,Risico
is
een
gevaar
voor
schade
of
verlies.
In
geval
van
financiële
verliezen
spreken
we
van
kredietrisico.
Kredietrisico
is
een
investeringsrisico
op
een
verlies
dat
optreedt
als
een
kredietnemer
zijn
beloofde
betalingen
niet
na
kan
komen.
Voorbeeld
1:
coupons
Stel
dat
je
€1000
op
Superbank
stort
voor
1
jaar.
Superbank
belooft
om
je
€40
per
maand
te
geven
voor
de
komende
11
maanden,
plus
€1040
aan
het
eind
van
het
jaar.
De
som
€1000
wordt
de
hoofdsom
genoemd.
De
€40
per
maand
wordt
een
coupon
genoemd,
met
een
bijbehorende
couponrate
van
4%.
De
opeenvolging
van
betalingen
die
je
ontvangt
(€40,
€40,
…,
€40,
€1040)
wordt
de
kasstroom
genoemd.
Bij
het
storten
van
€1000
op
Superbank
loop
je
het
risico
op
een
verminderde
kasstroom;
in
dit
geval
kunnen
de
investeringsverliezen
de
coupons
en/of
de
hoofdsom
betreffen.
Een
obligatie
is
een
verhandelbaar
schuldbewijs
voor
een
lening
aangegaan
door
een
overheid,
een
onderneming
of
een
instelling.
Een
bedrijf
dat
geld
nodig
heeft
kan
dit
bedrag
financieren
door
het
uitgeven
van
een
obligatielening.
De
koper
van
de
obligatielening
ontvangt
dan
een
rentevergoeding
van
de
uitgever.
Verhandelbaar
duidt
op
het
bestaan
van
een
markt
waar
obligaties
verhandeld
kunnen
worden:
een
obligatiemarkt
(Engels:
bond
market).
De
obligatiemarkt
is
een
voorbeeld
van
een
financiële
markt.
Voorbeeld
2:
kasstroom
als
obligatie
Stel,
bedrijf
A
geeft
op
tijdstip
0
een
som
𝑆!
aan
bedrijf
B
in
ruil
voor
een
som
𝑆! = 𝑆! (1 + 𝑟).
In
dit
voorbeeld
verkoopt
bedrijf
B
een
obligatie
aan
bedrijf
A,
met
bijbehorende
prijs
𝑆! .
Deze
overdracht
van
liquiditeit
is
weergegeven
in
figuur
1.
Sommige
transacties
komen
niet
voort
uit
de
behoefte
aan
liquiditeit,
maar
aan
zekerheid;
de
doelstelling
is
dus
niet
meer
geld
maar
minder
risico.
,
Figuur
1
Overdracht
van
liquiditeit
Voorbeeld
3:
overdracht
van
risico
Stel
dat
bedrijf
A
een
Europese
exporteur
is
met
krediet
in
$,
en
bedrijf
B
een
Europese
importeur
is
met
schulden
in
$.
Laat
𝑠
de
gebeurtenis
weergeven
dat
de
wisselkoers
tussen
$
en
€
stijgt,
en
𝑑
de
gebeurtenis
dat
de
wisselkoers
tussen
$
en
€
daalt.
Bedrijf
A
heeft
dus
baat
bij
gebeurtenis
𝑠,
en
bedrijf
B
juist
bij
gebeurtenis
𝑑 .
Het
risico
is
in
dit
geval
de
onzekerheid
in
de
wisselkoers.
Het
idee
is
dat
de
bedrijven
A
en
B
kunnen
samenwerken
om
hun
risico’s
te
verminderen,
weergegeven
in
figuur
2.
Bedrijf
A
belooft
een
som
𝑆!
aan
bedrijf
B
in
geval
𝑠,
en
bedrijf
B
belooft
een
som
𝑆!
in
geval
𝑑 ,
op
deze
manier
vangen
de
bedrijven
voor
elkaar
de
klap
op
in
geval
van
een
voor
hen
ongunstige
gebeurtenis.
Financiële
markten
hebben
als
functie
het
faciliteren
van:
1. Efficiënte
allocatie
van
kapitaal,
2. Het
werven
van
kapitaal
(in
de
kapitaalmarkten),
3. De
overdracht
van
risico
(in
de
derivatenmarkten),
en
4. Internationale
handel
(in
de
valutamarkten).
,
Figuur
2
Overdracht
van
risico
Zoals
in
figuur
3
te
zien
is,
hebben
financiële
markten
en
banken
in
sommige
opzichten
dezelfde
functies.
Figuur
3
Het
bankwezen
en
de
financiële
markten
, Financiële
derivaten
zijn
beleggingsinstrumenten
die
hun
waarde
ontlenen
aan
de
waarde
van
een
ander
goed:
het
onderliggende
(e.g.
aandelen
en
olie).
De
voornaamste
soorten
derivaten
zijn
opties,
futures,
swaps
en
forwards.
Men
gebruikt
financiële
derivaten
om
risico’s
te
verkleinen
of
juist
om
te
speculeren.
Een
optie
is
een
recht
(maar
geen
verplichting!)
om
binnen
een
afgesproken
periode
een
bepaald
goed
te
kopen
of
te
verkopen
voor
een
vastgestelde
prijs.
Een
future
(of
termijncontract)
is
een
financieel
contract
tussen
twee
partijen
die
zich
verbinden
om
op
een
bepaald
tijdstip
een
bepaalde
hoeveelheid
van
een
product
of
financieel
instrument
te
verhandelen
tegen
een
vooraf
bepaalde
prijs.
Men
komt
dus
een
transactie
in
de
toekomst
overeen.
Een
swap
is
een
derivaat
waarbij
een
partij
een
bepaalde
kasstroom
of
risico
wisselt
tegen
dat
van
een
andere
partij.
Deze
twee
componenten
worden
ook
wel
de
“poten”
(legs)
van
de
transactie
genoemd.
Een
forward
is
gelijk
aan
een
future,
behalve
dan
dat
futures
gestandaardiseerde
contracten
zijn
die
op
beurzen
verhandeld
worden,
waar
forwards
op
maat
gemaakte
contracten
zijn
die
privé
(OTC)
verhandeld
worden.
Omdat
forward
contracten
privé
verhandeld
worden,
is
er
altijd
een
kans
aanwezig
dat
een
van
de
partijen
in
gebreke
raakt.
Een
contract
is
een
recht
op
het
ontvangen
van
een
kasstroom
in
de
toekomst.
De
koper
geeft
de
verkoper
een
bedrag
(de
waarde
van
het
contract)
in
ruil
voor
het
recht
op
een
kasstroom
in
de
toekomst.
Een
voorbeeld
van
een
contract
is
een
lening.
Een
lening
is
• een
investering
voor
de
geldschieter
(de
geldschieter
verwacht
een
meerwaarde
van
zijn
investering
terug
te
krijgen
in
de
toekomst),
en
• een
financiering
voor
de
lener.
Een
lening
wordt
gekenmerkt
door
de
bijbehorende
rente
(Engels:
interest),
deze
geeft
de
winstgevendheid
van
de
investering
voor
de
geldschieter
en
de
kosten
van
het
krediet
voor
de
lener.
Rente
is
gedefinieerd
als
de
vergoeding
die
iemand
ontvangt
voor
het
uitlenen
van
zijn
of
haar
geld
en
die
betaald
wordt
door
degene
die
het
geld
leent.
De
referentieperiode
behorend
bij
een
lening
is
de
periode
waarover
de
rente
wordt
gedefinieerd
(e.g.
bij
een
jaarlijkse
rente
is
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Student_X. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.