100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Functie en dysfunctie van het kaakstelsel - opgeloste examenvragen $24.09
Add to cart

Exam (elaborations)

Functie en dysfunctie van het kaakstelsel - opgeloste examenvragen

 69 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Dit document bevat de oplossingen van alle examenvragen die in de afgelopen jaren gesteld zijn geweest door professor A. De Laat. Deze vragen zijn een goede samenvatting van de hele cursus.

Preview 4 out of 54  pages

  • July 12, 2021
  • 54
  • 2020/2021
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers
avatar-seller
EXAMENVRAGEN
FUNCTIE EN DYSFUNCTIE
1 BESPREEK DE BEKLEDING VAN DE CONDYLUS: BOUW? SAMENSTELLING? SPECIFIEKE
EIGENSCHAPPEN?


BOUW

Þ De condylus is klein in vergelijking met de fossa
o Mediolateraal meet de condylus 20 mm
o Antero-posterieur meet de condylus 10 mm
Þ Meestal ovaal en convex
Þ De longitudinale assen van de condyli maken in het horizontale vlak een hoek van 150° naar voren toe
Þ De longitudinale assen van de condyli zijn in het frontale vlak horizontaal georiënteerd




SAMENSTELLING

Het articulaire kraakbeen van de condylus heeft de samenstelling van groeikraakbeen, deze bevat
Þ chondrocyten
Þ collageen articulaire kraakbeenmatrix
Þ proteoglycanen
Þ water

De collageenfibrillen vormen een driedimensioneel netwerk die samen met de hydrofiele proteoglycanen een
soort ‘gel’ vormen die zwelt via osmose.

Bij belasting " het synoviale vocht wordt uit de gel geperst en staat in voor de smering van het gewricht
= weeping lubrification (tranende smering van het gewricht)

Bij ontlasting " het synoviale vocht wordt terug opgezogen in de kraakbeenmatrix

,Het articulair kraakbeen is
• avasculair (geen bloedvaten)
• alymfatisch (geen lymfevaten)
• niet bezenuwd GEVOLG er kan geen pijn gesignaliseerd worden
• niet bedekt door een perichondrium
• wel bedekt door synoviale vloeistof
• 0,5 mm dik

De samenstelling van het condylaire kraakbeen is uniek " het is fibrillair met veel type I collageen
" het bevat minder water dan andere gewrichten

Lichtmicroscopisch kan men t.h.v. het articulaire kraakbeen 4 zones onderscheiden met elk een verschillende
organisatie van het collageen, onder deze lagen bevindt zich het bot.

Het kraakbeen is opgebouwd uit 4 verschillende lagen met daaronder het bot.



1
2
3
4

5




1 Articulaire zone
WAT dikke laag die is opgebouwd uit parallelle en soms schuine collageenbundels

2 Proliferatieve laag
WAT dunne laag van cellen die verantwoordelijk is voor het uitscheiden en aanmaken van de
collageenvezels en de matrix

3 Fibrocartilageneuze laag
WAT combinatie van vezelige en kraakbenige substanties waarbij de collageenbundels kruisend en meer
radiaal georganiseerd zijn

4 Gecalcifieerde kraakbeenzone

5 Bot



SPECIFIEKE EIGENSCHAPPEN

Het kaakgewricht bestaat uit 2 gewrichten
Þ Het bovenste gewricht bevindt zich tussen de fossa en de discus met de condylus erin en voert een
translatiebeweging (= voorachterwaartse beweging) uit

Þ Het onderste gewricht bevindt zich tussen de condylus en de discus en voert een rotatiebeweging uit

Door deze 2 verschillende gewrichten kan het kaakgewricht verschillenden bewegingen maken.

,2 DEFINITIES CENTRALE/MAXIMALE OCCLUSIES? HOE BEPAALT DE OCCLUSALE
MORFOLOGIE DE BELASTING VAN HET KAAKGEWRICHT?



MAXIMALE OCCLUSIE

De maximale of centrale occlusie ontstaat wanneer de kaken onder normale fysiologische omstandigheden vanuit
de rustpositie worden gesloten waarbij een contactsituatie ontstaat tussen de elementen van de onder- en de
bovenkaak. Bij de maximale occlusie is het grootst aantal contact aanwezig tussen de gebitelementen van de
onder- en bovenkaak. De vestibulaire cuspides van de onderkaak maken contact met de centrale fossa van de
bovenmolaren en -premolaren.

Vanuit de maximale occlusie
Þ vertrekt de kauwcyclus
Þ kunnen de grootste kauwkrachten ontwikkeld worden
Þ oefenen de kaakkoppen geen druk uit op de gewrichtsoppervlakken

In sommige gevallen zal, wanneer de kaken vanuit rustpositie worden gesloten, de ‘ideale’ situatie ontstaan
waarbij de maximale occlusie overeenstemt met de centrale relatie. In dit geval spreken we van de centrale
maximale occlusie. Dit is de maximale occlusie waarbij de onderkaak zich in de centrale relatie bevindt.


OCCLUSALE MORFOLOGIE

Op het einde van de sluitbeweging, zonder voedsel in de mond, wordt de onderkaak gestopt op het ogenblik dat
het eerste tandcontact optreedt.

Þ Het eerst tandcontact valt samen met de maximale occlusie
De discus binnen het gewricht gaat aanspannen door de samentrekking van de m. pterygoideus lateralis
superior, hierdoor verhoogt de druk binnen het gewricht en treedt er weeping lubrification op. In dit
geval is er een volledige belasting van het gewricht met een gecentreerde discus in een zo klein mogelijke
gewrichtsruimte. Vlak na de maximale occlusie gaan de spieren relaxeren, gaat de intra-articulaire druk
dalen en de gaat de gewrichtsruimte vergroten.

Þ Het eerst tandcontact valt niet samen met de maximale occlusie
De morfologie van de tandoppervlakken gaat bepalen hoe de onderkaak zich de laatste millimeters gaat
verplaatsen tot de maximale occlusie wordt bereikt. Hierbij kan eventueel een probleem ontstaan. Indien
de spierbepaalde positie verschillend is van de tandbepaalde positie, zal bij het eerste tandcontact de
discus aangespannen worden in het gewricht en zal er tijdens de verschuiving van eerste tandcontact
naar maximale occlusie een beweging onder druk plaatsvinden t.h.v. het gewricht. Afhankelijk van de
frequentie kan dit leiden tot het uitputten van de weeping lubrification. Hierdoor ontstaan frictiekrachten
en schade. Wanneer de discus door frictie vastgeankerd is op de condylus, gaat een verdere beweging
de discus doen verplaatsen met een felle rek op de collaterale ligamenten tot gevolg. Deze kunnen op
hun beurt uitrekken en contourverlies van de discus geven.

, 3 BESPREEK EN TEKEN DE BEWEGING VAN DE ONDERKAAK IN HET HORIZONTALE VLAK
TER HOOGTE VAN DE KAAKKOPPEN EN INCISIEVEN.

Bewegingen van de onderkaak geprojecteerd in het horizontale vlak kan men registreren t.h.v. de fronttanden
en t.h.v. de kaakkoppen

Ter hoogte van de kaakkoppen
Þ een voorwaartse beweging (= protrusie) verloopt volgens een rechte lijn vertrekkend vanuit de centrale
relatie en eindigend bij maximale protrusie

Þ Een achterwaartse beweging (= retrusie) verloopt ook volgens een rechte lijn vertrekkend vanuit de
centrale relatie en eindigend bij maximale retrusie

Þ een laterale beweging naar de contralaterale (= niet-werkende) zijde verloopt nooit volgens een rechte
lijn maar volgens een gebogen lijn

Wanneer de onderkaak naar links beweegt
o wordt de rechter kaakkop (aan de balanszijde of niet-werkende zijde) naar voor en naar
beneden getrokken terwijl de kaakkop zich naar binnen verplaatst
o wordt de linker kaakkop naar buiten verplaatst

Wanneer de onderkaak naar rechts beweegt
o wordt de linker kaakkop (aan de balanszijde of niet-werkende zijde) naar voor en naar
beneden getrokken terwijl de kaakkop zich naar binnen verplaatst
o wordt de rechter kaakkop naar buiten verplaatst

De hoek die wordt gevormd door deze gebogen lijn en de rechte lijn die de protrusie aanduidt, noemt
men de Bennett-hoek

De beweging die de linker of rechter kaakkop maakt naar buiten, noemt men de Bennett-shift

Þ het openen en sluiten van de mond verloopt volgens een rechte lijn

Ter hoogte van de incisieven
Þ een voorwaartse beweging (= protrusie) verloopt volgens een rechte lijn

Þ Een achterwaartse beweging (= retrusie) verloopt ook volgens een rechte lijn

Þ een laterale beweging naar links en rechts vormt de ‘Gotische boog’ of ‘pijlpunt’ registratie. Deze
registratie start in de centrale relatie en eindigt in de maximale laterotrusie. Het oppervlak van de
registratie wordt kleiner bij een grotere mondopening. De ‘Gotische boog’ geeft de grenzen van de
onderkaaksbewegingen in het horizontale vlak weer. Binnen dit vlak kan de onderkaak eender welke
positie innemen.

Þ het openen en sluiten van de mond verloopt volgens een rechte lijn

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller THKkul. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $24.09. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$24.09  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added