Samenvatting thema
impulsregulatie
Tentamenstof uit de boeken
Ontwikkelingspsychopathologie
Hoofdstuk 12
Bij ODD en CD (normoverschrijdend gedragsstoornis) heeft vooral de omgeving last van de stoornis.
Dit kan verschillen tussen dwarsheid dat de omgeving ervaart of geweld. Kinderen met een
gedragsstoornis hebben vaak moeite met hechting.
Bij kinderen die onveilig zijn gehecht of een moeilijk temperament hebben kan de ‘koppigheidsfase’
(2,5-3,5 jaar oud) het begin zijn van een afwijkende ontwikkeling. In de meeste gevallen gaat de
koppigheidsfase gewoon over en gaan ze vanaf het twaalfde jaar opzoek naar autonomie, hun eigen
identiteit opzoeken, losmaken van thuis en ze zullen zich meer richten op leeftijdsgenoten.
Agressie kan in verschillende vormen voorkomen:
Fysieke agressie
o Directe, openlijke agressie denk hierbij aan slaan, schoppen of een verkrachting
o Fysieke agressie heeft een hoogtepunt bij 2-4 jaar en na deze 4 jaar neemt dit af. Bij
kinderen waarbij dit blijft kunnen last hebben van een gedragsstoornis.
o Hoe ouder je wordt hoe beter fysieke agressie ontwikkeld. Dit komt door
taalvaardigheid, de morele ontwikkeling en executieve functies.
Indirecte agressie
o Verborgen agressie zoals roddelen of pesten
o Als de sociaal-cognitieve vaardigheden toenemen, gaan kinderen vaker indirecte
agressie vertonen.
o Kinderen met een hoge sociale intelligentie kunnen psychische leed toebrengen.
o Indirecte agressie neemt af wanneer de verbale en cognitieve vaardigheden
ontwikkelen. Hierbij is de adolescentie het hoogtepunt.
o Kinderen die vaak indirecte agressie vertonen hebben vaker angst- en
stemmingsstoornissen
Reactieve agressie
o Direct en impulsief (ongeplande agressie)
o Dit wordt uitgeoefend door mensen met een kort lontje
Instrumentele of proactieve agressie
o Gepland en doelgericht denk hierbij aan een geplande overval
o Dit gebeurt zonder schuldgevoel of empathie. Deze mensen zijn ongevoelig voor de
gevolgen van het gedrag.
o Mensen met dit gedrag zijn een risicogroep voor delinquentie en psychopathie.
o Dit komt niet bij jonge kinderen voor omdat zij niet in staat zijn sociale situaties
helemaal te doorgronden
,Vanaf twee jaar leren we prosociaal gedrag. Prosociaal gedrag is gedrag dat niet alleen gericht is op
eigen welzijn, maar ook op het welzijn van anderen. Een voorwaarde van prosociaal gedrag vertonen
is dat je onderscheidt moet kunnen maken tussen jezelf en de ander en dat je kunt meeleven en
inleven in de ander.
Prosociaal gedrag:
- Dit leer je vanaf twee jaar
- Een voorwaarde van prosociaal gedrag vertonen is dat je onderscheidt moet kunnen maken
tussen jezelf en de ander en dat je kunt meeleven en inleven in de ander.
- Prosociaal gedrag wordt bevorderd door:
o Veilige hechting
o Aanwezigheid van een jonger broertje of zusje
o Geschikte leerprocessen
o Sociaal-cognitieve vaardigheden
- Moraliteit is verwant aan prosociaal gedrag. Morele ontwikkeling betekent ook wel de
ontwikkeling van sociale cognities. Denk hierbij bijvoorbeeld aan schaamte (negatief gevoel
over jezelf) en schuld voelen. Schuld en schaamte ontstaat als een kind (vanaf 3 jaar) zich
kan onderscheiden van anderen en zichzelf kan evalueren.
Ontwikkelen van moraliteit vaardigheden:
o Sensitiviteit (troosten en helpen)
o Openheid (niet liegen)
o Vergevingsgezind (niet vernederen)
o Verantwoordelijkheid (aan je woord houden)
Delinquente (achterstandige) jongeren kennen een lager stadia van morele ontwikkeling.
,Gedragsstoornissen:
- Twee bekende gedragsstoornissen zijn: ODD en CD.
- CD (ook wel normoverschijdend gedragstoornis en vroeger antisociaal gedragsstoornis
genoemd) is in de DSM-5 een specificatie genaamd ‘beperkte prosociale emoties’
geschreven. Dit gaat over dat mensen met CD geen schuldgevoel voelen, niet
meeleven, alleen oppervlakkige emoties hebben en onverschillig doen over slechte
prestaties.
- Bij gedragsstoornissen zitten grote verschillen in symptomen. Kenmerkend is wel dat
er hinderlijk en schadelijk gedrag wordt vertoond waarbij een kind geschreven en
ongeschreven regels overtreedt.
- Bij mensen met een gedragsstoornis neemt regel overtredend gedrag toe. Veel
delinquenten (delinquenten zijn mensen die vaak wettelijke regels overtreden) hebben
een gedragsstoornis.
Verschillen tussen normale en gedragsgestoorde kinderen:
1. Gedragsgestoorde kinderen overtreden regels vaker en langer
2. Gedragsgestoorde kinderen reageren te heftig en te impulsief op gebeurtenissen. (ook veel
bij ADHD)
3. Schuld en schaamte zijn minder ontwikkeld bij gedragsgestoorde kinderen, hierdoor zijn zij
sneller en vaker boos.
4. Kinderen met een gedragsstoornis hebben een slechter ontwikkelde cognitie waardoor zij
het gedrag van anderen niet goed interpreteren en vijandige bedoelingen kunnen zien.
5. Vanwege gebrekkige sociale cognitie bij gedragsgestoorde kinderen kunnen zij zich slecht in
anderen verplaatsen en niet goed onderhandelen.
, 6. Gedragsgestoorde kinderen later zich meer leiden door directe reacties op hun gedrag zoals
een beloning of straf
Verschillen tussen ODD en CD:
- ODD begint eerder dan CD. ODD begint rond het zesde jaar en CD rond het negende jaar.
- ODD is minder ernstig
- ODD kent geen criteria voor agressiviteit, CD wel.
ODD is een patroon bestaand uit een boze/prikkelbare stemming, brutaal/ongehoorzaam gedrag, of
ontevredenheid, dat minstens zes maanden duurt.
Kinderen die CD hebben verschillen erg in:
- Ernst van stoornis
- Beginleeftijd
- Openlijkheid versus bedekte agressie
- Individuele agressie vs in groepsagressie
- Comorbiditeiten
o Helft met ODD of CD heeft ADHD
- Ongevoeligheid of niet-emotioneel
Gedragsstoornissen lijken op:
- ADHD
- Bipolaire stoornis (met afwisselend episodes van depressie en manie)
- Onveilige hechting of reactieve hechtingsstoornis
- ASS
- Aanpassingsstoornis
Comorbiditeiten bij een gedragsstoornis:
- Vaak met ADHD (40 tot 60%)
- Taal en leerproblemen
- Internaliserende angst- en stemmingsstoornissen
- Middelenmisbruik
ODD komt bij jongens evenveel voor als bij meisjes. CD komt bij jongens meer voor.
Meisjes gebruiken vaker indirecte agressie, maar fysieke agressie komt ook voor maar vaak in
het geniep.
Gedragsstoornissen komen minder vaak voor bij meisjes, maar als ze wel voorkomen zijn ze
vaak ernstiger dan bij jongens genderparadox (denk hierbij aan depressie,
middelenmisbruik of suïcidepogingen)
Piek bij meiden voor geweldmisdrijven is 14 jaar en bij jongens 16 jaar
Mensen van een andere afkomst zijn vaak verdacht omdat:
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elvirax. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.94. You're not tied to anything after your purchase.