1. Normatieve functie (normen die wij mensen heel belangrijk vinden > geschaad > straf)
2. Geschiloplossende functie (rechterlijke organisatie oordeelt of iemand straf krijgt, niet
eigenrichting)
3. Additionele functie (partijen zijn vergeten afspraken te maken)
4. Instrumentele functie (dingen waar gewoon beslissingen over genomen moeten worden
omdat het anders chaos wordt)
Nederlandse recht kent 4 rechtsbronnen:
1. Wet
Vermogensrecht = alle op geld waardeerbare handelingen tussen burgers onderling waaraan
juridische gevolgen verbonden zijn > BW 3 ‘vermogensrecht in het algemeen’ & BW 5 ‘zakelijke
rechten’ & BW 6 ‘algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht’
Bevoegdheid tot regelgeving:
,Rangvolgorde regelgeving:
Verdrag van Europees recht
Grondwet
Wet in formele zin
AMvB
Ministeriële regeling
Provinciale verordening
Gemeentelijke en waterschapsverordening
*uitzondering:
-bijzondere regels gaan boven algemene regels (BW 7 benoemde/bijzondere overeenkomsten)
-jongere regels gaan boven oude regels
Wet in formele zin en materiële zin
Wet in formele zin = wet die tot stand is gekomen door regering en Staten-Generaal (nationale
wetgever)
Wet in materiële zin = iedere regeling van een wetgever die geschreven is voor onbepaald aantal en
dus niet naam genoemde personen
2. Verdrag
Verdrag = afspraak (overeenkomst) gesloten door twee of meer staten regels heten
verdragsbepalingen
Bilateraal verdrag = verdrag tussen 2 landen
Multilateraal verdrag = verdrag tussen meer dan 2 staten
3. Jurisprudentie
Jurisprudentie betekend recht recht wordt gesproken door enkele rechter (unus) of door
rechterlijk college, hun beslissingen worden vonnissen (rechtbank), arresten (gerechtshof & Hoge
Raad) of uitspraken (rechter) genoemd
Bij jurisprudentie rechter geschil beslechten, uitleg specifiek woord of specifieke zin > hulpmiddel
interpretatiemethoden:
Interpretatiemethoden
Grammaticale interpretatiemethode
= uitleg woord/zin koppelt rechter aan betekenis die het in alledaagse spraakgebruik heeft
Wetshistorische interpretatiemethode
= uitleg woord/zin koppelt rechter aan Handelingen der Staten-Generaal Handelingen der Staten-
Generaal = beraadslagingen waar de letterlijke bewoordingen in vast zijn gelegd
Anticiperende interpretatiemethode
= formuleren regel baseert rechter zich op toekomstig recht (bijna-recht)
, Rechtsvergelijkende interpretatiemethode
= uitleg woord/zin baseert rechter op buitenlandsrechtstelsel waarin betreffende materie ook is
geregeld
Systematische interpretatiemethode
= uitleg woord/zin baseert rechter op wettelijke bepaling uit aan de hand van de regeling waarvan
die bepaling onderdeel uitmaakt
Teleologische interpretatiemethode
= uitleg woord/zin rechter doet beroep op de bedoeling die de wetgever met de regeling heeft gehad
Precedenteninterpretatie
= verwijzen naar eerdere uitspraken van rechters waarin onduidelijke bewoordingen al zijn uitgelegd
Interpretatie naar redelijkheid en billijkheid
= uitleg woord/zin vult rechter door middel van beroep op redelijkheid en billijkheid
Redeneerwijze
Redeneerwijze = bepaalde manier van denken om tot een bepaalde uitspraak te komen:
a-contrarioredenering = rechter gaat ervan uit dat bepaalde rechtsregel niet van toepassing
is omdat die regel uitsluitend geschreven is voor de gevallen die uitdrukkelijk in die regel
worden benoemd
redenering naar analogie = rechter stelt zich op het standpunt dat bepaalde kwestie (die niet
wettelijk geregeld is) zoveel lijkt op een kwestie waarin de wet wel voorzien, dat die laatste
regel ok van toepassing wordt verklaard op de niet-geregelde kwestie
4. Gewoonte
Gewoonte moet wel aan voorwaarden voldoen:
Sprake zijn van vaste gedragslijn = binnen groep in kwestie handelt men overeenkomstig de
gegroeide opvatting
Betrokkenen moeten het als rechtsplicht beschouwen overeenkomstige regel te handelen
Recht onderscheiden in:
Materieel en formeel recht
Materieel recht heeft betrekking op datgene wat men mag en niet mag & welke rechten en plichten
men heeft inhoudelijk van aard
Formeel recht houdt regels in die men moet volgen om het materiële recht te effecturen > het geeft
aan waar men moet procederen, hoe men moet procederen, welke termijnen er in acht moeten
worden genomen, welke rechten men daarbij heeft enz.
Dwingend en aanvullend recht
Dwingend recht = recht waarvan burgers niet mogen afwijken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romyariens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.