Hoofdstuk 1
Paragraaf 1.1
Zeventien aparte staatjes
Begin 16e eeuw bestond Nederland uit 17 zelfstandige ministaatjes
ook wel gewest genoemd
de grote is vergelijkbaar met de provincies van nu
hoe kunnen er dan 17 zijn? -> België hoorde er ook bij
3 belangrijkste -> Vlaanderen, Brabant en Holland
Allemaal dezelfde vorst -> die tijd heer
Sinds 1515 -> Karel V heer der Nederlanden
Karel V -> familie van de Habsburgers -> naast Nederlanden, koning van Spanje en keizer van
Duitsland
Karel V als heer der Nederlanden -> buitenlandse politiek en wanneer oorlog
In gewesten had heer lang niet alles te zeggen -> ze hadden eigen bestuur -> de Gewestelijke
staten -> afgevaardigden van de 3 standen -> recht voor rechtspraak, inwoners belasting laten
betalen -> rechten heette ook wel privileges
Wanneer de heer met alle gewesten tegelijk wilde praten, kwam de Staten-Generaal in Brussel bij
een.
Als heer niet in Nederlanden was, stelde hij een plaatsvervanger aan -> landvoogd/landvoogdes
Centraal of niet?
Karel V wilde politieke situatie in Nederlanden veranderen -> lastig om met de gewesten
afzonderlijk te moeten overleggen en rekening houden met alle verschillende wetten van de
gewesten -> macht van de gewesten verkleinen en positie van regering in Brussel versterken ->
centralisatiepolitiek -> de Nederlanden meer uit een centraal punt besturen -> wetten uit Brussel
voor alle gewesten -> grote weerstand in de gewesten -> gewestelijke staten wilde dat hun eigen
belangen centraal zouden staan -> particularisme
Kettervervolgingen
1521 -> Karel V de bloedplakkaten afgekondigd -> opkomende reformatie in de kiem te smoren
In bloedplakkaten -> aanhangers van de nije leer met dood bedreigt en bezittingen verbeurd
verklaart.
Eerste protestantse martelaren in zuidelijk Nederlanden -> Hendrik Voes en Jan van Essen uit
Antwerpen -> in Brussel verbrand -> 2 jaar later eerste in noordelijk Nederlanden -> Jan de Bakker
Andere protestanten -> verbrand, opgehangen, verdronken of levend begraven
Belangrijk hulpmiddel bij kettervervolging -> inquisitie -> geloofsrechtbank die zelf actief op zoek
ging naar aanhangers van de reformatie -> protestanten vluchten naar buitenland
, Filips II
1555 -> Karel V afstand van de troon -> opvolger was Filips II
Anders dan Karel V woonde Filips niet in Brussel maar in Madrid
Als landvoogdes -> zijn zus Margaretha van Parma -> de Nederlanden besturen -> de edelen
beschouwde Filips daarom als buitenlander
Filips ging door met centralisatiepolitiek en kettervervolgingen -> hij was overtuigend katholiek ->
hij dacht dat godsdienstige plicht was om de ketters te vervolgen -> hij zei daarover: ‘Ik zou
liever honderd levens geven en mijn koninkrijk, dan ketters als onderdanen
hebben.’
Onrust in gewesten nam toe
Willem van Oranje
Filips II kwam in conflict met enkele edelen -> 1 daarvan Willem van Oranje Nassau
Willem van Oranje -> geboren in Duitsland -> Luthers opgevoed -> via zijn neef erfde hij grote
landgoederen in de Nederlanden
Willem werd hierdoor 1 van de machtigste edelen van Karel V -> die wilde dat Willem RKK werd
opgevoed aan zijn hof te Brussel -> het lukte, maar Willem werd nooit zo overtuigd als Karel V
Filips II -> benoemde Willem stadhouder -> de gewesten Holland, Zeeland en Utrecht -> die functie
hield in ->aanvoerder van het leger -> hierdoor werd Willem machtigste edelman in de
Nederlanden
Relatie tussen Willem en Filips werd snel stroef -> steeds vaker had Willem kritiek op Filips beleid,
vooral op kettervervolging.
Op oudejaarsdag 1564 -> zei Willem bij de Raad van State, groep adviseurs die landvoogd(es) raad
geven -> ‘ik kan niet goedkeuren dat vorsten over het geweten van hun
onderdanen willen heersen en hun de vrijheid van godsdienst ontnemen’
Recht van opstand
Niet alle protestanten vonden dat onderdanen zomaar de wapens mochten opnemen tegen hun
wettige vorst -> hij regeerde immers namens God -> God wilde dat onderdanen hun vorst
respecteerden en gehoorzaamden -> de vraag was hoe ze moesten omgaan met een vorst die zijn
macht misbruikte en zijn onderdanen om het geloof vervolgde -> Luther was van mening dat
protestanten in dat geval moesten lijden en niet strijden -> reformator Calvijn was van mening dat
het in zo’n situatie geoorloofd was om in opstand te komen, dit mocht niet een ongecontroleerde
volksoproer zijn, maar moest goed geleid zijn met als aanvoerder een belangrijke edel -> de
calvinistische opstandelingen zagen een aanvoerder in Willem van Oranje -> Willem van Oranje zag
dit als een roeping van God
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller racellalive. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.83. You're not tied to anything after your purchase.