Hoofdstuk 1; Markten
Soorten markten
➔ Concrete markt ➝ Vragers en aanbieders ontmoeten elkaar wel op een
specifieke plek
➔ Abstracte markt ➝ Totale markt van vraag en aanbod. Vragers en aanbieders
hebben geen ontmoetingsplek
➔ Er zijn 4 verschillende soorten markten die economen onderscheiden:
◆ Goederen en dienstenmarkt
◆ Arbeidsmarkt
◆ Vermogensmarkt
● De markt van sparen, lenen, beleggen, aandelen en obligaties
◆ Valutamarkt
● De markt van vreemd geld kopen en verkopen, zoals de amerikaanse
dollar, de japanse yen, de deense kroon etc.
Hoofdstuk 2; Vraag: op zoek naar een spijkerbroek
Vraaglijn tekenen
Stappenplan
➔ Bereken 2 punten van de vraaglijn (p=0 & Qv=0)
➔ Teken de x-as en de y-as met deze uitersten. De x-as is altijd Qv en de y-as is altijd
P
➔ Noteer deze 2 punten in de grafiek
➔ Teken met een geo een rechte lijn tussen deze 2 punten
Verschuiving op of over of langs de vraaglijn
➔ Bij een andere prijs wordt er meer of minder stuks gevraagd. Dit komt alleen door
een prijsverandering
Verschuiving van de vraaglijn
➔ Bij dezelfde prijs wordt er meer of minder stuks gevraagd.
➔ Naar rechts ➝ Bij dezelfde prijs wordt er meer stuks gevraagd
➔ Naar links ➝ Bij dezelfde prijs wordt er minder stuks gevraagd
➔ Redenen van een vraaglijn zijn:
◆ Inkomen verandert
◆ Smaak verandert
◆ Aantal consumenten verandert
◆ Prijs van een concurrent verandert
Van een individuele naar een collectieve vraaglijn
➔ De collectieve vraaglijn is van alle individuele consumenten samen
➔ Om een collectieve vraaglijn te maken zul je moeten bepalen hoeveel stuks er bij
een bepaald prijs er nu in totaal wordt gevraagd
, ➔ Individuele vraag:
◆ De vraag van persoon A bij een bepaalde prijs
◆ De vraag van persoon B bij een bepaalde prijs
➔ Collectieve vraaglijn
◆ De vraag van persoon A + B bij een bepaalde prijs
De collectieve vraaglijn
➔ Met economie werken we graag met de collectieve vraaglijn en collectieve
vraagfuncties, zoals Qv = -500P + 80.000
➔ De collectieve vraagfunctie is altijd negatief (-...P), omdat de wet van de vraag geldt:
als de prijs stijgt, dan daalt de vraag en andersom. Dit negatieve verband wordt
weergegeven met het minteken in de vraagfunctie.
➔ De collectieve vraaglijn heeft ook verschuivingen langs en op de vraaglijn om
dezelfde redenen als eerder genoemd. Er wordt altijd uitgegaan van ceteris-paribus
(= het overige gelijke blijven)
Prijselasticiteit
➔ Hoe sterk reageert de vraag op een prijsverandering? Dat meten we met de
elasticiteit
➔ De elasticiteit is een vermenigvuldigingsgetal dat aangeeft hoe sterk de relatie is
tussen 2 relatieve veranderingen
% ΔQv
➔ Ev =
% ΔP
Inelastisch vs elastisch
➔ Omdat de wet van de vraag geldt (negatief verband) zal de prijselasticiteit heel vaak
negatief zijn
➔ Groter dan 1 ➝ Elastisch ➝ De % Δ Qv is relatief gezien groter dan de % Δ P
➔ Kleiner dan 1 ➝ Inelastisch ➝ De % Δ Qv is relatief gezien kleiner dan de % Δ P
Prijselasticiteit en de omzet
➔ De totale omzet, of totale opbrengsten dien je te kunnen berekenen
➔ TO = P x q
Kruiselasticiteit
% ΔQv 1
➔ Ek =
% Δ P2
➔ Hoeveel procent verandert het gevolg als ik de oorzaak met 1% laat stijgen?
➔ De uitkomst van de kruislingse elasticiteit geeft aan welk verband de 2 producten
met elkaar hebben
◆ Ek < 0 ➝ Complementair product. De producten vullen elkaar aan,
zoals auto en benzine. Als de prijs van auto’s stijgt, dan zal de vraag
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laravanroessel2003. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.