100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting criminologische sociologie $5.98   Add to cart

Summary

Samenvatting criminologische sociologie

 32 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de lessen criminologische sociologie in het eerste jaar criminologie aan de KUL van professor Parmentier.

Preview 3 out of 26  pages

  • June 28, 2021
  • 26
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Criminologische sociologie


Hoofdstuk 1: Situering van sociologische theorieën over criminaliteit
Klassieke theorie (1)
Historische context: transities in de 18 e – 19e eeuw

- Transities gaan gepaard met maatschappelijke transformaties (bv. Franse revolutie)
- Van brutale lichamelijke bestraffing (niet rationeel) naar op regels gefundeerde,
institutionele sancties (rationeel, humaan)
- Van feodaliteit (middeleeuws: adel en clerus) naar moderniteit
o 3e stand (handelaars) ontwikkelen niet soort economie  krijgen geld  beginnen
rechten op te eisen


Cesare Beccaria: ‘Dei delitti e delle pene‘

- Straffen is alleen preventief nuttig  sommige licht, sommige zwaar
o Straffen die niet leiden naar voorkoming dat iets gebeurt geeft geen zin
- Tegenstander van de doodstraf
- Hij ging er van uit dat mens begiftigd was met ratio/reden  rationeel mensbeeld
- Visie is dat de daders hun gedrag niet zouden stellen als de negatieve gevolgen groter waren
dan de positieve baten
- Visie van utilitarisme (=gedragingen worden gesteld omdat persoon denkt dat dat nuttig is)
met homo rationalis
o Wereldbeeld was toen nog theocratisch


Kenmerken van straffen:

- Openbaar (je moet ze kunnen vinden)
- Snel plaatsvinden ( als afschrikking)
- Noodzakelijk ( om andere misdrijven te vermijden)
- De ‘juiste’ straf (zinvol, waarmee persoon beseft dat hij misstap heeft begaan)
- Proportioneel (voor lichte misdrijven geen zware straf geven  als straf niet correct is, gaat
delinquent dat geen juiste straf vinden en niets uit leren)
- Nulla poena sine lege = geen straf zonder wet (vooraf in de wet bepalen welke gedragingen
aanvaardbaar zijn en welke niet)
 Tot op de dag van vandaag van belang




1

,Criminologische sociologie


Klassieke theorie (2)
Jeremy Bentham

- Criminaliteit is inbreuk op het greatest hapiness principle
- Achterliggende visie vd hedonistische calculus
o Hedonisme = mens is rationeel met het oog op genot
- Invloed op penologische en juridische praktijk
o Penologie = de wetenschap die zich bezighoudt met het onderzoeken van de
effectiviteit van formele straffen
 Als criminaliteit van die aard is, dat ze geluk reduceert, is ze een brok voor de samenleving



Evaluatie van de klassieke theorie:

- Zeer rationeel!
- Sterktes:
o Lot in eigen handen
o Rationele visie op mens en samenleving
- Zwaktes:
o Geen oog voor oorzaken
o Geen oog voor types van criminaliteit (geen onderscheid tussen soorten criminaliteit)
o Is plegen van misdaad echt een vrije keuze?



Grondleggers vd sociologische benadering
1. Ecologische theorie (vooral sociaal milieu): A.M. Guerry
- Vooral portretten op kaarten
- Analyse vd officiële misdaadstatistieken in Frankrijk (hij was de eerste)
o Criminaliteit tegen personen:
 Vooral in het zuiden
o Criminaliteit tegen eigendommen
 Vooral in het noorden
 Als je ze op elkaar legt is Frankrijk ongeveer volledig bedekt
- Vader van de sociale statistiek = A. Quetelet
- Conclusie = niet de vrije wil is belangrijk, maar de impact van sociale factoren (bepaalde
factoren spelen in bepaalde regio waardoor mensen criminaliteit plegen

Tekst Quetelet

- Hij gelooft dat er een verhouding bestaat tussen vergaande criminaliteit en beoordeelde
criminaliteit
- Verhouding tussen geregistreerde criminaliteit en niet geregistreerde criminaliteit
- Hij zoekt naar een wet die de verhoudingen van de sociale criminaliteit kunnen vatten
- Kern: kenmerken van de regio zijn determinerend om te bepalen of je de stap gaat zetten
naar criminaliteit, of niet
o Leeftijd: toppunt van kunnen op 25 jaar  kernleeftijd om te bepalen wie
criminaliteit pleegt
25-35 jaar= meest betrokken bij criminaliteit

2

, Criminologische sociologie


o Geslacht: verhouding tussen geslachten is 1 op 4
 Groei en neergaan vd curve gaat op dezelfde manier bij mannen en vrouwen
 Piek bij vrouwen begint pas bij 30 jaar
 Omwille van mindere fysieke mogelijkheden gaat de vrouw meer
criminaliteit tegen eigendom plegen, dan tegen personen
 Vergif is geprefereerd  niet veel fysieke kracht voor nodig
o Seizoenen:
 Zomer: meer criminaliteit tegen personen
 Winter: meer eigendomscriminaliteit
o Klimaat
 Meer stabiel dan seizoenen
 In het noorden anders dan in het zuiden
o Inkomens: meer criminaliteit is waar er meer activiteit is van economische aard
 Hoe groter de ongelijkheid van inkomens, hoe meer criminaliteit
o Oorsprong van mensen:
 Hoe meer mensen van verschillende oorsprong, hoe meer criminaliteit
o Beroep:
 Vrije beroepen (dokters, advocaten): meer criminaliteit tegen personen 
hebben al veel geld, dus hebben eigendom niet nodig
 Werkende klasse: meer criminaliteit tegen eigendommen
o Opleidingsniveau:
 Niveau van opleiding is minder van belang dan men zou denken
 Wie kan lezen en schrijven kan aan meer info geraken, en met die
info criminaliteit plegen
o Armoedeniveau: morele opvoeding en armoede gaan niet hand in hand
o Algemene gelijkenissen tussen mannen en vrouwen:
 Hoe hoger in maatschappelijke rangorde, hoe minder vrouwen  vrouwen
zitten meer binnenshuis  normaal dan dat mannen meer criminaliteit
begaan
o Drank:
 Hoe meer alcohol, hoe meer criminaliteit
o Statistieken in Frankrijk vergeleken met de statistieken in de Nederlanden
 Frankrijk
 Spreekt men 39/100 mensen vrij
 Nederlanden
 Spreekt men 15/100 mensen vrij

Evaluatie van de ecologische school: op korte termijn id 19 e eeuw weinig mee gebeurd

- Sterktes
o Aandacht voor sociale context
o Zoeken naar empirische basis
- Zwaktes
o Onbetrouwbare statistieken
o Overvleugeld door biologische theorieën (kwamen op en hebben de sociale
theorieën overvleugeld)




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mdvkuleuven. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75323 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.98  1x  sold
  • (0)
  Add to cart