Loopbaanmanagement
Hoofdstuk 1 – Inleiding
Er zijn vier redenen waarom bedrijven aandacht moeten schenken aan het onderwerp
loopbaanmanagement.
Reden 1:
Loopbaanmanagement is een instrument voor het management dat ten dienste staat van de
continuïteit van de onderneming en zich richt op het realiseren van de kwalitatieve en kwantitatieve
behoeften aan personeel, om de ondernemingsdoelen te realiseren.
Volgens De Vos & Dries is het vooral nodig aandacht te schenken aan loopbanen en
loopbaanmanagement wanneer het bedrijfsspecifieke competenties betreft die van strategische
waarde en dus belangrijk voor het behoud van concurrentievoordeel zijn.
Reden 2:
Er zijn belangrijke veranderingen in de samenleving die loopbaanmanagement dwingen:
Instroom van jonge mensen (hoger opleidingsniveau, culturele diversiteit);
Toegenomen participatie van vrouwen;
Tweecarrieregezinnen op de arbeidsmarkt;
Toegenomen individualisme.
Reden 3:
Organisaties zijn sterk afhankelijk van het functioneren en presteren van mensen.
Er zijn grote veranderingen in de structuur van organisaties:
Voorheen was loopbaan in verticale richting, nu meer en meer carrières die zich in meerdere en
verschillende richtingen kunnen ontwikkelen.
Reden 4:
Aandacht voor loopbaanmanagement bevordert de betrokkenheid, binding en motivatie van
medewerkers.
Om niet het gevaar te lopen dat de beste medewerkers de organisatie verlaten, is het scheppen van
interne mogelijkheden voor loopbaanontwikkeling nodig.
Loopbaanmanagement is belangrijk voor het individu
Reden 1: de centrale rol die werk en loopbaan spelen in het leven van de mensen.
Reden 2: de verantwoordelijkheid voor de eigen arbeidsmarktwaarde en loopbaanontwikkeling.
Reden 3: kennis over loopbanen helpt bij de reflectie rondom de eigen loopbaan.
Het werk is voor mensen een setting voor het bevredigen van menselijke behoeften zoals zekerheid,
contact, erkenning en zelfontplooiing. Het bepaalt in bepaalde mate het zelfbeeld en de gevoelens
van eigenwaarde.
Inkson onderscheidt negen metaforen over loopbanen:
1. De loopbaan als overerving het beroep van de ouders is van invloed, loopbanen worden
soms zelfs expliciet doorgegeven aan de volgende generatie.
2. De loopbaan als persoonlijke creatie elke individu creëert zijn eigen loopbaan binnen de
context van zijn eigen mogelijkheden en beperkingen.
3. De loopbaan als cyclus elke loopbaan is een cyclus of proces met daarin bepaalde fasen
die doorlopen worden en elk hun eigen problemen en uitdagingen kennen.
4. De loopvaan als matchingvraagstuk het gaat bovenal om het afstemmen van de
persoon met de omgeving en de persoon met de functie.
5. De loopbaan als netwerk van contacten en relaties Loopbanen gaan om korte en
langer durende relaties met mensen.
1
, 6. De loopbaan als set van rollen het gaat om het vervullen van uiteenlopende rollen in de
tijd gezien. Aan de rol kleven verwachtingen, gedrag dat hoort bij die rol.
7. De loopbaan als kapitaalgoed Hetgeen men heeft te bieden en waarmee men als
individu een belangrijke hulpbron voor organisaties is.
8. De loopbaan als reis het gaat altijd om bewegingen, of dit nu bewegingen zijn tussen
functies of organisaties, of geografische bewegingen of in tijd.
9. De loopbaan als verhaal Loopbanen zijn het verhaal van onszelf over het verloop
daarvan, het verhaal zoals we dit aan vrienden en kennissen vertellen.
Definitie van loopbaan die het vaakst gehanteerd wordt:
De hele reeks van werk gerelateerde activiteiten en ervaringen gedurende de tijdspanne van het hele
leven van de persoon.
Externe loopbaan de tastbare indicatoren van een loopbaan zoals keuzes, functiewisselingen en
mobiliteit.
Interne loopbaan het subjectieve begrip en oordeel over de eigen loopbaan.
Sinds het begin van de vorige eeuw is op het gebied van loopbanen veel onderzocht en geschreven.
In het onderzoek zijn een aantal hoofdtypen van theorieën te onderscheiden:
Blau et al bestudeerde de relatie tussen sociale achtergrond en loopbaankeuzes. Hun bevinding is
dat de sociale herkomst en vooral de sociale klasse van het ouderlijk gezin de belangrijkste
determinant voor het opleidings- en beroepsniveau van kinderen is.
2
,Hoofdstuk 2 Keuzes in de loopbaan
2.2 Relevantie voor individu en organisatie
Het onderwerp loopbaankeuzes is belangrijk voor een individu omdat iedereen streeft naar werk dat
goed bij hem past. De inzichten kunnen helpen de zelfkennis te vergroten en betere keuzes te
maken. Een goede zelfkennis voorkomt (gedwongen of vrijwillig) vertrek met kosten voor de
organisatie en betrokkene.
Warps, Hogeling, Pass en Brukx geven aan dat bijna een kwart van de nieuwe studenten aan het hbo
na een jaar niet meer de eerst gekozen opleiding volgt. Meer dan de helft van de studenten geeft aan
ook niet goed te weten wat hij echt wil.
Het onderwerp loopbaankeuzes is ook belangrijk voor organisaties omdat ook zij streven naar een
optimale afstemming tussen eisen die een functie stelt en kenmerken van mensen.
Keuzetheorieën zijn te beschouwen als classificaties van individuen in termen van:
Interesses
Behoeften
Persoonlijkheid
Cognitieve stijl
Loopbaanankers
Waarin blinken mensen uit, waar liggen talenten, wat vinden mensen belangrijk, waar ligt hun
potentieel en wat zijn hun zwakke kanten?
2.3 Niet-psychologische theorieën over loopbaankeuzes
Toevalstheorie (Miller en Form + Crites) = Wanneer men vraagt hoe men in het betreffende beroep
kwam, zijn ‘toeval’ en ‘kans’ het antwoord op de vraag. Men had niet de weloverwogen intentie om
het beroep te kiezen. Kansen zijn bijvoorbeeld het aanbod van een specifieke baan, het erven van
een som geld of de mislukking van een onderneming.
Toeval en kans dienen onderscheiden te worden van contingentiefactoren.
Contingentiefactoren zijn voorspelbaar en kunnen in overweging genomen worden wanneer het
individu zijn toekomst plant (Crites). Voorbeelden:
Intelligentie
Sociaal-economische status
Beschikbaarheid van passende opleiding of training
De financiële ondersteuning van ouders
Vooruitzichten op een baan na afsluiten van de opleiding
Het verschil tussen kans en contingentie is de mate van kennis vooraf en daarmee de
voorspelbaarheid.
Economische theorie (aanname van volledige keuzevrijheid) = voorspelt dat een individu dat beroep
of de loopbaan kiest die hem de grootste netto voordelen biedt, ook wel het beste inkomen of salaris
genoemd. De beroepen die het best betalen zijn schaars op de arbeidsmarkt en andersom. In de
klassieke economische theorie is de verdeling van werk op de arbeidsmarkt in essentie een functie
van vraag en aanbod zoals weerspiegeld in de inkomensverschillen.
Opmerking:
Volledige keuzevrijheid impliceert dat de verdeling van werkenden en inkomen op den duur gelijk zou
worden. Neoklassieke economen hebben daarom andere factoren bij de verklaring getrokken:
Clark zegt dat in de afweging naast het inkomen onder meer de kosten van opleiding en
training en de mate van kennis en informatie van het individu over de voor- en nadelen van
functies een belangrijke rol spelen.
Thomas zegt dat de kwalificaties van het werk en het prestige dat aan de functie vastzit in de
afweging moeten worden meegenomen.
3
, Sociologische theorie = een directe beïnvloeding van de sociale omgeving waarin het individu
participeert. Onderscheid in macro-, meso- en microniveaufactoren:
Macroniveau loopbaankeuzes staan onder invloed van technologische en economische
ontwikkelingen, bijvoorbeeld door opkomst van informatietechnologie, nieuwe bronnen van
energievoorziening en afbouw van de verzorgingsstaat. Politieke en culturele factoren
oefenen invloed uit op loopbaankeuzes middels hun invloed op vraag en aanbod,
marktmechanismen en publieke attitudes.
Mesoniveau invloed van het sociale milieu, het gezin van herkomst, de sociale
achtergrond van de persoon en de leeftijdsgenoten.
Microniveau het verband tussen interactiepatronen in het ouderlijk gezin (kwaliteit van
relaties, verhoudingen, mate van organisatie) en de besluitvaardigheid van de jongeren
inzake de eigen loopbaan. Dit heeft invloed op het zelfvertrouwen en het formuleren van
heldere en stabiele doelen voor de eigen loopbaan. Ouders dragen in de opvoeding van hun
kinderen hun eigen houding, opvattingen en waarden over aan hun kinderen.
2.4 Psychologische theorieën over loopbaankeuzes
Psychologische theorieën leggen de nadruk op persoonskenmerken als verklaring voor de
loopbaankeuzes van mensen. Er zijn twee hoofdgroepen te onderscheiden:
Matching- of congruentietheorie gaan uit van het streven van mensen naar een zekere
verenigbaarheid of fit tussen eigenschappen van de persoon en kenmerken van de functie of
het beroep.
Procestheorie beschrijft vanuit een dynamisch oogpunt meer het proces waarmee
mensen tot keuzes in de loopbaan komen. De verschillen in psychologische kenmerken
tussen mensen staan op de achtergrond. Deze theorie richt zicht meer op de voor iedereen
geldende dynamiek in keuzesituaties.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marlyhermans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.10. You're not tied to anything after your purchase.