100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting BPOP Biopsychosociale perspectieven op psychopathologie $5.70   Add to cart

Summary

Samenvatting BPOP Biopsychosociale perspectieven op psychopathologie

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van het vak BPOP aan de Universiteit Utrecht. Het bestaat uit alle hoorcolleges en samenvattingen van de hoofdstukken uit het boek.

Preview 4 out of 122  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 15
  • June 25, 2021
  • 122
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
HOORCOLLEGES BPOP
HC1 – 2 sept – schizofrenie
Aandachtspunten:
 Psychosen (kenmerken, impact, beloop)
 Auditieve hallucinaties (meest voorkomende)
 Psychosociale invloeden op het ontstaan van psychosen en het weer terugvallen in
een psychose

PSYCHOSEN
Psychosen:
 Toestand waarin men de werkelijkheid niet van fantasie kan onderscheiden en
waarin men een nieuwe realiteit creëert.
 Het betreft meestal wanen (irrationeel geloof) en/of hallucinaties (sensorische
ervaring in afwezigheid van een externe gebeurtenis).
 Er bestaan verschillende soorten wanen en hallucinaties
o Bijvoorbeeld betrekkingswaan & auditieve hallucinatie.
o Betrekkingswaan = het gevoel dat alles wat in de wereld gebeurt betrekking
heeft op mij.

Meest kenmerkende symptoom van schizofrenie  een psychose
 Iedereen met schizofrenie heeft doorgaans een psychose doorgemaakt
 Echter: niet iedereen die een psychose heeft doorgemaakt heeft schizofrenie
 Vaak wordt een psychose overschat en meteen het label schizofrenie aan gekoppeld.

Schizofrenie (DSM5)
 Twee of meer van de volgende symptomen:
o Positieve symptomen: Wanen, hallucinaties, gedesorganiseerd gedrag
(verstoorde realiteit)
o Negatieve symptomen: (gedrag dat andere mensen wel hebben, heb jij niet)
o Gedesorganiseerde symptomen: onsamenhangende spraak.
 Functioneren lager dan voor begin stoornis.
 Minimaal zes maanden aanwezig.

Positieve symptomen:
 50-70% van mensen met schizofrenie heeft last van dit gedrag.
 Ontwikkelen van wanen is manier om met stress en angst om te gaan, of een gevolg
van disfunctionaliteit in hersenen. Verschillende soorten wanen:
 Wanen van grandeur = achtervolgingswanen, het geloof dat hongersnoden
verholpen kunnen worden en het geloof dat andere mensen slechte bedoelingen
hebben (komt het meeste voor)
 Achtervolgingswanen = denken achtervolgd worden door tegenstanders, angst.
 Capgras syndroom = geloven dat iemand vervangen is door een dubbelganger.
 Cotard’s syndroom = geloven dat je dood bent.
 Hallucinaties = percepties van dingen die er niet zijn.
 Auditieve hallucinaties = dingen horen die er niet zijn  gebied van Broca is actief,
ze horen dus als het waren hun eigen gedachten.
Negatieve symptomen:

,  Duiden op afwezigheid of onbekwaamheid van normaal gedrag.
 Apathie (avolitie) = gebrek aan motivatie en interesse om aan een taak te beginnen
en deze af te maken.
 Alogie = afwezigheid van spraak.
 Anhedonie = persoon ervaart ook geen plezier meer.
 Asocialiteit = geen interesse in sociale interacties.
 Flat effect = geen emoties meer tonen, praten op vlakke toon (gebrek aan het
kunnen uiten van emoties, niet gebrek aan emoties).

Gedesorganiseerde symptomen:
 Aantal gedragingen die voor gestoorde spraak, motoriek en emotionele reacties.
 Ongepaste emoties.
 Catatonische immobiliteit = wanneer vreemde posities worden vastgehouden omdat
de angst bestaat dat er iets gebeurt als men beweegt.

Bluer: introduceerde schizofrenie
 Geloofde dat vreemde gedrag voortkwam uit een associatieve scheiding van de
basisfuncties, zoals cognities en emoties van persoonlijkheid.
 Klopt niet dat schizofrenie een gespleten geest is.
Kraeplin: belangrijkste symptomen van schizofrenie:
 Catatonie = bewegingsstoornis, toestand van immobiliteit of van opwinding
(schreeuwen, bizar gedrag, lichamelijke onrust).
 Hebefrenie = ongepaste, onvolwassen emotionaliteit.
 Paranoia = wanen van grandeur of achterdocht.

Feiten over schizofrenie:
 1% ontwikkelt schizofrenie
 Mannen 1,5 meer kans dan vrouwen
 Levensverwachting iets korter
 Prodromale fase = periode ½ jaar voordat ernstige symptomen optreden
 Ontstaan: bij mannen rond 20e, bij vrouwen rond 25e
 Chronisch: niet te genezen, wel te behandelen
Impact op leven:
 Wanen en hallucinaties: veelal beangstigend en gevaarlijk
 15% van schizofreniepatiënten overlijdt door suïcide
 22% van mensen heeft 1 episode en geen blijvende beperkingen.

Schizofrenie  verschil tussen DSM4 en DSM5
1. Subtypes (paranoïde type, catatone type etc) vervallen in DSM5
2. Ernst symptomen in kaart gebracht door DSM5 (4 puntsschaal)

Andere psychotische stoornissen:
 Schizofreniforme stoornis = gekenmerkt door het hebben van schizofrene
symptomen voor een paar maanden en een terugkeer naar normaal gedrag.
Verwarring en afwezigheid van flat affect en sociale abnormaliteiten.
 Schizo affectieve stoornis = psychose + depressieve/manische stemming.
 Postpartum psychose = na de bevalling wanen of hallucinaties.

,  Gedeelde psychotische stoornis = persoon ontwikkelt wanen door een relatie met
een andere persoon die ook wanen heeft.
 Waanstoornis = constant geloof in dingen die niet overeenkomen met de realiteit,
zonder de aanwezigheid van andere schizofrene symptomen.
o Erotomie: geloof dat iemand verliefd op je is.
o Grootheidswaan: geloof dat je belangrijker bent dan anderen.
o Jaloersheidswaan: geloof dat seksuele partner ontrouw is.
o Paranoïde waan: geloof dat je constant bedreigd wordt.
o Somatische waan: opvattingen over het lichaam die niet overeenkomen met
realiteit.
 Verschil schizofrenie met deze stoornissen: deze wanen kunnen in principe
voorkomen, terwijl wanen van schizofrenie vaak niet kunnen voorkomen.

Stoornissen kunnen wanen veroorzaken: DSM kent twee categorieën:
 Substance-induced psychotische stoornis & psychotische stoornis geassocieerd met
andere medische condities.
 Korte psychotische stoornis = een of meer positieve symptomen voor een maand.
 Attenuated psychosis syndroom = persoon heeft symptomen van schizofrenie, maar
zijn zich bewust van de bizarre natuur van deze symptomen.

AUDITIEVE HALLUCINATIES
Trans diagnostisch perspectief = gemeenschappelijke factoren achter verschillende
stoornissen.
 Auditieve hallucinaties is ook een trans diagnostisch symptoom
 Kan voorkomen bij verschillende stoornissen

Wat gebeurt er in het brein als iemand stemmen hoort?
 Hersenactiviteit meten tijdens stemmen horen
o MRI-scanner meet hersenactiviteit
o Patiënt drukt op knop wanneer hij/zij stemmen hoort
o Nagaan wat de hersenactiviteit is op dat moment
Hersenactiviteit:
 Vlak voor het stemmen horen  (para) hippocampus
o Logisch, aangezien stemmen vaak iemand zijn die de patiënt kent.

Conclusies uit fMRI onderzoek
 Tijdens stemmen horen activiteit in taal perceptie en taal productiegebieden en
primair gehoor-schors.
 Activiteit vooral in rechterhersenhelft
 Lijkt getriggerd vanuit het geheugen

Inhoud van de stemmen bepaalt of de stemmen last veroorzaken
 Indien >50% stemmen negatieve inhoud  82% kans op psychotische stoornis.
 Indien alle stemmen negatieve inhoud  90% kans op psychotische stoornis.
 Dus altijd vragen wat de stemmen precies zeggen, liefst uitspreken/uitschrijven.
Voorbeeld:

, - Marian (35) hoort sinds 8 jaar stemmen. Eerst dacht zij dat het stemmen van de
buren waren, maar nu denkt zij dat het de geheime politie is, omdat ze haar overal
volgen. Ze geven haar opdrachten om zelfmoord te plegen en beschuldigen haar van
moord.
- Jeanine (40) hoort ook stemmen, als sinds haar kindertijd. Pas op haar 16 e merkte ze
dat niet iedereen stemmen hoort. Zij denkt dat het beschermengelen zijn en vraagt
ze vaak om raad. Als ze angstig is kalmeren de stemmen haar.


PSYCHOSOCIALE INVLOEDEN OP HET ONTSTAAN VAN EEN PSYCHOSE EN HET TERUGVALLEN

Diathese stress model = model stelt dat er bij een grotere kwetsbaarheid minder stress en
bij een kleinere kwetsbaarheid meer stress nodig is om een stoornis zijn aanvang te laten
nemen of voor verergering van de symptomen te zorgen.
 Kwetsbaarheid  genen in de familie

Risico om schizofrenie te krijgen is gerelateerd aan plaats
waar je geboren bent
 Niet zozeer om de plaats, maar plek waar je bent
opgegroeid.
 Hoe drukker het gebied, hoe meer risico.
 Gerelateerd aan stressfactoren in een stad
o Geluiden, indrukken, discriminatie etc.


Cannabis  gerelateerd aan psychose
 Associatie met jongere leeftijd eerste psychose
 Eerder en vaker terugvallen in een psychose
 Ernstigere positieve symptomen bij gebruikers dan bij niet gebruikers

Vraag: Leidt cannabis gebruik tot het ontwikkelen van schizofrenie of is cannabis gebruik een
gevolg van schizofrenie
 Onderzoek in 2011: Relatie tussen cannabis en vroegere aanvang psychotische
stoornis is een causale rol
 Onderzoek 2014: Genafwijkingen maken gevoelig voor zowel schizofrenie als blowen,
dus het is een en/en probleem
 Onderzoek 2019:
o Hoe vaker blowen, hoe sterker de joint, hoe hoger het risico op psychose
o Vooral in Nederlandse wiet thc-gehalte hoog
o Aantal nieuwe gevallen van psychoses Amsterdam kan met 50% gereduceerd
als er geen cannabis meer gebruikt wordt.
o Causale rol cannabis met het ontwikkelen van psychotische stoornis.

Mogelijke verklaringen verhoogde kans op schizofrenie na migratie
 NIET: De incidentie is verhoogd in het land van oorsprong.
 NIET: selectieve migratie van mensen die een verhoogd risico hebben om
schizofrenie te ontwikkelen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jasmijnpartridge. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.70. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.70
  • (0)
  Add to cart