Materiële voorwaarden in art.107 lid 1 VWEU:
1. Een maatregel van de Staat, met staatsmiddelen bekostigd,
I. Bekostiging uit staatsmiddelen
II. Toerekenbaarheid aan de Staat
III. Direct of indirect met staatsmiddelen bekostigd
- Ook middelen van lagere overheden zijn staatsmiddelen
- Geen rechtstreekse overdracht van staatsmiddelen vereist (derving van inkomsten is ook met
staatsmiddelen bekostigd).
- De staat moet als overheid handelen.
- Snel aan dit vereiste voldaan.
2. Die een selectief voordeel aan ondernemingen/producties verschaft
- Voordeel:
o Economisch voordeel dat onder normale marktomstandigheden niet had kunnen
worden verkregen. De overheid moet als andere marktpartijen handelen en de
transacties moeten marktconform zijn. De overheid mag niet afwijken van wat de
markt in die omstandigheden aan voorwaarden van een transactie zou eisen.
o Als het voordeel ook onder normale marktomstandigheden kon worden verkregen,
dan geen voordeel.
o Indirecte bevoordeling bestaat ook: voordelen voor aandeelhouders, werknemers,
afnemers etc.
- Materiële selectiviteit:
o Het doel van de maatregel?
o De normale belastingregeling?
Specificeren als dat kan in de casus (vraag 3a week 7). Zoals 9 of 5 euro.
o Is er een gunstige afwijking ten opzichte van de normale regeling die alleen geldt
voor bepaalde ondernemingen ten opzichte van andere ondernemingen die ook
onderworpen zijn aan de normale regel?
o Objectief vergelijkbaar met andere ondernemingen die de gunstige afwijking niet
krijgen gelet op de doelstelling van de maatregel?
Als er is voldaan aan stap 1 en 2 rechtvaardiging?
- Rechtvaardiging:
o De maatregel wordt gerechtvaardigd door de aard of de algemene opzet van het
belastingstelsel (waar ook weer moet worden getoetst aan de evenredigheidstoets
of die in overeenstemming is met het evenredigheidsbeginsel en niet verdergaat dan
nodig is om het doel te bereiken).
o Wat betekent dat het moet voortvloeien uit de aard of algemene opzet van het
belastingstelsel? Wat voor soort rechtvaardiging moet het dan zijn? Het moet volgen
uit de basis- of hoofdbeginselen van het belastingstelsel van dat land.
o En dat betekent dat het onderscheid rechtstreeks moet voortvloeien uit de algemene
fiscale doelstelling die aan de belastingregeling ten grondslag liggen: bevordering van
werkgelegenheid of bevordering van sociale functies kunnen niet dienen als
rechtvaardigingsgrond. Maar belastingontwijking en fiscale neutraliteit wel
(collectieve beleggingen par. 5.4.2 Mededeling).
- Regionale selectiviteit:
o De regio moet voldoende autonoom zijn (Commissie/Portugal, Regione Sardegna).
I. Institutioneel: eigen politieke en administratieve status die losstaat van de centrale
overheid.
II. Politiek: (de centrale overheid heeft geen rechtstreekse zeggenschap over de inhoud
van de regionale maatregelen)
III. Financieel: (financiële consequenties die niet worden gecompenseerd door bijdragen
of subsidies van de centrale overheid of andere regio’s)
, Als er hieraan is voldaan, dan is de regio autonoom en kijken we voor de selectiviteitsanalyse
naar het referentiekader van de regio die aan deze voorwaarden voldoet. De analyse is
hetzelfde als die van de materiële selectiviteit. Maar er wordt een extra stap gemaakt en dat
is de stap van of de regio voldoende autonoom is.
3. Waardoor de mededinging dreigt te worden/wordt vervalst,
- Concurrentievoordeel voor bepaalde ondernemingen? Concurrentievervalsing?
Zo ja, dan vervalsing van de mededinging (snel aan voldaan)
4. Voor zover het voordeel het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig wordt beïnvloed
- Dreiging voor de interne markt? Als branches of ondernemingen in andere lidstaten die
niet krijgen (ook snel aan voldaan).
5. De minimis, als:
- Minder dan 200k per onderneming
- Per 3 jaar (dus niet 200k per jaar)
- Als transparant (art.4)
Geen steun
Dan ook geen plicht tot aanmelden
- Voor belastingzaken niet een issue. Want een fiscale maatregel, zoals een vrijstelling, is
niet gebudgetteerd en zal wel altijd ruim boven de de minimis-grens uitkomen.
Als er is voldaan aan stap 1 tot 5, dan is er staatssteun in de zin van 107 lid 1. Maar is deze steun
verenigbaar?
6. Steun toegestaan onder art.107 lid 2?
7. Steun toegestaan onder 107 lid 3?
Zo ja, dan verenigbaar
Zo nee, dan niet verenigbaar en verboden steun.
Procedurele voorwaarden art.108 VWEU en de Procedureverordening:
1. Is het bestaande of nieuwe steun?
- Is het bestaande steun? art.108 lid 1 VWEU jo art. 1 letter b Vo jo art. 21 Vo:
voortdurend onderzoek. Steun mag worden verleend totdat de Commissie oordeelt dat
die steun niet langer verenigbaar is met de interne markt.
- Is het nieuwe steun? art.108 lid 3 jo art. 1 letter c Vo jo art. 2 Vo: aanmelding – en
opschortingsplicht. Zie stap 2 en verder.
2. Nieuwe steun moet worden aangemeld voordat de steun mag worden verleend (art.108 lid 3
jo art. 2 en 3 Vo).
- Eerste onderzoek (art. 4 Vo), drie besluiten van de Commissie:
o Lid 2: Besluit geen steun
o Lid 3: Besluit geen bezwaar te maken (verenigbare steun volgens lid 2 of 3).
o Lid 4: Besluit tot inleiding formele onderzoeksprocedure (twijfel over de
verenigbaarheid van de steun) formele onderzoeksprocedure
- Formele onderzoeksprocedure (art. 6-9 Vo)
o Art. 6: de formele onderzoeksprocedure
o Art. 7-8: informatieverplichtingen en sanctie
o Art. 9: einde formeel onderzoek met drie besluiten
Lid 3: besluit geen sprake van steun
Lid 4: Positief besluit (verenigbare steun), eventueel voorwaardelijk
Negatief besluit (onverenigbare steun) dit is slecht nieuws, maar vaak
is dat het dan en zijn er geen consequenties omtrent terugvordering etc.
Dat komt doordat de lidstaat een regeling toch hebben aangemeld voor
het geval dat. Als het dan negatief is, dan is dat het wel als de
aanmeldprocedure is gevolgd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller johanloo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.63. You're not tied to anything after your purchase.