Leerdoelen
1. Wat zijn de algemene beginselen van behoorlijk bestuur?
2. Wat is de verhouding tussen de rechter en het bestuur?
3. Hoe ziet de bestuurlijke procedure eruit?
Wat zijn de algemene beginselen van een behoorlijk bestuur?
Rechtstheoretische context:
Volgens Van Gerven vormen de algemene beginselen van behoorlijk
bestuur een onderdeel van de algemene beginselen van behoorlijk
handelen. Drie vragen te onderkennen:
1. Welke rechtsbeginselen die zowel in het privaatrecht als in het
publiekrecht doorwerken kunnen onderscheiden worden?
2. Waarom behoren die rechtsbeginselen tot de gemeenschappelijke
onderbouw van het recht?
3. Hoe zijn de rechtsbeginselen in de context van de rechtsbronnen,
het systeem van het recht en rechtsvinding te plaatsen?
- De beginselen van behoorlijk handelen zijn ouder, fundamenteler en
ruimer dan de beginselen van behoorlijk bestuur
- Van Gerven heeft het idee dat het publiek- en privaatrecht tot een
gemeenschappelijke noemer kunnen worden teruggebracht en is hij
ervan overtuigd dat beide rechtsgebieden iets van elkaar kunnen
leren.
- De algemene beginselen van behoorlijk bestuur vervullen een
dubbele functie:
o Handelen van het openbare bestuur
o Criterium voor de beoordeling van de rechtmatigheid van
handelen door de rechter
- Er moet gekeken worden naar de aanwezigheid van wettelijke of
feitelijke posities van bovengeschiktheid binnen de
rechtsbetrekking(en) in een concreet geschil. Drie categorieën:
o Wettelijke posities van bovengeschiktheid tot behartiging van
een anders belang
o De ter behartiging van het eigen belang bij wet of contract
ingestelde vormen van partijbeslissing
o Ieder overig willekeurig gebruik van een machtspositie
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur in de rechtspraktijk
- De ongeschreven normen die niet zijn opgenomen in de Awb zijn
ondanks dat gebrek aan codificatie van even groot belang voor de
rechtspraktijk als de opgenomen algemene beginselen (dragen bij
tot analyse, afbakening en betekenisverlening)
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur:
- Ze zien toe op de behoorlijkheid van de bestuursrechtelijke
bevoegdheidsuitoefening (= normen die voortvloeien uit
1
, verschillende beginselen zijn van toepassing op uitoefening van de
bestuursrechtelijke bevoegdheden door het bestuursorgaan)
- Van betekenis in het rechtstreekse verkeer dat tussen bestuur en
burgers bestaat, dus ook los van een situatie van concrete
bestuursbevoegdheiduitoefening
- Betrekking op de contracten en relaties die de verhouding tussen
bestuur en burger in algemene zin betreffen.
- Toetsingsgrond voor de rechter
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn als rechtsnorm op drie
niveaus van rechtsvorming en rechtsvinding van invloed:
- Bij de interpretatie van wettelijke bepalingen
- Bij de vorming van het bestuursbeleid daar waar de wettelijke
regelingen daartoe ruimte bieden (of waar wettelijke normering
ontbreekt)
- Bij de uitvoering van het beleid in individuele gevallen
Drie aandachtspunten moeten doorlopen worden wanneer een bestuurder
wil weten of een voorgenomen of aangenomen besluit rechtmatig is of als
de rechter die achteraf toetst:
1. Vaststellen wat het specifieke normatieve kader en het toepasselijke
beleidskader is
2. Van beide kaders nagaan of zijn rechtmatig zijn
3. Het betrokken besluit toetsen aan beide kaders en vervolgens aan
‘de algemene’ normen van relevante algemene wettelijke regelingen
en de algemene wet bestuursrecht, en bovendien aan de
(ongeschreven) beginselen van behoorlijk bestuur
De algemene beginselen van behoorlijk bestuur worden ingedeeld in
1. Formele beginselen
Betrekking op de vorm en procedure: op de voorbereiding van
besluiten, op de wijze van besluitvorming en op de inkleding of
inrichting van besluiten
Bijv.
Het formele zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:2 Awb)
Beginsel van fair play (art. 2:4 Awb)
Beginsel van kenbare motivering (art. 3:47 Awb)
Beginsel van de draagkrachtige motivering (art. 3:46
jo.3:50 Awb)
2. Materiële beginselen
Stellen eisen aan de inhoud van een bestuursbesluit. Ze zijn
gericht op de kern van het besluit (dictum), en die kern is
bepalend voor het rechtsgevolg van dat besluit
Bijv.
Het materiele rechtszekerheidsbeginsel
(vertrouwensbeginsel)
Het gelijkheidsbeginsel (art. 1 Gw)
Materiele zorgvuldigheidsbeginsel (art. 3:4 Awb)
Verbod van détournement de pouvoir
Verbod van willekeur
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evyk2000. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.