Lesboeken:
- Recht van de Europese Unie, F. Amtenbrink & H.H.B. Vedder
Arresten:
Van Gend en Loos, Costa/ENEL, Spaanse aardbeien, Dassonvile en Cassis de Dijon
De totstandkomingsgeschiedenis van de EU op hoofdlijnen beschrijven:
1952; de Europese gemeenschap voor kolen en staal ontstond. Frankrijk wilde in samenwerking
met Duitsland kolen en ijzererts van het grensgebied delen.
1958; het verdrag van Rome werd ondertekend. Zo ontstond de Euratom (kernenergie) en de
Europese Economische Gemeenschap. De EGKS bleef bestaan.
1987; de Europese Akte kwam tot stand. Deze akte moest de interne markt mogelijk maken.
1993; het verdrag van Maastricht kwam tot stand. De EEG werd herbenoemd tot het Europees
gemeenschap. Het verdrag van Maastricht is het verdrag betreffende de Europese Unie.
1999; het verdrag van Amsterdam trad in werking. Het wijzigde het verdrag van Rome en van
Maastricht.
2003; het verdrag van Nice trad in werking. Het wijzigde het verdrag van Amsterdam.
2009; omdat de Europese Grondwet werd verworpen, werd het verdrag Lissabon ondertekend. De
pijlerstructuur werd afgeschaft.
De begrippen intergouvernementeel en supranationaal uitleggen:
Intergouvernementeel; de lidstaten zijn gebonden aan het verdrag van de organisatie, wat inhoudt
dat elk deelnemend land zich aan bepaalde regels moet houden en die zijn in elk land hetzelfde.
De beslissingsmacht en de uitvoerende macht is bij de lidstaten, er is dus geen soevereiniteit
afgestaan.
Supranationaal; een samenwerkingsverband waarin lidstaten vrijwillig een deel van hun
soevereiniteit hebben afgestaan aan een internationale organisatie.
Uitleggen wat staatssoevereiniteit is en hoe die kan worden beperkt:
De overheid heeft de ultieme beslissingsbevoegdheid op het grondgebied van de staat. De overheid is
de enige die wet- en regelgeving kan opstellen. Ander staten kunnen dus niet bepalen hoe de staat
zijn regelgeving vormt. Staatssoevereiniteit kan op twee manieren worden beperkt, namelijk:
De staat kan beslissen een gedeeltelijk of zijn gehele beslissingsbevoegdheid over te dragen aan
een internationale organisatie.
Als een land onvrijwillig de beslissingsbevoegdheid uit handen wordt genomen, door bijvoorbeeld
een staat die een ander staat binnenvalt en de macht overneemt.
Uitleggen welke rollen Europese instellingen spelen binnen de Europese Unie:
Europese raad (art. 15 VEU); dit is de hoogste instelling binnen de EU. Twee keer per half jaar
vergadert en bepaald de Europese Raad de algemene politieke beleidslijnen en prioriteiten van de
Europese Unie en geeft de nodige impulsen voor de ontwikkeling van de Unie. De Europese Raad
bestaat uit de staatshoofden en regeringsleiders van de lidstaten. Beslissingen worden genomen
op grond van unanimiteit (alle lidstaten moeten instemmen).
De raad van de Europese Unie (art. 16 VEU) de raad oefent samen met het Europees Parlement
de wetgevingstaak en de begrotingstaak uit en heeft daarnaast bepaalde beleidsbepalende en
coördinerende taken. Zonder toestemming van de Raad komt er geen Uniewetgeving tot stand.
Naast het geven van toestemming mede bepaalt de Raad ook voor een belangrijk deel het beleid
van de Europese Unie. De Raad is de vertegenwoordiging van de lidstaten van de Europese Unie
op het Europees niveau. De raad bestaat uit ministers die onderling rouleren afhankelijk van het
onderwerp. (raad van ministers)
Europese Commissie (art. 17 VEU); is het uitvoerende orgaan en behartigt de belangen van de
Europese Unie. Ze is verantwoordelijk voor het indienen van wetsvoorstellen (recht van initiatief),
het beheren van de EU-begroting, het handhaven van het EU-recht (in samenwerking met het Hof
van Justitie), en het vertegenwoordigen van de EU op internationaal niveau. De commissie is
samengesteld uit commissarissen die elk hun eigen portefeuille hebben. (de commissaris voor
buitenlandse zaken wordt de hoge vertegenwoordiger genoemd)
Europees parlement (art. 14 VEU); is de rechtstreeks verkozen volksvertegenwoordiging van de
Europese Unie. Het is de enige instelling die direct door de burgers wordt gekozen. Samen met
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Patty190. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.14. You're not tied to anything after your purchase.