Klinische gezondheidspsychologie in de geneeskunde
All documents for this subject (25)
Seller
Follow
KarlijnHorsten
Reviews received
Content preview
Samenvatting Klinische gezondheidspsychologie in de geneeskunde
Hoofdstuk 1. Inleiding: chronische ziekte en psychologische hulp
Richtlijnontwikkeling:
1. Geeft structuur aan het hulpverleningsproces.
2. Vergroot herkenning psychosociale zorg in het medisch circuit.
Problemen:
1. Grote overlap behandelde thema’s diverse patiëntgroepen.
2. Discussie over de waarde van de richtlijnen voor de alledaagse praktijk.
3. Afbakening terrein psychosociale zorg.
4. Praktische complicaties die een multidisciplinaire aanpak nodig heeft.
5. Veelal ontbreken van heldere indicatiecriteria voor specialistische psychologische zorg.
6. Onduidelijkheid interventie-elementen bepalen/al dan niet succesvol is.
7. Ontbreken empirische evidentie.
,Hoofdstuk 6. Omgaan met klachten en beperkingen: hulpmiddelen en aanpassingen
Chronische ziekten gaan gepaard met veel uiteenlopende klachten en problemen dat de bewegings-
en handelingsvrijheid van de patiënt ernstig verkleind en doet een beroep op het
aanpassingsvermogen van de patiënt. De lichamelijke klachten zullen uiteindelijk ook hun tol eisen
op psychisch en sociaal vlak. Depressie komt veel voor bij chronisch zieken.
Iedere chronische ziekte gaat gepaard met ziekte-specifieke klachten.
Hoe de patient omgaat moet moeilijk omstandigheden wordt beïnvloed door:
1. Appraisel
Manier waarop de situatie wordt gewaardeerd (beoordeeld) en geïnterpreteerd (ervaren als
catastrofe). Aanknoping cognitieve therapie.
2. Coping
Manier waarop het individu met de situatie omgaat, gedragsmatig, cognitief en emotioneel.
Beide factoren zijn deels bepalend voor verloop ziekte. Goede coping maakt de ziekte
hanteerbaarder, voorkomt verergering en kan het herstel bevorderen.
Locus of control = Controle die de patiënt heeft over de situatie. Bepaald deels de bereidheid en
mogelijkheid van de patiënt om zijn leven te veranderen. Locus of control kan zijn:
1. Intern
Denken dat de controle over de situatie bij henzelf ligt.
Meer actieve vorm van coping (self-efficacy).
2. Extern
Denken dat de controle over de situatie buiten henzelf ligt, factoren van buitenaf.
Meer passieve vorm van coping (passiviteit, catastroferende gedachten, aangeleerde
hulpeloosheid).
De mate waarin de ziekte geaccepteerd wordt, de ziekte is blijvend, heeft invloed op hoe de patiënt
omgaat met de beperking. Pas na acceptatie kan gekeken worden hoe de patiënt met de ziekte om
moet gaan. Pas hierna kan de patiënt een adequate copingstrategie hanteren.
Ook sociale omgeving en sociaal economische status is van belang. Lagere sociale klasse hebben
minder sociale en psychologische hulpbronnen en zijn kwetsbaarder voor de negatieve gevolgen van
stress.
De meeste patiënten met een chronische ziekte weten zich behoorlijk goed aan te passen vanuit
zichzelf. Toch lopen ze soms vast op bijvoorbeeld een specifiek probleem of over de hele breedte van
, het dagelijks leven. Voordat de problemen bijgesteld kunnen worden moeten eerst de
mogelijkheden en onmogelijkheden van de patiënt in kaart gebracht worden door een medische
voorgeschiedenis en anamnese. Hiermee moeten de volgende dingen in kaart gebracht worden:
1. Feitelijke beperkingen en lichamelijke klachten
2. Kennis van de patiënt over de ziekte, zij visie op zijn ziekte en zijn omgang met zijn ziekte
3. Perceptie locus of control
4. Hoever het verlies van de mogelijkheden is verwerkt
5. Hoe hij er sociaal voorstaat (sociale steun en SES)
Verder kan deze info aangevuld worden met de resultaten van de vragenlijsten.
SCL-90: klachtenlijst voor inschatting impact klachten op psychisch evenwicht en welke facetten
daarbij van belang zijn.
UCL (utrechtse coping lijst): specifieke vragenlijst over copingvaardigheden, copingstrategieeen.
PCL (pijn cognitie lijst): impact pijnklachten op dagelijks leven, cognities over de pijn en locus of
control.
Plan van aanpak bevat een werktheorie met de bovengenoemde punten erin verwerkt. De voorkeur
bij problemen rond omgaan met beperkingen is om
1. zo concreet mogelijk in te spelen op de knelpunten in het aanpassingsproces
2. aandacht besteden aan de cognities rondom de ziekte
3. psycho-educatie: goede voorlichting + bevorderen positieve verwachtingen patiënt om
bepaalde activiteiten te kunnen uitvoeren
Wat ook kan:
4. Bewerken concrete problemen + manier waarop de patiënt tegen zijn eigen situatie aankijkt.
Moet voldoende ruimte worden gegeven aan benoemen en ervaren van verliezen door de
ziekte. Anders verandert de patiënt moeilijk.
Hulpmiddelen en aanpassingen kunnen toegepast worden om de patiënt om te kunnen laten gaan
met zijn beperkingen. De psycholoog kan hierin tot op zekere hoogte helpen.
Hulpmiddelen: instrumenten en voorwerpen voor persoonlijk gebruik die een ondersteuning geven
in bepaalde menselijke functie (rollator).
Aanpassingen: voorziening in de woon- of sociale omgeving van de patiënt met hetzelfde doel
(traplift, verhoogde toiletpot).
De psycholoog kan hierbij betrokken zijn doordat de patiënt:
1. Geen/ verkeerd gebruik van de hulpmiddelen en aanpassingen terwijl deze daar wel fysiek en
verstandelijk toe in staat is (non-compliance).
2. Patiënt wil graag hulpmiddelen en voorzieningen terwijl hier uit medisch oogpunt geen
aanleiding voor is.
3. De patiënt heeft hulpmiddelen nodig bij het compenseren van cognitieve beperkingen.
Non-compliance
Moeilijk te overwinnen weerstand.
1. Achterhalen of de patiënt juiste begrip heeft voor de reden waarom het
hulpmiddel/aanpassing wordt geadviseerd, uitleg over geven.
2. Hulpmiddel/aanpassing voelt als persoonlijk falen in de strijd tegen de ziekte.
3. Patient voelt meer en anders bekeken door omgeving en denkt daarom negatiever
beoordeeld te worden.
Psycholoog moet onderwerp bespreekbaar maken, deze bezwaren in kaart brengen en
irreële/disfunctionele cognities aanpassen door deze te bespreken en de patiënt inzicht
geven in ziektegedrag (rationeel emotieve therapie). Andere mogelijkheid is
counselachtige techniek door voors en tegens op een rij te zetten zodat een beter
gefundeerde keuze gemaakt kan worden door de patiënt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller KarlijnHorsten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.00. You're not tied to anything after your purchase.