006/7): Artikel 4 lid 1 sub a
Bankwet 1998: De Bank heeft tot taak: het uitoefenen van toezicht op financiële instellingen
op de voet van de daarvoor geldende wettelijke regelingen.
APK Keurder: Artikel 78 lid 1 sub b Wegenverkeerswet 1994: Keuringsrapporten worden
overeenkomstig bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde regels afgegeven door: een
ingevolge artikel 84 erkende natuurlijke persoon of rechtspersoon in het kader van een door
deze verrichte keuring van het voertuig waarvoor de afgifte wordt gevraagd.
Zie ook zbo-register
Openbaar gezag
HR Stichting bevordering kwaliteit leefomgeving Schiphol
Hoofdregel openbaar gezag:
- Kan slechts bij wettelijk voorschrift worden toegekend
- Ontbreekt wettelijk voorschrift dan is een orgaan van een privaatrechtelijke rechtspersoon
in beginsel GEEN bestuursorgaan
Uitzondering (‘publieke taak jurisprudentie)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sterrehl. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.10. You're not tied to anything after your purchase.