Werkgroep week 2: Rechtsvinding in de Urgenda-zaak
Aantekeningen:
Als je juridisch-dogmatisch onderzoek verricht dan moet je juridische bronnen vinden en
wetenschappelijke bronnen zoals commentaren op die primaire rechtsbronnen. Wat zijn goede
bronnen en waar moet je op letten?
Bronnenselectie:
Relevantie
Inhoudelijke kwaliteit
Formele criteria:
Status publicatie (gaat het om een al gepubliceerd artikel in tijdschrift, handboek
of slechts een scriptie)
Publicatiejaar
Status uitgever of tijdschrift
Status auteur
Opdracht 1: Vragen bij Van Dijck, Snel & Van Golen h.3 en h.6
1. Wat is een systematisch literatuuronderzoek en waartoe dient het?
Het systematisch literatuuronderzoek is gericht op het vinden van een onderzoeksvraag. Het doel
van het literatuuronderzoek is om te komen tot een onderzoeksvraag. Systematisch
literatuuronderzoek richt zich op het in kaart brengen van de op een bepaald onderzoeksthema
bestaande literatuur. Het gaat dan vooral om handboeken, monografieën en dissertaties, alsook om
tijdschriftartikelen en annotaties. De onderzoeker wil middels systematisch literatuuronderzoek
immers vaststellen welk onderzoek reeds door andere onderzoekers is verricht en wat hun
bevindingen zijn. Uiteindelijk is het doel van het literatuuronderzoek om tot een meer precieze,
academische onderzoeksvraag te komen dan de (globale) vraag waarmee het literatuuronderzoek
werd aangevangen. Op basis van het literatuuronderzoek is de bestaande kennis in kaart gebracht.
Daarmee zijn tevens de kennislacunes blootgelegd waar voor de onderzoeker nog
onderzoeksmogelijkheden liggen.
2. Wat wordt bedoeld met onderzoeksdesign en waarom is een dergelijk design belangrijk voor uw
scriptie?
Een onderzoeksdesign geeft een algemeen raamwerk voor het verzamelen en analyseren van
informatie. Het gaat om de wijze waarop de onderzoeksvraag zal worden beantwoord. Daarmee
staat hier de hoe vraag centraal: hoe gaat de onderzoeker het onderzoek verrichten dat nodig is om
de onderzoeksvraag te beantwoorden? Door te identificeren binnen welk onderzoeksdesign de
rechtswetenschapper opereert, wordt duidelijk welke methoden en informatie voor het uitvoeren
van het onderzoek nodig zijn. Voorbeelden van onderzoeksdesign: juridisch-dogmatisch,
rechtsvergelijkend, rechtshistorisch, rechtstheoretisch en multidisciplinair onderzoek genoemd.
3. Aan welke eisen moet de onderzoeksmethode voldoen?
1. Zij moet geschikt zijn voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag
2. De mogelijkheid bieden om alle of, als dat niet mogelijk is, een representatieve selectie van
de beschikbare relevante informatie te achterhalen die nodig is voor het beantwoorden van
de vraag. Het is dus van belang dat de onderzoeker de onderzoeksmethode zo vormgeeft,
dat daarmee zo veel mogelijk voor de onderzoeksvraag relevante informatie kan worden
achterhaald.
3. En de kans zo groot mogelijk maken dat daarmee betrouwbare en valide resultaten worden
bereikt.
4. Daarnaast is het ook van belang dat de onderzoeksmethode uitvoerbaar is.
Opdracht 2: Het vinden en beoordelen van rechts- en andere bronnen (Betrek Van Dijck e.a. h3 in
uw antwoord)
Deze opdracht delen wij uit tijdens het werkcollege.
, Opdracht 3: Reflectievragen Vranken
1. Vranken stelt dat (Algemeen deel 4, nr. 11) leren casus oplossen aan de Nederlandse
universiteiten in de regel geschiedt zonder reflectie op de manier waarop dat gebeurt. Als u de eigen
rechtenstudie aan de VU tot nu toe beschouwt, in hoeverre is er dan aandacht geweest voor de
manier waarop dat gebeurt?
2. Vranken geeft de visie van Siems weer (Algemeen deel 4, nr. 13). Wat is uw mening over “Law
professors”? Denk u dat hun werk in onderwijs en onderzoek evengoed door practici kan worden
gedaan? Wat is volgens u de rol van vakken als encyclopaedie, rechtsgeschiedenis, rechtsfilosofie,
methoden van rechtswetenschappelijk onderzoek?
Opdracht 4: Methoden van rechtsvinding: De urgentie van Urgenda
Neem de uitspraak van de Rechtbank Den Haag in de Urgenda-zaak eerst globaal door en bestudeer
vervolgens de onderstaande fragmenten uit de uitspraak.
Aantekeningen:
Stelling: de uitspraak van de rechter in de Urgenda-zaak staat op gespannen voet met de in
onze rechtsstaat gangbare opvatting van rechtsvinding.
We hebben de opvattingen van Dworkin, Scholten en Vranken hierover gezien en
van Gestel & Loth hebben hier een nieuwe opvatting over (rechtsvinding 3.0).
Rechtsvinding 3.0: we leven in een andere context, in een meerlagige rechtsorde
en de rechter heeft daar een andere rol in.
Inhoud uitspraak: rechtbank Den Haag heeft uitvoering beargumenteerd waarom
in dit geval een bevel aan bestuur mag worden gegeven om reductie van
broeikasgassen te komen. De rechter geeft daar aan op basis van de
maatschappelijke zorgvuldigheidsnorm neergelegd in art. 6:162 BW waarom hier
sprake zou kunnen zijn van gevaarzetting en op die manier allerlei
publiekrechtelijke normen in privaatrechtelijke normen gesluisd kunnen worden.
Welke opvatting heb je als toetssteen gebruikt? Als je rechtspositivistische visie op
rechtsvinding neemt, is deze uitspraak in overeenstemming met deze visie of strijd
ermee?
Waarom zou de rechter hier zijn boekje te buiten gaan? Omdat de rechter
publiekrechtelijke normen heeft ingelezen in art. 6:162 BW om de norm
gevaarzetting in te kleuren en daarin is de rechter te activistisch opgetreden. De
rechter heeft op een creatieve manier publiekrechtelijke normen in het
privaatrecht ingelezen (reflexwerking toegepast). Is dat iets wat in strijd is met in
onze rechtsstaat gangbare opvatting over rechtsvinding?
Wat de rechter doet is eigenlijk geen wet opstellen maar wat doet de rechter dan
wel? Partijen hadden al afspraken gemaakt om co2-uitstoot te verminderen en het
enige wat de rechter hier doet is partijen afspraken laten nakomen. Het is niet
zozeer een kwestie van op de stoel van de wetgever gaan zitten want het is geen
opdracht om wetten op te gaan stellen of regels te maken maar het is een
opdracht die dient te worden nagekomen. Het is meer een opdracht aan het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller madiha_e. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.