Orthopedagogiek: Theorieën, Doelgroepen En Werkvelden
All documents for this subject (30)
Seller
Follow
janahuyssens
Reviews received
Content preview
LESNOTITIES ORTHOPEDAGOGIEK
Module 6: Methodische aanpak van
opvoedingsproblemen – de klinische cyclus
Studiemateriaal
• Ruijssenaars, A.J.J.M., van den Bergh, P.M., & van Drenth, J.M.L. (2012).
Orthopedagogiek. Ontwikkelingen, theorieën en modellen (pp. 103-127).
Antwerpen: Garant.
• Pameijer, N., & van Beukering, T. (2004). Handelingsgerichte diagnostiek.
Een praktijkmodel voor diagnostiek en advisering bij
onderwijsleerproblemen (pp. 13-67). Leuven: Acco.
1. Voorwaarden voor hulpverlening
We gaan als hulpverleners aan de slag met problematische opvoedingssituaties
of opvoedingsproblemen. Bij een opvoedingssituatie is de situatie volledig
uitzichtloos geworden waardoor hulp van een derde of een hulpverlener vereist is
om eruit te komen, terwijl moeilijke opvoedingsproblemen gaan over het feit dat
de ouders met hun handen in het haar zitten maar er wel uit geraken zonder de
hulp van een professional.
Hulpverlening komt dus pas als er sprake is van ernstige opvoedingsproblemen
of problematische opvoedingssituaties en hierbij zijn onderstaande drie blokken
heel belangrijk. Methodisch handelen betekent dat je niet zomaar aan de slag
gaat met je buikgevoel. Je gaat kijken naar verschillende vragen en gaat
diagnostische processen doorlopen om te komen tot wat ons aanbod gaat zijn als
opvoeder-begeleider of orthopedagoog. Met deontologie of ethiek denken we aan
welke opvoedingsvragen we zelf kunnen werken, welke moeten we doorverwijzen
naar andere paramedici. Maar ook vanuit een duidelijke deontologie werken qua
beroepsgeheim, ondersteuning, en wat je al dan niet aankan. Tot slot zijn er de
juiste hulpverleningsvaardigheden nodig waarvan één van de belangrijkste goed
kunnen luisteren is, dialoog kunnen voeren en gesprekstechnieken.
1
, LESNOTITIES ORTHOPEDAGOGIEK
2. Waarom methodisch?
We moeten methodisch werken omdat ons klinisch oordeel snel vertekend
geraakt doordat we altijd vertrekken vanuit onze eigen referentiekaders en
fouten die we kunnen maken. Er zijn verschillende zaken die mis kunnen gaan als
je niet methodisch te werk gaat.
1. Belief perseverance: de eerste inschatting die je gemaakt hebt van wat
je gelooft dat de diagnose of het probleem is blijven volhouden. Nieuwe
informatie dat op je pad komt negeren omdat het niet past binnen het
eerste oordeel dat je geveld hebt.
2. Primacy effect: de info die je als eerste binnenkrijgt het beste
onthouden, alles wat erna komt hangt er vaag bij maar onthoud je niet zo
goed als de rest waardoor je je oordeel niet kan bijstellen.
3. Confirmation bias: je hebt al een oordeel gevormd en je zoekt alleen nog
maar naar informatie die je oordeel over deze opvoedingssituatie
bekrachtigen. Alle andere informatie negeer je.
4. Overconfidence in positive test results: positief betekent negatief in
dit geval. Als je positief test wilt het zeggen dat je een bepaalde
aandoening of ziektebeeld hebt. Elk probleem wordt toegeschreven aan de
positieve testresultaten van de cliënt (bv. bij ADHD bepaald gedrag
automatisch aan ADHD toewijzen).
5. Excessive data collection: je hebt zoveel data verzameld dat je nooit tot
een eindpunt komt.
6. Search for the exotic: je hebt ergens gehoord of gelezen dat het ook wel
eens dit zou kunnen zijn, het komt zelden voor, maar het zou ook wel eens
dit kunnen zijn. Als het zelden voorkomt, is de kans klein dat jij net die
case gevonden hebt.
7. Premature closure: je had nog niet alle informatie maar bent gestopt
met zoeken. Je krijgt een casus met te korte en te weinig informatie maar
toch ga je tot advies of oordeel over.
8. Illusory correlation: een illusie van correlatie tussen verschillende
variabelen waarbij je denkt dat iets met iets anders te maken heeft. Het
een dat het ander veroorzaakt het ander is vaak niet zo rechtlijnig als we
denken (bv. als een kind thuis komt van school en altijd begint te wenen
denken dat het sowieso met de leerkracht te maken heeft terwijl er
misschien onderweg iets is gebeurd).
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janahuyssens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.46. You're not tied to anything after your purchase.