100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College aantekeningen Burgerlijk Recht 2 (JUR-3BUR2RGL) Verbintenissenrecht algemeen, ISBN: 9789013141542 $7.50   Add to cart

Class notes

College aantekeningen Burgerlijk Recht 2 (JUR-3BUR2RGL) Verbintenissenrecht algemeen, ISBN: 9789013141542

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Aantekeningen van alle HC's van het jaar 2021. Ik doe notarieel ondernemingsrecht (2de) jaar, en ik weet niet of er een verschil is met de HC's van het derde jaar rechtsgeleerdheid, volgens mij was er alleen wat extra's daar. Hopelijk hebben jullie er wat aan, succes met leren!

Preview 4 out of 111  pages

  • June 30, 2021
  • 111
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Prof. mr. s.e. bartels
  • All classes
avatar-seller
HC Burgerlijk recht II.

HC week 1, 25 januari.
Deel I.
Formaliteiten bij het vak.

Deel II.
Absolute rechten= rechten die je tegen eenieder kan uitoefenen.
Verbintenissenrecht= ziet op relatieve rechten, rechten die je kan uitoefenen jegens een of
meerdere specifieke partijen. Binnen relatieve rechten onderscheid tussen:
1. Verbintenissen= vermogensrechtelijke betrekking tussen twee of meer personen
krachtens welke de een jegens de ander tot een prestatie gerechtigd is en deze
jegens gene tot die prestatie verplicht is.
a. Verbintenis zowel actief als passief, schuldeiser en schuldenaar.
2. Anderen rechten en plichten.
a. Rechtsplichten= plicht zonder dat de ander automatisch een recht heeft, bijv.
OD. Alleen als je je plicht schendt, dan komt er een verbintenis waarbij ook
een schuldeiser ontstaat.




Art. 6:1 BW-> verbintenissen kunnen alleen ontstaan als dit uit de wet voortvloeit. Bronnen
van verbintenissen:
1. Rechtshandelingen= handeling gericht op het teweegbrengen van rechtsgevolg (wil
om rechtsgevolgen te doen ontstaan):
a. Ovk (6:213, 6:248 en boek 7 BW).
b. Aansprakelijkheidstelling als bedoeld in art. 2:403 lid 1 onder f BW.
c. Bekrachtiging (3:69 BW)
d. Legaat (4:117 BW).
2. Andere rechtsfeiten= wil is niet van belang (in tegenstelling tot bij rechtshandeling),
bijv:
a. OD (6:162 BW).
b. Zaakwaarneming (6:198 BW).
3. Rechterlijke uitspraken. Bijv:
a. Veroordeling tot betaling dwangsom of proceskosten (art. 237 e.v. en 611a
e.v. Rv).
b. Toekenning van een schadeloosstelling (bij. 3:53 BW).
4. HR Quint/Te Poel

, a. Casus-> opdrachtgever gaf opdracht aan aannemer om een huis te bouwen
op grond van een derde. Opdrachtgever wilde niet betalen. Aannemer ging
naar derde (broer), want is door natrekking eigenaar geworden van het huis.
Hij stelde dus eigenlijk een vordering tot ongerechtvaardigde verrijking in,
onder het oude bewind bestond dit nog niet.
b. HR oordeelde dat niet iedere verbintenis rechtstreeks uit de wet moet
voortvloeien. Rechtsregel-> verbintenissen kunnen ook ontstaan als het
aansluit bij wat in de wet staat.
c. Toch kreeg de aannemer geen vergoeding, want hij had op het verkeerde
perceel gebouwd terwijl hij in de registers had kunnen zien dat dit niet de
juiste kavel was (niet tgt).
d. Door dit arrest is de deur voor ongerechtvaardigde verrijking open gezet.
e. Is dit arrest nog relevant?
i. Je kan als advocaat stellen dat de omstandigheden maken dat het bij
een andere grond past (extra categorie). Dit is echter erg lastig.
ii. Moderne advocaat zal stellen dat er sprake is van een OD.

Art. 3:296 BW-> vordering tot nakoming, hoofdregel-> i.b. is iedere verbintenis opeisbaar.
Uitzondering zijn de natuurlijke verbintenissen= verbintenis zonder rechtsvordering, kan je
niet afdwingen. Hoe ontstaat deze, art. 6:3 lid 2 BW:
1. De wet of een rechtshandeling onthoudt de afdwingbaarheid.
2. Morele verplichting is voldoen aan een natuurlijke verbintenis.
3. Gentlemen's-agreement, leidt tot verplichtingen maar zijn niet af te dwingen.

Totstandkoming van overeenkomsten-> ovk komt tot stand door een aanbod en de
aanvaarding daarvan. Ovk= aanbod + aansluitende aanvaarding. Nadere regels: art. 6:217-
6:225 BW. Deze regel is vaak te netjes, soms is er niet duidelijk één aanvaarding of aanbod.
Er moet wel altijd sprake zijn van wilsovereenstemming.
Aanbod en aanvaarding zijn rechtshandelingen. Ze zijn gericht op het tot stand komen van
een ovk, ovk is gericht op rechtsgevolg, dus indirect zijn zij gericht op een rechtsgevolg.
- Rechtshandeling= vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een
verklaring heeft geopenbaard:
- Aanbod= wil + verklaring.
- Aanvaarding= wil + verklaring.
- Hoofdregel-> verklaring is vormvrij (3:37 lid 1 BW).
- Aanbod= (vormvrij) voorstel tot het sluiten van een ovk (verklaring).
- De bedoeling om deze ovk na aanvaarding tot stand te laten komen (wil).
- De ovk is voldoende bepaalbaar (6:227 BW). Geen zwaar vereiste.
- Voldoende: de ovk bevat een procedure aan de hand waarvan de
verbintenis kan worden bepaald (HR Stichting erfpachters belang
Amsterdam/Amsterdam).
- Art. 7:4 BW-> koopovk zonder koopprijs= redelijke prijs. Als je niks
afspreekt over de prijs wordt er dus een redelijke prijs afgesproken,
zelfs dan is bijv. een brood zonder koopprijs dus al bepaald genoeg.
- Aanvaarding= (vormvrije) acceptatie van een geldig aanbod (verklaring).
- Gericht tot aanbieder.
- De bedoeling om hiermee de ovk tot stand te laten komen (wil).
- De aanvaarding sluit aan bij het aanbod:

, - NB: zie art. 6:225 BW.
- HR Haakjöringsköd (= haaienvlees (Noors))
- Partijen sluiten een ovk voor de verkoop van Haakjöringsköd.
- Beide partijen denken Haakjöringsköd= walvisvlees.
- Reichsgericht-> ovk voor de verkoop van walvisvlees.
- Rechtsregel-> wilsovk voor verkoop en koop van walvisvlees, komt
dus een ovk tot stand ook al gebruikte partijen geheel andere
woorden. Is er dus wilsovereenstemming (ook al is de verklaring van
beiden dus niet hetzelfde als de wil) dan ontstaat al een ovk.
- HR Bunde/Erckens-> misverstandsarrest.
- Casus: Erckens verkoopt grond aan Bunde.
Afgesproken dat Bunde belastingschade van Erckens
zou vergoeden. Ze hadden echter een ander idee van
wat deze schade dan was. Ze hebben dus beiden een
andere wil, ander bedrag in gulden, ze hebben wel een
zelfde verklaring maar er is geen wilsovereenstemming
dus geen ovk.
- Beide partijen hebben niet alleen een andere wil,
kijkend naar het vertrouwen verschilt deze bij de
partijen ook.
- Rechtsregel= indien partijen die een ovk wensen te
sluiten, daarin een door misverstand vatbare
uitdrukking bezigen, die zij elk in verschillende zin
hebben opgevat, het antwoord op de vraag of al of niet
een ovk tot stand is gekomen, i.b. afhangt van wat
beide partijen over en weer hebben verklaard en uit
elkaars verklaring en gedragingen, overeenkomstig de
zin die zij daaraan in de gegeven omstandigheden
redelijkerwijze mochten toekennen, hebben afgeleid.
- HR zegt je moet art. 3:35 BW toepassen, maar
dan wel over en weer. Kijken wie
gerechtvaardigd vertrouwd, die partij heeft het
bij het rechte einde.
- Wat als beiden partijen niet
gerechtvaardigd vertrouwen? Dan geen
ovk. Er is dan geen
wilsovereenstemming die wordt
gecorrigeerd door gerechtvaardigd
vertrouwen dus geen ovk. Dit was bij
Bunde/Erckens het geval.
- De ‘geen ovk uitkomst’ is alleen
gerechtvaardigd als beide partijen niet
gerechtvaardigd vertrouwden én zij ten tijde van
het sluiten van de ovk ook niet zouden
contracteren onder andere voorwaarden.
Hadden ze ook onder andere voorwaarden
gecontracteerd dan heeft de rechter de vrijheid
de ovk op die manier uit te leggen.

, - In andere situaties is het een kwestie
van uitleg.
- Art. 3:35 BW= tegen hem die eens anders verklaring of
gedraging, overeenkomstig de zin die hij daaraan onder de
gegeven omstandigheden redelijkerwijze mocht toekennen,
heeft opgevat als een door die ander tot hem gerichte
verklaring van een bepaalde strekking, kan geen beroep
worden gedaan op het ontbreken van een met deze verklaring
overeenstemmende wil.
- Gerechtvaardigd vertrouwen opgewekt door de
handelende partij. Gevolg-> de inhoud van de
rechtshandeling komt overeen met vertrouwen van de
wederpartij. Bijv. ik zeg haaienvlees, maar u dacht en
mocht denken walvisvlees dan is de inhoud van de
verklaring voor het recht alsof ik het ook echt had over
walvisvlees.
- Wilsvertrouwensleer (herformulering)
- (Hoofdregel) Wil van handelende partij bepaalt de
inhoud van een (gerichte) verklaring. Het gaat hierbij
echter niet om zijn werkelijke wil, maar om de wil zoals
de wederpartij deze redelijkerwijze mocht interpreteren
op basis van toedoen van de handelende partij.
- Inhoud rechtshandeling= gerechtvaardigd vertrouwen
wederpartij over wil handelende partij op basis van
verklaring handelende partij.

Deel III.
Nemo en de IMacs. Casus.
Nemo kocht 3 IMacs voor slechts 7 euro.

Overweging.
Wil Verklaring Vertrouwen
wederpartij

Aanbod 2190 euro 2,19 euro 2,19 euro (?!)

Aanvaarding 2,19 euro 2,19 euro 2,19 euro


Rechtsregel.
Er is geen ovk tot stand gekomen, kopers mochten er niet op vertrouwen dat verkopers het
voor deze prijs wilde verkopen. Het feit dat de IMacs zijn afgeleverd maakt niet dat er
gerechtvaardigd vertrouwen is ontstaan.

Deel IV.
Interview met een juridisch adviseur, deze heeft o.a. Nemo en IMacs behandeld.

Deel V.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller s-kers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.50
  • (0)
  Add to cart