100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 'Beginselen van het Nederlandse staatsrecht' 19e druk Belinfante $5.96   Add to cart

Summary

Samenvatting 'Beginselen van het Nederlandse staatsrecht' 19e druk Belinfante

 28 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het gehele boek met uitzondering van hoofdstukken 12 en 17. Voor het vak Recht en Regulering (FSWB-1080) van de Pre-master Bestuurskunde.

Last document update: 3 year ago

Preview 6 out of 81  pages

  • No
  • Alle hoofdstukken behalve hoofdstuk 12 en 17
  • June 30, 2021
  • July 2, 2021
  • 81
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Belinfante/ De Reede ‘Beginselen van het Nederlandse
Staatsrecht 19e druk’
--------------------- HOOFDSTUK 1 --------------------....................................................................2
--------------------- HOOFDSTUK 2 --------------------....................................................................8
--------------------- HOOFDSTUK 3 --------------------..................................................................14
--------------------- HOOFDSTUK 4 --------------------..................................................................18
--------------------- HOOFDSTUK 5 --------------------..................................................................23
--------------------- HOOFDSTUK 6 --------------------..................................................................30
--------------------- HOOFDSTUK 7 --------------------..................................................................37
--------------------- HOOFDSTUK 8 --------------------..................................................................41
--------------------- HOOFDSTUK 9 --------------------..................................................................50
--------------------- HOOFDSTUK 10 --------------------................................................................58
--------------------- HOOFDSTUK 11 --------------------................................................................60
--------------------- HOOFDSTUK 13 --------------------................................................................63
--------------------- HOOFDSTUK 14 --------------------................................................................65
--------------------- HOOFDSTUK 15 --------------------................................................................73
--------------------- HOOFDSTUK 16 --------------------................................................................76

,--------------------- HOOFDSTUK 1 --------------------
INLEIDING


1.1 Benadering van het begrip staat
Wat houdt het begrip staat in?
 Een organisatie die met voorrang boven andere organisaties effectief gezag uitoefent
over een gemeenschap van mensen op een bepaald grondgebied.
 Erkenning door andere staten geen formeel vereiste, maar een belangrijke aanwijzing
dat de staat effectief gezag uitoefent.
 Toelating tot de Verenigde Naties (VN) versterkt de rechtspositie van het land in het
internationale verkeer.


Kenmerken van de staat:
 Mogelijkheid van toepassing van dwang ter handhaving van de gemeenschapsnormen
 Geweld door particulieren zal de staat slechts bij hoge uitzondering toestaan
(noodweer)
 Er kan geen dwang op de staat uitgeoefend worden als de staat bijvoorbeeld de wet
overtreedt, omdat er geen hogere organen zijn boven de staat (een revolutie kan als
gevolg plaatsvinden).


Staatsrecht
 De regels die betrekking hebben op de organisatie van de met gezag beklede organen
en de grenzen van hun gezag


Gezag
 Middeleeuwen: gezag was persoonlijk recht van de vorst. Gezag splitsen door deel
grondgebied verkopen, het was overdraagbaar


Vroeger: monarchie, oligarchie
Nu: democratie: gelijkwaardigheid




2

,1.2 Verdeling van de staatsmacht over verschillende organen
Directe democratie waarbij iedereen wordt betrokken bij de besluitvorming, is niet haalbaar
in een grote samenleving.
 Moeilijke besluitvorming
 Niemand voelt zich verantwoordelijk voor die besluiten


Montesquieu (Checks and balances)
 Risico van een dreigende dictatuur voorkomen, waarbij het gezag verdeeld is over de
verschillende organen
 Ieder orgaan kan slechts een deel van het gezag uitoefenen, het heeft de andere
organen dus nodig.
o Uitvoerende macht > de koning: voert de wetten uit
o Wetgevende macht > het parlement: maakt de wetten
o De rechterlijke macht > rechters: controleren of uitvoerende macht zich aan de
wet houdt


Grondwet Amerika
 Alleen Congres heeft wetgevende bevoegdheid.
 President heeft beperkt vetorecht
 President heeft volledige uitvoerende macht, slechts beperkt door sommige
bevoegdheden van de senaat op dit terrein
De term trias politica komt in het werk van Montesquieu niet voor.


In Nederland
Niet alleen de functies van Montesquieu kloppen niet, het is ook niet zo, dat de 3
belangrijkste organen in de staat (regering, parlement, rechterlijke macht) onafhankelijk van
elkaar opereren.
 Vaststellen van wetten: taak regering en parlement samen
 Het bestuur: taak regering en controle door parlement


Andere taakverdeling van het gezag: territoriale splitsing
 Centrale overheid delegeert een deel van de bevoegdheid aan regionale overheden


3

,1.3 De democratische rechtsstaat
 Democratie: elke burger is gelijkwaardig en heeft recht op gelijke invloed op het
staatsbestuur.
 Rechtsstaat: bescherming van de burger tegen het staatsbestuur.
 Democratische rechtsstaat: een staat met een bestuur dat zowel democratisch als
rechtstatelijk is ingericht


Democratie
 Vrije en geheime verkiezingen van het parlement.
 Burgers hebben recht om leden van volksvertegenwoordiging te kiezen (actief
kiesrecht)
 Burgers hebben recht om gekozen te worden als lid van de volksvertegenwoordiging
(passief kiesrecht)
 Openheid voor machtswisseling: er moeten niet alleen verkiezingen zijn, moet ook
duidelijk zijn hoelang de verkozenen hun functie kunnen uitoefenen en dat niet altijd
dezelfde personen aan de macht kunnen blijven.
 Parlement dient een centrale rol te spelen in het staatsbestel. De
volksvertegenwoordiging dient een beslissende stem te hebben bij het vaststellen van
de wetgeving


Rechtsstaat
 De staat erkent dat individuen en particuliere instellingen een staatsvrij sfeer toekomt.
Ook het parlement moet deze sfeer respecteren zodat minderheden op deze manier
worden beschermd tegen een tirannieke meerderheid
 Optreden van het bestuur dat voor de burger bezwarend is (bijv. heffen van
belastingen) dient te berusten op een algemene regel die de bevoegdheid van het
desbetreffende orgaan omschrijft. Legaliteitsbeginsel en rechtszekerheid bevordert en
voorkomt dat burgers in gelijke gevallen ongelijk worden behandeld.
 De regels waarin bevoegdheden van een staatsorgaan zijn omschreven, moeten zijn
vastgesteld door een ander orgaan. Als een orgaan zijn eigen bevoegdheden mag
uitbreiden, zou het de spelregels zomaar kunnen veranderen en blijft er van
rechtszekerheid weinig over.


4

,  Geschillen tussen de burger en de staat moeten worden beslist door een onafhankelijk
en onpartijdige rechter.


1.4 Grondregels van een democratisch-rechtsstatelijke staatsorganisatie
 Aan grondregels dient een democratisch-rechtsstatelijke staatsorganisatie getoetst te
worden, deze regels behoren zelf niet tot het positieve recht: het zijn beginselen die
niet op alle terreinen in rechtsregels zijn gerealiseerd


De eerste regel die een voorbeeld biedt van ‘checks and balances’ en die aan het wettelijk
systeem en de staatsrechtelijke praktijk in Nederland ten grondslag ligt is:


 Eerste grondregel: geen bevoegdheid zonder grondslag in wet of Grondwet 
voorkomen machtsmisbruik


 Tweede grondregel: niemand kan een bevoegdheid uitoefenen zonder verantwoording
schuldig te zijn of zonder dat op die uitoefening controle bestaat. Er bestaan meerdere
vormen van verantwoordingsplicht:


Politieke verantwoordingsplicht van bestuurlijke organen tegenover
vertegenwoordigende organen
 De ministers moeten zich verantwoorden tegenover het parlement
 De leden van de gedeputeerde staten tegenover de provinciale staten
 De burgemeester en de wethouders tegenover de gemeenteraad
 Deze plicht houdt in dat het bestuurlijke orgaan inlichtingen moet verstrekken, een
debat met de volksvertegenwoordiging niet mag ontwijken en bij verlies van
vertrouwen in beginsel moet opstappen


Ambtelijke ondergeschiktheid
 Ambtenaren die bepaalde bevoegdheden hebben, zijn verantwoording schuldig aan
hun chefs
 Slechte vervulling van de taak door een ambtenaar aan wie de wet een taak opdraagt,
kan tot disciplinaire maatregelen (ontslag) leiden
 Bewindspersonen (ministers en staatssecretarissen), zijn geen ambtenaren en zijn
daardoor niet onderworpen aan disciplinaire maatregelen
5

, Bestuurlijk toezicht
 Ook zonder dat er sprake is van ambtelijke ondergeschiktheid kan het voorkomen dat
een bestuursorgaan wordt gecontroleerd door een ander orgaan
 Zo heeft de regering een beperkte mate de bevoegdheid zich te bemoeien met het
beleid van gemeentelijke of provinciale organen
 Preventief toezicht: bestuursorgaan moet voor een bepaalde handeling goedkeuring
vragen aan een ander orgaan
 Repressief toezicht: een ‘hoger’ bestuursorgaan kan een beslissing van een ‘lager’
orgaan achteraf corrigeren
 Een minister is niet verantwoordelijk voor het doen of laten van een zelfstandig
bestuursorgaan, maar het parlement kan wel kritiek hebben op het feit dat de minister
geen gebruik heeft gemaakt van de controlebevoegdheden die de wet aan de minister
toekent.


Strafrechtelijke verantwoordelijkheid
 Gezagdragers kunnen strafrechtelijk verantwoordelijk zijn voor hun daden. Dit is
uitsluitend mogelijk, wanneer een strafbepaling de gedragingen strafbaar stelt


Beroep
 De meest besluiten van bestuursorganen zijn vatbaar voor beroep
 Dit beroep kan over het algemeen worden ingesteld bij een onafhankelijke rechter, zij
het dat meestal eerst bij het betrokken bestuursorgaan bezwaar moet worden gemaakt
tegen het besluit


Burgerlijke rechter
 Wanneer er geen beroepsmogelijkheid aanwezig is, kan bij de burgerlijke rechter een
actie uit onrechtmatige daad tegen de overheid worden ingesteld
 Als de rechter oordeelt dat de overheid onrechtmatig heeft gehandeld, is het mogelijk
dat de rechter een verbod of bevel uitspreekt en/ of de overheid tot schadevergoeding
verplicht
Rechterlijke toetsing van wetgeving
 Er is ook een controle van de rechter op zekere wetgevende organen


6

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Carinao. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77858 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.96  4x  sold
  • (0)
  Add to cart