Zeer uitgebreide geïntegreerde samenvatting voor het Neuropsychologische diagnostiek tentamen. Hierin staan alle hoorcolleges, werkcolleges, hoofdstukken uit het boek en overige artikelen.
Alles is per hoorcollege geïntegreerde met elkaar, waardoor je alles makkelijk kan terug zoeken tijdens ...
Hoorcollege 6 | Taal | Irene Huenges Wajer & Anoek Rolink (gast) | H16, H3.9 en Paemeleire, 2019 ........ 60
Diagnostiek van taalstoornissen....................................................................................................................... 60
Neuropsychologisch Taal Onderzoek ............................................................................................................... 67
Paemeleire (2019) ............................................................................................................................................ 68
Revalidatie........................................................................................................................................................ 71
Werkcollege 2 | Onderpresteren | Josje Kal | H8 & Carone 2010 ................................................................... 73
Vraag: Wat is onderpresteren? ........................................................................................................................ 73
Wat is onderpresteren ...................................................................................................................................... 73
Take-home messages ........................................................................................................................................ 78
Carone, 2010 .................................................................................................................................................... 78
Hoorcollege 7 | Ethiek en Rapportage | Gini Mathijssen | H2 & H12 ............................................................. 80
Nederlands instituut voor Psychologen (NIP): ................................................................................................ 80
NIP ................................................................................................................................................................... 80
De psycholoog handelt (NIP) ........................................................................................................................... 82
Voorbeelden ..................................................................................................................................................... 84
Privé leven ........................................................................................................................................................ 85
Algemene standaard testgebruik NIP ............................................................................................................... 85
Rapportage ....................................................................................................................................................... 85
Ethiek in rapportages (NIP) ............................................................................................................................. 86
Klachtencommissies ......................................................................................................................................... 86
Hoorcollege 8 | anamnese en observatie | Josje Kal | H3 & H7 ....................................................................... 87
Aanvraag en begin ........................................................................................................................................... 87
Anamnese, heteroanamnese en observatie ....................................................................................................... 87
Take home message .......................................................................................................................................... 92
Casuïstiek ......................................................................................................................................................... 92
, Hoorcollege 1 | Introductie en diagnostisch proces | Irene Huenges-
Wajer | H4,5,6, 11
Neuropsychologische diagnostiek
- Neuropsychologische diagnostiek:
o In kaart brengen van functiestoornissen bij hersenbeschadiging
o Aard, ernst, oorzaak, gevolg, samenhang met stemming/ persoonlijkheid, lichamelijke
factoren, pijn etc.....
- Waarom neuropsychologische diagnostiek?
o Klinische neuropsychologie is het wetenschapsgebied waar de relaties tussen de
hersenstoornissen en gedrag bestudeerd worden in patiëntgebonden onderzoek, alsook
de praktijksector waar deze kennis wordt toegepast in de vorm van diagnostiek,
begeleiding en behandeling.
o Start van de zorg is diagnostiek
o Zonder goede diagnostiek geen adequate indicatiestelling en behandeling!
- Wat maakt dit vak zo mooi? Geen patiënt is hetzelfde!
o Elke testbatterij is nieuw en afgestemd op de patiënt
o Neuropsycholoog moet snel kunnen switchen, flexibel en creatief zijn, en in hoog
tempo beslissingen kunnen nemen
- Indicaties:
o Neurologische aandoeningen: beroerte, tumor, traumatisch hersenletsel... –
o Psychiatrische stoornissen: schizofrenie, bipolaire stoornis
o Ontwikkelingsstoornissen: dyslexie, ADHD, autisme
o Veroudering en dementie
- Diagnostisch proces:
o Anamnese & Heteroanamnese
o Vraagstelling & Hypothesevorming: zonder goede vraagstelling is een
neuropsychologisch onderzoek zinloos! De diagnosticus vormt vanaf het eerste
moment al hypotheses maar kan ze ook bijstellen. Het is een dynamisch proces!
▪ “Gaarne NPO”
▪ Neem je onderzoek af in kader van diagnostiek/behandeling/indicatiestelling
etc.? Indien niet duidelijk neem contact op met verwijzer!
▪ Vraagstellingen: onderscheid
• Diagnostische vraagstelling: gericht op de differentiële diagnostiek
(bijv. die tussen dementie en depressie) → Wat
• Beschrijvende vraagstelling: vraagt naar een gedragsbeschrijving om
bijvoorbeeld te komen tot een behandel- of begeleidingsplan op basis
van een sterkte-zwakteanalyse → beschrijving
• Soms vraagstelling meer gericht op verklaring!
▪ Verdere differentiatie typen vraagstellingen:
• Onderkenning: Wat is er met deze pt. aan de hand?
• Verklaring: Waarom vertoont deze pt. deze gedragsproblemen?
• Predictie: Hoe kan een operatie het cognitief functioneren
beïnvloeden?
• Indicatie: Hoe kunnen de problemen verholpen worden? Wat zijn de
implicaties van de cognitief sterke en zwakke punten voor revalidatie?
• Evaluatie: zijn de problemen voldoende verholpen als gevolg van de
interventie? Wat is het effect van het gebruik van Ritalin op het
cognitief functioneren?
▪ Hypothese vormen: je vragen in de anamnese, tijdens anamnese kun je je
hypotheses bijstellen. Ook het testonderzoek worden afgestemd op hypotheses
(hypothese-toetsend werken). Gaat van algemeen naar meer specifiek
, ▪ Als scientist-practitioner: de diagnostische vraagstellingen kunnen
onderzoeken. Koppelen van klinische vragen aan de wetenschap
▪ Voorbeeld: Oudere patiënt met sinds enkele maanden geheugenklachten. Is
soms ook somber, drinkt daarnaast veel alcohol.
• Hypotheses:
o Beginnende dementie
o Depressie
o Alcohol gerelateerde cognitieve achteruitgang
o Normale veroudering
• Anamnese: om de hypotheses te toetsen stel je in anamnese vragen
over het soort geheugenproblemen, de stemming, het beloop,
alcoholgebruik etc.
• Testonderzoek: bouw je op met o.a. dementiescreening, verschillende
typen geheugentaken, stemmingsvragenlijsten
• Waarschijnlijkheidsdiagnose: door het verwerpen van een aantal
hypotheses kom je uit op een waarschijnlijkheidsdiagnose
• Soms andere disciplines nodig: voor verder onderzoek naar overige
hypotheses
• Medicus stelt medische diagnose:
o Testselectie & Testafname:
▪ Om hypothese te toetsen gebruik je verschillende bronnen: anamnese,
observaties, vragenlijsten en testen
▪ Hoe kies je een test? Dat is afhankelijk van het doel van het onderzoek en de
kenmerken van een patiënt (wat als iemand afatisch is, parese heeft, een laag
opleidingsniveau heeft
• Er moeten in ieder geval voldoende tests afgenomen worden om de
hypothesen te toetsen.
• Het instrument moet gedragskenmerken meten die van belang zijn
voor het beantwoorden voor de vraagstelling.
▪ Vereisten tests: kwaliteitscriteria. Validiteit, betrouwbaarheid en normering
• Een test moet ten eerste valide zijn: de test moet datgene meten
waarvoor de test ontwikkeld is, dit is de zogenaamde
constructvaliditeit.
• Een test moet betrouwbaar zijn: een goede test heeft een kleine
meetfout en een hoge test-hertest betrouwbaarheid (!!!)
• De normen van de test: moeten gebaseerd zijn op een normgroep die
uit voldoende proefpersonen bestaat en die een goede vergelijking met
de patiënten mogelijk maakt.
▪ Volgens de Algemene Standaard Testgebruik (AST) moet een
psychodiagnostisch instrument:
• Voldoende normering hebben, valide en betrouwbaar zijn
• Het meetinstrument moet relevant zijn: dat wil zeggen dat het
instrument gedragskenmerken moet meten die van belang zijn voor het
beantwoorden van de vraagstelling.
▪ COTAN-beoordeling (Commissie Testaangelegenheden Nederland):
verzamelt, beoordeelt en documenteert de gegevens over de validiteit,
betrouwbaarheid en normering van Nederlandstalige tests.
• Uitgangspunten bij constructie
• Kwaliteit testmateriaal
• Kwaliteit handleiding
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mai-ly. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $15.55. You're not tied to anything after your purchase.