Classificaties:
- Categoriaal
o Zwart/Wit, Gezond/Ziek
- Monothetische classificatie
o Categoriaal, stoornissen afgebakend in klassen zonder overlap/kwalitatief verschil
- Polythetische classificatie
o Leden van een bepaalde categorie hebben een beperkt aantal kenmerken met elkaar gemeen
zonder dat een kenmerk bij alle leden moet voorkomen
- Prototyptisch classificatie
o Alle individuen binnen een bepaalde groep hebben zoveel mogelijk dezelfde symptomen
zonder dat een bepaald kenmerk essentieel is
- Dimensionele classificatie
o Continuüm
Diagnoses
- Syndroomdiagnose
o Descriptieve diagnose, zonder info over etiopathogenese
Facultatieve en kernsymptomen
- Structuurdiagnose
o Beschrijvende diagnose, met info over etiopathogenese
Neurobiologische en psychologische predispositionerende, luxerende en
onderhoudende factoren
Predispositionerende Kwetsbaar makende factoren
Luxerende Lokken een stoornis uit
Onderhoudende Onderhouden/versterken een stoornis
Kritiek op het medisch model en de DSM
- Szasz Er zijn altijd biologische afwijkingen nodig om een ziekteconcept vast te stellen
- Rosenhan Diagnoses stellen is inhumaan, we kunnen geen onderscheid maken tussen ziek/niet ziek
- Delespaul De DSM ≠ a-theoretisch, de neurobiologische theorie is impliciet aanwezig door de
diagnostische categorieën te presenteren als ziekte-entiteiten.
- Multivariate statistiek Kritiek op de grenzen, zowel tussen de ziektebeelden als tussen ziek/beter.
- Lage betrouwbaarheid diagnosen Oplossing = precisiediagnostiek
- Shorter Teveel consensus in de DSM, dat is geen wetenschap
1
,Psychotische stoornissen
Psychose
Psychose Verlies van contact met de realiteit, verbrokkelen van psychisch functioneren en
geen/beperkt/wisselend ziekte-inzicht
DSM-V ≥ 2, waarvan ≥ 1 van 1-3
1. Wanen
2. Hallucinaties
3. Onsamenhangende spraak
4. Ernstig chaotisch gedrag Differentiaaldiag
5. Negatieve symptomen noses:
- Obsessi
Wanen = Inhoudelijke denkstoornis van onjuiste niet-corrigeerbare overtuigingen es
met een subjectieve zekerheid. Bizar vs. niet-bizar. - Overwa
- Paranoïde wanen Achtervolgingswanen ardige
- Betrekkingswanen Toevallige gebeurtenissen in de buitenwereld ideeën
hebben betrekking op jou - Magisch
- Beïnvloedingswanen Overtuiging onder invloed te staan van een denken
vreemde macht - Bijgeloo
- Ondergangswanen De waan dat je ten onder zult gaan; depressieve wanen f
- Nihilistische wanen Een deel van zichzelf/zichzelf helemaal in vraag stellen; psychotische wanen
- Grootheidswanen Mensen geven zichzelf grote eigenschappen; manische depressies
- Thought interference Thought insertion (vreemde gedachten inbrengen), thought withdrawal
(eigen gedachten worden aan geest onttrokken) of thought broadcasting (gedachten worden
uitgezonden)
Inhoudelijke denkstoornissen = wanen, obsessies, overwaardige ideeën en magisch denken.
Formele denkstoornissen = Verloop (alle kanten uit, ideeënvlucht of obstructie) en organisatie of vorm
(neologismen, privaatsymboliek, concretisme, overinclusief denken).
Hallucinaties = Waarnemingsstoornissen, hetzelfde realiteitskarakter als echte waarneming, maar zonder
externe stimulus.
- Modaliteit Auditief, visueel, tactiel, reuk, smaak
o Auditief
Verbaal (stemmen) Intern of extern (gedanken laut werden, bevelshallucinaties)
Non-verbaal Tinnitus of muzikaal
Gezonde individuen
Ervaren meer controle over de stemmen
Minder frequent stemmen
Dichten de stemmen vaker iets positiefs toe
Hebben vaak al stemmen vanaf jonge leeftijd
Even vaak intern als extern.
- Inhoud Bevelshallucinaties (bevelende stemmen; schizofrenie), rouwhallucinaties, zoöpsieën
(ontwenningsdelieren met veel insecten), tessellopsia (alles in mozaiektegeltjes zien).
Syndroom van Charles Bonnet Visuele hallucinaties bij ouderen met een matige visusstoornis.
- 10-20% vd oudere mensen met een visusstoornis
- Helder bewustzijn
- Realiteitsbesef is intact
- Verdwijnt meestal snel (seconden/minuten)
- Eenvoudige en complexe hallucinaties (verstoorde verhoudingen, tegelvormige vormen,
gekostumeerde figuurtjes, polyopie).
2
,Bad hallucinations
- Multimodaal
- Afwezigheid van eenvoudige hallucinaties
- Gewone figuren (niet gekostumeerd)
- Secundaire wanen die de hallucinaties verklaren
- Cognitieve achteruitgang
Erotomane waan Iemand anders (vaak een bekend persoon) is verliefd op de persoon met de waan
Schizoaffectieve stoornis
1. Minstens een periode waarin tegelijk psychose EN stemmingsepisode voorkomt
2. Minimaal 2 weken wanen/hallucinaties zonder depressie/manie
3. Stemmingssymptomen het grootste deel van de (psychotische) ziekteperiode EN van de periode met
residuele symptomen aanwezig
Schizofrenie
DSM-V
- Psychotische episode van één maand of langer (tenzij goede en snelle behandeling)
- Sociaal en/of beroepsmatig disfunctioneren
- Verschijnselen zijn gedurende minstens 6 maanden ononderbroken aanwezig.
Prodromes Voorlopers, grotere kans om schizofrenie te ontwikkelen. 2-5 jaar.
At risk mental state = jonge leeftijd, significante achteruitgang van functioneren tijdens afgelopen jaar, BLIPS
CASIS-cluster = cognitieve deficits, affectieve verstoringen, sociale isolatie en schoolse achteruitgang
Etiologie: Differentiaal diagnoses
- Genetica Hoe meer we genetisch verwant zijn met - Schizofreniforme stoornis (< 6
iemand die schizofrenie heeft, hoe meer kans we hebben om maanden)
de aandoening te ontwikkelen. - Kortdurende psychotische
- Complicaties zwangerschap Ondervoeding, stoornis (< 1 maand, geen
spoedkeizersnede, virale ifecties prodromen)
- Middelenmisbruik Cannabis zorgt voor meer kans op - Schizoaffectieve stoornis (Ook
schizofrenie. 15% vd mensen met schizofrenie komt door stemmingsstoornis)
cannabisgebruik - Psychotische depressie
- Expressed emotion Maat voor vijandige opmerkingen, (Stemmingscongruent)
kritische commentaren en emotionele overbetrokkenheid in - Waanstoornis (beter
een gezin. Hoe hoger EE (onderzocht in een interview), hoe functioneren)
minder goed het verloop van schizofrenie - Gedeelde pscyhotische
- Stedelijke omgeving stoornis
- Trauma (met twee)
Manie (andere aanloop)
3
, - Lage SES
Depressieve stemmingsstoornissen
Depressieve episode
≥ 5 symptomen, waarvan ≥ 1 kernsymptoom.
Affectieve symptomen (= kernsymptomen)
- Depressieve stemming
- Anhedonie (consummatorische = geen genot aan dingen doen; anticipatorische = het verlangen naar
een activiteit verdwijnt)
Lichamelijke symptomen
- Veranderende eetlust/gewicht
- Insomnia/Hypersomnia
- Moeheid/Energieverlies
- Psychomotorische agitatie/remming
Cognitieve symptomen
- Gevoel van waardeloosheid/schuldgevoelens
- Verminderde concentratie/besluiteloosheid
- Terugkerende gedachten aan de dood/suïcide (uitweg/angst)
Depressieve stoornissen
9 specifiers bij stemmingsstoornissen (7 onderstaande + gemengd + rapid cycling (alleen bij bipolaire
stoornissen)
- Angstige spanning (≥ 2) (Hoger suïciderisico, non-respons op behandelingen en chroniciteit)
o Zich opgedraaid/gespannen voelen
o Zich uitzonderlijk rusteloos voelen
o Moeite met concentratie door ongerustheid
o De vrees dat er iets vreselijks gaat gebeuren
o Het gevoel hebben de zelfbeheersing te verliezen
- Melancholische kenmerken
o DSM-V
Vrijwel volledige anhedonie
Geen reactieve stemming
Extreem neerslachtig
Dagschommelingen
Vroeg wakker
Minder eetlust/gewichtsverlies
Buitensporige schuldgevoelens
Motorische remming/agitatie
o Gordon Parker
Kent een biologische aanleg. Uit zich als een depressieve stemming met
psychomotorische afwijkingen.
Die psychomotorische afwijkingen scoren we op de CORE-schaal (agitation,
non-interactiveness en retardation)
- Psychotische depressie
o Melancholische kenmerken ZONDER dagschommelingen
o Meer psychomotorische symptomen
o Meer lichamelijke klachten
o Meer inslaap- en doorslaapstoornissen
o Wanen (stemmingsincongruent of stemmingscongruent)
Syndroom van Cotard = Psychotische depressie met nihilistische wanen, zonder de
depressieve gevoelens
- Atypische depressie (≥ 2)
o Toegenomen eetlust/gewicht (met name zoetigheid)
o Hypersomnie
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chantalmichels. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.