Volledige samenvatting van het vak Seksuologie van de RUG ( Boek: Leerboek seksuologie
Luk Gijs ; Leen Aerts ; Marieke Dewitte ; Paul Enzlin ; Janniko Georgiadis ; Baudewijntje Kreukels ; Eric Meuleman)
Met afbeeldingen, 3de editie.
there are really a number of serious mistakes where things are exactly the opposite than in the book
By: rienkwagenaar • 2 year ago
Seller
Follow
roos_r
Reviews received
Content preview
Samenvatting Seksuologie
Hoofdstuk 1
Inleiding
Er bestaan veel verschillen in seksualiteit bij mensen maar dat betekend niet dat er geen
universele processen ten grondslag liggen hieraan. Een voorbeeld is seksueel dimorfe
voortplantingssystemen waarbij een man en vrouw ieder de helft van het genetisch
materiaal aanleveren. Is het 2 keer X dan wordt het vaak een meisje en bij X en Y een
jongen.
1.1 De bredere context van dit boek: seksuologische denkkaders
In de seksuologie wordt er gebruik gemaakt van 3 belangrijke denkkaders:
1. Essentialisme: gaat ervan uit dat menselijk seksueel gedrag vorm krijgt volgens een
universeel basispatroon, dat evolutionair bepaald en tamelijk stabiel is en dat slechts
in geringe mate onderhevig is aan sociale verandering. Evolutie en biologie hierbij
belangrijk.
2. Sociaal-constructionisme: gaat ervan uit dat seksueel gedrag primair wordt
beïnvloed door sociale, culturele, historische en/ of economische factoren die
bepalen wat als (normaal) seksueel gedrag wordt gezien en wat daarvan de
betekenis is
3. Biopsychosociaal: zegt dat seksueel gedrag primair wordt beïnvloed door sociale,
culturele, historische en/ of economische factoren die bepalen wat als (normaal)
seksueel gedrag wordt gezien en wat daarvan de betekenis is. Een voorbeeld is de
incentive theory of motivation, die seksualiteit ziet als het resultaat van
systemische interacties tussen biologische, psychologische en sociale factoren.
Tegenwoordig de meest populaire benadering alhoewel sommigen ook de nadruk
leggen op essentialisme.
Deze theorieën hebben ook praktische consequenties zoals het debat over verkrachting
(evolutie of samenleving maakt het mogelijk) en het gebruik van medicatie bij vrouwelijk
seksueel verlangen. Het is vooral belangrijk om de positieve kracht te zien van seksualiteit in
plaats van het alleen zien als een gevaarlijke kracht die moet worden gecontroleerd. Hardin:
sekspositieve benadering: een benadering die de positieve mogelijkheden van seksualiteit
gedurende de levensloop erkend en die de ermee gepaard gaande risico’s en gevaren in
acht neemt om zo op een optimale wijze het seksueel welbevinden van burgers te
bevorderen.
1.2 Achtergronden, inhoud en doelen van dit boek
1.2.1 Achtergronden
In 1987 verscheen seksuologie voor de arts als leerboek voor een arts in opleiding. Daarna
kwam in 1998 een drastische herziene versie ‘leerboek seksuologie’ met als doelgroep
iedereen in de gezondheidszorg die te maken krijgt met seksuele problematiek. Twee
doelstellingen: (1) vanuit een multidisciplinaire benadering kennis over de seksuologische
hulpverlening aanreiken en (2) de lezer zich bewust laten worden van de eigen culturele mal,
door hem onder meer inzicht te laten krijgen in de betekenis van seksualiteit in andere
culturen. In 2004 kwam de opvolger ‘seksuologie’ die aandacht gaf aan seksuele gezondheid
als het voorkomen van seksuele problemen.
Begin jaren 80 kwam het biomedisch seksuologisch onderzoek in een stroomversnelling, de
uitkomsten hiervan worden sinds 2006 geplaatst in the journal of sexual medicine.
1
,Daarnaast kwam er veel aandacht voor de genetische neuro anatomische en hormonale
sturing van de seksedifferentiatie. Erectie bevorderende medicatie werd ontwikkeld. Het
inzicht in de effecten van testosteron op de seksualiteit van de vrouw nam toe en er groeide
meer inzicht in de relatie tussen psychiatrische medicatie en seksualiteit. In lijn met deze
sterke biomedische en biologische aandacht voor seksualiteit won de evolutionaire
psychologie aan invloed. Ze formuleerden de hypothese dat er tussen mannen en vrouwen
fundamentele seksuele verschillen zijn en dat die in alle menselijke culturen voorkomen.
Naast de evolutionaire psychologische benaderingen maakte ook de psychologische
bestudering van seksualiteit door de toepassing van ideeën uit de psychofysiologie en de
cognitieve neurowetenschappen een grote ontwikkeling door. Centraal hierbij staat de
psychologische vraag: hoe werkt het seksuele systeem van mensen? We kunnen stellen dat
informatieverwerkingsmodellen die aansluiten bij de huidige kennis over de
neurobiologische werking van de hersenen, het seksuele systeem opvatten als een systeem
waarbinnen seksuele stimuli bewust en onbewust worden verwerkt en bewerkt tot seksuele
opwinding, seksuele betekenis en seksueel gedrag.
Verder zijn de effecten van de toegenomen medicalisering op de seksuologische
hulpverlening enorm geweest zoals Viagra bij mannen. Hierdoor kwamen er meer
farmacologische interventies in plaats van psychologisch. Omdat medicatie bij vrouwen
veel minder succes had, ontstonden er stromingen die vonden dat de seksuele verschillen
tussen vrouwen en mannen aparte modellen nodig maakten. Tussen 2000 en 2009 kwam er
ook meer aandacht voor de cross culturele aspecten van seksualiteit. Hierbij moeten we
nadenken of onze seksuologische concepten buiten een westerse context wel betekenis
hebben. Internet zorgde voor liberalisering van seksualiteit. Dit zorgde voor de vraag of
sommige beelden het gevoel van eigenwaarde en positieve seksualiteitsbeleving van
vrouwen ondermijnde.
Daarnaast was er bezorgdheid dat kinderen steeds jonger werden blootgesteld aan
pornografische beelden en daardoor vroegtijdig werden geseksualiseerd. Een andere
ontwikkeling was de verdere voortschrijdende medicalisering van de seksuologie. Er
kwamen medicijnen tegen seksuele problemen en meer aandacht voor seksueel
functioneren als indicator voor gezondheid en ziekte. Er is daarnaast ook steeds meer
aandacht voor het thema seksualiteit als maat voor de kwaliteit van leven bij chronische
ziekte, kanker en lichamelijke beperking.
Van 2009 naar 2018: enkele trends
1. Biologisering en medicalisering van seksualiteit. 3 gevaren:
a. Soms leidt het biomedisch perspectief op seksuele problemen tot een
medisch reductionisme waarin wordt gesteld dat enkel en alleen een
biomedisch perspectief de 'ware aard van seksualiteit' en seksuele problemen
kan onthullen.
b. Hiermee geassocieerd is er soms te weinig aandacht voor effectonderzoek
om te kunnen concluderen dat een bepaalde biomedische interventie voor het
behandelen van een seksueel probleem effectief is.
c. Dit medisch reductionisme leidt nogal eens tot de conclusie dat niet artsen
niet deskundig zijn om de seksuologische wetenschap te kunnen beoordelen.
2. Na DSM-5 en ICD-11 kwamen veel debatten over wat abnormale seksualiteit is.
Vaak te meten aan de criteria ‘aanwezigheid van toestemmen en afwezigheid van
leidensdruk’. Maar de seksuologie blijft moeite hebben met wat ze zien als
abnormaal. Een belangrijke randvoorwaarde voor het bereiken van seksueel welzijn
is de realisatie van de seksuele basisrechten van mensen zoals bepleit in
2
, bijvoorbeeld de 29 Yogyakarta Principles en door de World Association for Sexual
Health.
3. Verandering van klassiek monogame huwelijk naar seriële monogamie.
4. Idee van gender binariteit ( man – vrouw) wordt in twijfel getrokken. Debat blijft
doorgaan waarin mannen en vrouwen verschillen.
5. Door migratiestromen wordt duidelijk dat seksualiteit in verschillende culturen op
verschillenden manieren betekenis krijgt, wordt vormgegeven en beleefd.
6. Seksueel geweld blijft een zeer ernstig probleem.
7. Internet leidt tot nieuwe vormen van seksuele expressie en seksualiteitsbeleving. Dit
hoeft niet alleen negatieve effecten te hebben.
4 knelpunten in de kwaliteit van seksuologisch onderzoek:
- Moeilijk om seksuologisch onderzoek te financieren, vooral de positieve effecten.
- Empirische fundering van seksuologische interventies blijft zwak dus effectiviteit is
vaak onbekend.
- Bezorgdheid over de seksuologische opleiding en hoe deze het best vorm kan
krijgen.
- Bezorgdheid over de kwaliteit van de seksuologische hulpverlening.
1.3 De eigen aard van de seksuologie: een redactionele positionering
Iets meer dan een eeuw geleden werd voor het eerst de visie geformuleerd dat de
seksuologie interdisciplinair is, waarbij het integreren van de kennis en kunde van 'de natuur-
en de cultuurwetenschappen' zou kunnen leiden tot een beter inzicht in seksualiteit en in een
effectievere hulpverlening. De redactie vind dat seksualiteit moet worden bestudeerd vanuit
een biopsychosociaal paradigma in plaats van monodisciplinair. 5 punten vanuit de visie van
de redactie:
1. seksualiteit is een complex fenomeen;
2. methodische pluriformiteit is wenselijk;
3. aandacht voor positieve seksualiteit is ( ook) nodig;
4. de seksuologie en de samenleving: een wederzijdse beïnvloeding;
5. kernvariabelen van de seksuologie.
1.3.1 Een complex fenomeen
We verduidelijken wel graag dat het biopsychosociaal gezichtspunt een metatheoretisch
denkkader is, maar op zichzelf geen theorie is om seksualiteit te begrijpen of te verklaren.
Dat betekent dat binnen het biopsychosociaal paradigma deugdelijke theorievorming
noodzakelijk blijft. Belangrijk is om biopsychosociale theorievorming te ontwikkelen.
1.3.2 Methodische heterogeniteit en pluriformiteit
Seksuologie wordt gekenmerkt door een hoge mate van heterogeniteit, dit heeft een aantal
voordelen. Seksualiteit kan een bijdrage leveren aan de kwaliteit van leven. Het is belangrijk
om kritisch te blijven over dat seksuologie invloed heeft op de samenleving en visa versa.
Volgens de redactie hebben seksuologen een wetenschappelijke, een maatschappelijke en
een ethische zorgvuldigheidsplicht. Seksuologen moeten hun vak volgens de regels van de
wetenschap uitoefenen, moéten hun bevindingen zodanig uitdragen dat er zo min mogelijk
kans is op maatschappelijk misbruik ervan en moeten ethisch verantwoord en respectvol
omgaan met hun patiënten in klinische zorg, proefpersonen in onderzoek en doelgroepen bij
voorlichting en vorming. Op dit moment lijken in de seksuologie volgende kernvariabelen te
worden onderscheiden: " sekse, genderidentiteit, genderrol,seksuele oriëntatie - seksuele
3
, identiteit seksuele voorkeur seksuele aantrekking seksueel gedrag seksuele interactie
seksuele relatie seksuele functie seksuele respons seksuele gezondheid.
Hoofdstuk 2: Geschiedenis van de seksuologie: paradigma’s, thema’s en debatten
2.1 Het ontstaan van de seksuologie
1901 is het jaar van de geboorte van de seksuologie. In dit jaar publiceerde Bloch Das
Sexualleben unsere Zeit waarin hij het idee van de seksuologie als wetenschappelijke
onderneming uitwerkte. Methoden en inzichten uit de natuur- en de cultuurwetenschappen
zouden volgens hem moeten worden gecombineerd. In de eerste decennia van de twintigste
eeuw groeide seksuologie snel: de omvang, kwaliteit en maatschappelijk invloed werd groter.
In 1908 verscheen het eerste seksuologische wetenschappelijke tijdschrift: Het Zeitschrift
für Sexualwissenschaft. Na één jaar hield het op te bestaan vanwege financiële
tekortkomingen. In 1913 werden er twee seksuologische verenigingen opgezet:
seksuologische medici en de Internationale Gesellschaft fur Sexualforschung. Ook dit hield
op te bestaan vanwege financiële redenen. Ook werd er steeds negatiever gekeken tegen de
seksuologie. In 1919 kwam het eerste instituut voor wetenschappelijk onderzoek van
seksualiteit: het Institut für Sexualwissenschaft. Er waren drie doelen: wetenschappelijk
onderzoek verrichten, hulp verlenen en preventieprogramma’s opzetten. In 1926 werd het
eerste International Congress for Sex Research opgezet. In 1928 stichtten Hirschfelds en
Leunbach de Weltliga für Sexualreform. Zij wilden hiermee een wereldwijde beweging voor
seksuele hervorming op gang brengen. Vier jaar later viel de liga uiteen omdat zij het niet
eens konden worden over wat voor beleid ze wilden volgen, meer of minder revolutionair,
meer of minder maatschappijkritisch. In 1933 werd het instituut van Hirschfelds verwoest. Zo
kwam er een einde aan de groei van de seksuologie.
De periode 1886 – 1945 samengevat: In de eerste bloeiperiode van de seksuologie zijn
enkele karakteristieke kernthema's te onderscheiden: een pleidooi voor wetenschappelijk
onderzoek van seksualiteit, een klinische methodologie uitgaand van gevalsbeschrijvingen,
een sterk geloof in een universeel seksueel instinct of drift (gericht van man naar vrouw, en
in minder sterke mate andersom), het idee dat afwijkingen het resultaat waren van een
ziekte, die dus door een medicus moest worden behandeld, een duidelijke dominantie van
Europese wetenschappers en uiteenlopende opvattingen over de relaties tussen de
seksuologie en de samenleving.
2.2 Na de tweede Wereldoorlog: de periode 1945 – 1974
De leidende rol werd overgenomen door Amerikaanse wetenschappers. Het domein breidde
zich uit naar de biologie, sociologie, antropologie en psychologie.
- Biologen: De anatomie en fysiologie van seksualiteit. De evolutionaire
achtergrond van seksualiteit en vergelijkingen tussen soorten.
- Sociologen: Sociale determinanten en interpersoonlijke dynamiek van
seksualiteit.
- Antropologen: De culturele context en de expressie van seksualiteit.
- Psychologen: De manier waarop mensen seksuele informatie verwerken, wat de
rol is van emoties en cognities. Ook de vraag hoe persoonlijke ervaringen,
opvattingen en waarden uiteindelijk vorm krijgen in de genderidentiteit, de
seksuele identiteit, de seksuele oriëntatie en seksueel gedrag.
In 1947 richtte zoöloog Kinsey in de VS het instituut for seks research op. Samen met
collega’s interviewde hij in 11 jaar rond de 8000 mannen en vrouwen over hun seksuele
levensloop. Dit leverde 2 belangrijke standaardwerken: Sexual behavior in the human male
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller roos_r. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.