Parameters
Ritme
o Welke ritmische principes zijn er? Wat zijn de ritmische technieken/ processen?
Waarom is de ritmische structuur anders bij Messian dan bij Bartok.
Melodie
Simultaneïteit
o Tonen die tegelijk klinken. Harmonie, dan denk je niet alleen aan drieklanken en
septiemakkoorden, maar er komt veel meer bij kijken.
Timbre
o Klankkleur, het wordt meer en meer belangrijk. De muziek klinkt anders op een
klarinet dan op een viool.
Exotiek en folklore
o Invloed van allerlei elementen die niet uit de Westerse traditie komen.
(uit: Ton de Leeuw: muziek van de Twintigste Eeuw)
Zeven sleutels
Pitch logic
o Logica van toonhoogte staat bovenaan
Time
o De subjectieve beleving van tijd kan een factor worden.
Sound Color:
o Zelfde als timbre uit de vorige lijst
Texture
o Textuur van de compositie. Helder/ licht/ open of juist hele herkenbare elementen.
Spelen ze allemaal solo of allemaal samen.
Process
o De manier van hoe het materiaal wordt uitgewerkt. Bijv. het twaalftoonssysteem
daar doe je allerlei dingen mee.
Performance Ritual
o Hoe de muziek wordt gebracht. Het betrekt heel het theater wat de uitvoering van
het muziekstuk ook is. Orkest komt op. Er is een bepaalde dresscode, dan pas komt
de concertmeester op etc. Het is een heel ritueel voordat de eerste noot is gespeeld.
Parody/ historicism
o Alle gevallen waarin de componist zich duidelijk bediend van muziek die al bestond.
(Uit: Elliott Schwartz en Daniel Godfrey: Music since 1945)
19e eeuw. TONALITEIT
Het idee van toonhoogte organisatie. Het organiseren van toonhoogte noemen we de tonaliteit.
Tussen 1600 en 1900 heeft dit systeem die tijd onderbouwd. Ze zijn hier alternatieven voor gaan
zoeken.
Wat is tonaliteit?
Harmonische regels
Relatie tussen de noten
Functies (akkoorden) – De hiërarchische structuur wordt uitgedrukt in functies.
Modulatie (modale muziek moduleert niet en tonale muziek moduleert altijd).
,Tonaliteit
Toegenomen chromatiek, gealtereerde akkoorden (extra nootjes aan toevoegen, van rein
naar verminderd maken, extra dimensie aan toe te voegen), ‘muzikaal proza’, uitstellen of
vermijden van bevestigende elementen.
Verwijde tonaliteit: balanceren op de rand van wat mogelijk is (Mahler, Strauss, Schönberg)
Tonaliteit als systeem zoekt in de 19e eeuw (o.a. door het streven naar originaliteit en
expressiviteit) steeds meer haar grenzen op. De implosie van de tonaliteit is zo een gevolg
van het systeem.
Tonaliteit: Een muziekstuk waarbij het een bepaald traject aflegt. Tonaliteit is feit dat je in de loop
van het stuk veranderd naar een andere tonaliteit, dus bijv. een modulatie. Je keert uiteindelijk wel
weer terug naar de toonsoort waarin je bent begonnen.
De grote vijand van tonaliteit is het romantische schema van de 19e eeuw zelf. Hij streeft ernaar om
expressief te zijn, dus niet te braaf, maar afwijken van de formules. Ook het streven naar originaliteit.
De kunstenaar wil uniek zijn. De tonaliteit ziet zichzelf ten onder gaan in de 20e eeuw.
Alle elementen verdwijnen als de componisten in de 20e eeuw de grens van de tonaliteit gaan
opzoeken.
De 20e eeuw in vogelvlucht
• Complexe periode – talrijke stijlen en tendensen
• Gebrek aan eenheid: “de” 20ste-eeuwse muziek bestaat niet, zelfs binnen één stijl (bv.
Modernisme), plaats (bijvoorbeeld Parijs in 1920) of één periode (bv. de jaren 1960) kunnen
zeer uitgesproken contrasten bestaan
• Gelijkaardige fenomenen op historisch en algemeen cultureel vlak
Heel de vernieuwingsoperatie is in zekere zin zo dat je de muziek kunt voortzetten. Het is een breuk,
maar tegelijkertijd ook een verbinding. Mahler is hier een goed voorbeeld voor.
Gustav Mahler (1860-1911)
9 symfonieën – waarvan vier met vocale elementen. Hij breekt de
naam symfonie open door er vocale elementen aan toe te voegen. Hij
gebruikt meerdere delen (geen vier). Hij was beroemder als dirigent
dan als componist.
Dirigent – orchestratiekunst
Banaal (volkse deuntjes) – verheven (onthecht, bijna visioenen).
Model voor de ‘Weense’ componisten Schönberg, Berg, Webern
Vijfde Symfonie, 4. Adagietto: ‘’nachtmusik’’. Het exploderen van de
donkere kleuren en klanken.
Mahler was tijdens zijn leven vooral beroemd als dirigent en niet als componist. Zijn reputatie als
componist is eigenlijk gekomen na zijn dood. Mahler zijn baan bestond dus voornamelijk uit dirigeren
van orkesten, maar ook opera’s. Dit deed hij vooral in Wenen.
De omvang voor Mahler zijn werken zijn extreem. Extreme bezettingen. Meer volume, meer lawaai,
meer impact. Het is het uitbreiden van de expressie.
Het openbreken van het concept: wat is een symfonie?
Das lied von den Erde heeft hij geschreven, omdat hij bang was dat als hij de 9e symfonie zou
gaan schrijven hij deze niet zou afmaken door het verleden van andere componisten.
De vocale werken met orkest begon bij de 9e symfonie van Beethoven.
, Het verheven, het sublieme, onaardse en dat kan bij Mahler ineens omslaan naar banale
(alledaagse, eenvoudige) muziek. Volksliedjes, mars ritmes en dan zit je weer in de hemel.
Symfonie no. 6
Marsthema
Koraalthema (begint in de houtblazers, gelijk zweverig)
3e thema met de inzet van de strijkers.
Mahler schreef deze symfonie tijdens zijn zomervakantie.
Hele opvallende kleurverandering.
Nachtmuziek
Een goed voorbeeld hiervan is het vierde deel van de vijfde symfonie van Mahler. Het afwisselen van
verschillende klankkleuren is heel belangrijk bij dit Adagietto.
Richard Strauss (1864-1949)
Symfonische gedichten Ein Heldenleben, Tijl Uijlenspiegel etc.
Extreme chromatiek: Opera’s: Salome (1905), Elektra (1908)
Het moment waar je voelt dat Strauss op de grens staat van
wat er nog kan. Hij schrijft binnen de lijnen van de tonale
structuur, maar de grens wordt zo opgerekt dat hij bijna in een
post-tonaal land zit.
Expressionisme (maximale expressie)
Daarna een stap terug; Der Rosenkavalier (1910) Deze opera
is veel conservatiever.
Gelijkwaardige positie: Weber, Zemlinsky.
Hij was een soort van extreem jong talent. Hij begon al heel vroeg aan zijn compositie carrière. Het
zijn met name symfonische gedichten. De meesten daarvan horen nog tot het symfonische
repertoire. Ein Heldenleben, Tijl Uilenspiegel, Don Juan etc. In 1907 schrijft Strauss twee opera’s. Hij
schrijft in 1905 Salome en nog indrukwekkender in 1908 schrijft hij Elektra. De mensen stromen toe
om bij de première van deze werken te zijn. Ze vinden dat hij bezig is met de werken van de
toekomst. Strauss gaat extreem ver in het opentrekken van de harmonie.
Salome is gebaseerd op een toneelstuk van Oscar Wild. Salome is de dochter van Heroidas. Hij is
de derde echtgenote van de Joodse Herodes. Herodes ziet daar zijn nieuwe echtgenote met een
wonderschone dochter. Zijn interesse verschuift van moeder naar dochter. Dan komt er een lang
en moeilijk proces tussen Herodes en Heroidas. Uiteindelijk danst Herodes de dans des zeven
sluiers. Salome vraagt een prijs. Salome vraagt het hoofd van Johannes de Doper.
Een verhaal met weinig personages. Het gaat over perversie. Dat past perfect bij het tijdperk van de
vroeg twintigste eeuw. Je krijgt het op het podium geserveerd. Opvallend aan het werk is dat er
helemaal geen sprake is van een ouverture. Je hoort de klarinet en dan gelijk begint de operazanger.
Normaal is er een extreme ouverture.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukoverman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.