Tijdens dit proces kan er van alles mis gaan, denk aan onvoorziene omstandigheden. Daarom moet er
tijdens het beleidsproces meestal worden teruggekoppeld, herzien, bijgesteld, heroverwogen en
omgebogen. Hieruit volgt dat de beleidsvoering geen lineair proces is, maar door allerlei factoren
meestal een wisselvallig patroon heeft. !! Er is echter één constant gegeven: overheidsbeleid dient altijd
een bepaald doel.
Overheidsbeleid is gericht op het voorkomen en oplossen van problemen, de samenleving rechtvaardig
in te richten, de welvaart te bevorderen of om de maatschappij wat aangenamer te maken.
De overheid kan niet alle problemen oplossen. Sommige problemen zijn lastig op te lossen en sommige
problemen liggen bij de burgers. Wanneer de overheid wel succesvol een probleem op lost, kampt zij de
laatste jaren met imagoproblemen. Een belangrijke oorzaak daarvan ligt in het idee van de ‘maakbare
samenleving’. Deze pretentie uit de jaren zeventig en tachtig heeft geleid tot een overdaad aan regels,
procedures en voorschriften. De burger is zich daaraan in toenemende mate gaan ergeren en trekt er
zich steeds minder van aan, zodat de uiteindelijke opbrengst gering blijkt te zijn.
Er is een omslag waarneembaar. Dit uit zich in een bescheiden opstelling van de overheid in het ordenen,
beheersen, regelen en sturen van de samenleving. De overheid heeft de mythe van de bestuurbaarheid,
dat wil zeggen de gedachte dat de maatschappelijke processen vanuit een centraal punt kan reguleren
en beheersen, laten varen.
Als maatschappelijke problemen bij de overheid terechtkomen, moeten ze aan twee
grondvoorwaarden voldoen: ze moeten manipuleerbaar zijn (vatbaar voor beleid) en het oplossen
ervan moet uit een oogpunt van algemeen belang tot de verantwoordelijkheid van de overheid
gerekend kunnen worden.
In de klassieke benadering worden beleidsinstrumenten ingezet om één of meer doelstellingen te
bereiken: beleid wordt dan gezien in termen van doelen en middelen: operationeel beleid.
1
,Tegenwoordig bestaat er meer oog voor het beleidsproces en spreekt men van strategisch beleid,
omdat ook de wijze waarop het beleidsproces verloopt bijdraagt aan het bereiken van het gestelde doel.
1.2 MAATSCHAPPELIJK PROBLEEM
Of een maatschappelijke situatie als probleem wordt ervaren, is van verschillende factoren afhankelijk:
- De maatstaf (!!)
- De waarneming
- De interpretatie of beoordeling van de bestaande situatie
- De oorzaken van het probleem
- De te verwachte gevolgen
Definitie: een maatschappelijk probleem is de discrepantie die bestaat tussen een maatstaf, norm of
een beginsel en een maatschappelijke situatie, de oorzaken daarvan of de verwachte ontwikkeling
daarin.
De meeste maatschappelijke problemen hebben meerder aspecten, het bestaat uit meerdere
deelproblemen. Een probleemperceptie (de wijze waarop een probleem wordt gedefinieerd, ervaren of
geïnterpreteerd) heeft ook een samengesteld karakter.
Een maatschappelijke situatie kan onderwerp worden van beleid als de samenleving de desbetreffende
maatschappelijke situatie als ongewenst ervaart. Het probleem staat dan op de politieke agenda.
Omdat er rond maatschappelijke problemen tegengestelde belangen spelen, is het niet vanzelfsprekend
dat een ongewenste situatie als maatschappelijk probleem wordt bestempeld.
1.3 BELEIDSPROBLEEM
Wil de overheid voor een maatschappelijk probleem beleid kunnen voeren, dan moet het probleem
worden geherdefinieerd, geschikt gemaakt voor overheidsingrijpen. Daartoe moet het maatschappelijk
probleem worden getransformeerd in een beleidsprobleem. Ook moet er een eindsituatie worden
geschetst en er moet worden vastgesteld met welke instrumenten (operationeel), langs welke weg
(strategie) en in welk tijdsperspectief de gewenste eindsituatie kan of moet worden bereikt.
Een beleidsprobleem wordt als het ware in elkaar geknutseld. In een beleidsprobleem zit vaak een
beleidsvisie besloten. Een beleidsvisie bestaat uit de formulering van de doelen die voor de oplossing
van een bepaald beleidsprobleem worden nagestreefd, met de inzet van de daarvoor benodigde
instrumenten.
De vertaling van een maatschappelijk probleem tot een beleidsprobleem in subjectief. De maatstaf zal
zodanig worden gekozen dat hij valt binnen het referentiekader van de beleidsactor. Daarnaast berust
zij dus op een keuze. Wil een beleidsactor een maatschappelijk probleem kunnen reduceren of oplossen,
dan moet het zodanig in een beleidsprobleem worden vertaalt dat het beoogde beleid effectief zal zijn.
Wanneer een probleem als beleidsprobleem is erkend, dan kan het beleid op verschillende aspecten
van een probleem worden gericht. Namelijk:
- Waargenomen of verwachte situatie
- Oorzaken van de situatie
2
, - Waargenomen of verwachte gevolgen
- Maatstaf
Meest voor de hand liggende: de bestaande situatie. Overheidsbeleid dat de discrepantie tussen de
oorzaken van een probleem en de maatstaf geheel overbrugt, is fundamenteel en biedt de meeste kans
op effectiviteit. Beleid dat is gericht op de gevolgen van een probleem kunnen beter niet worden ingezet.
Het is dweilen met de kraam open.
1.4 BELEIDSINSTRUMENTEN
Het spreekt vanzelf dat de overheid voor het voeren van beleid beleidsinstrumenten nodig heeft. VB.
accijns op tabak verhogen (instrument) of het rookgedrag te ontmoedigen (doel). Beleid is niet altijd
doeltreffend al dienen we te denken dat de effecten van veel beleid pas op langere termijn worden
bereikt.
Definitie: bijna alles wat een actor aanwendt om een doelstelling te bereiken.
Betere definitie: een middel dat een beleidsactor aanwendt om een bepaalde sturingspresentatie
(goederen of diensten) of een beoogd sturingseffect (gedrag bij de doelgroep) te bereiken.
Deze definitie discrimineert niet genoeg. Er wordt daarom een onderscheid gemaakt tussen de
resultaten van een beleid (paspoort, gemeentelijke sportvelden) en middelen die een regulerend of
sturend effect beogen. Deze laatste middelen worden beleidsinstrumenten genoemd.
Een parkeerverbod is als verordening een juridisch instrument en het budget waarmee verkeerspaaltjes
worden gekocht is ook een instrument. Het plaatsen van de paaltjes moet tot de uitvoering van beleid
worden gerekend.
Beleidsinstrumenten kunnen ook worden onderscheiden:
Normstellende instrumenten ge- en verbodsbepalingen
Allocatieve instrumenten bewerkstellige de overdracht van gelden (huursubsidie)
Functies:
- Ordenende handhaving van de rechtsorde
- Presterende voorzieningen voor de bestaanszekerheid voor de burger
- Sturende ingrepen in de samenleving of marktmechanisme
- Arbitrerende bemiddelen tussen conflicterende belangen in de samenleving
Karakter:
- Eenzijdig karakter rechtstreekse werking (verbodsbepaling, beschikking)
- Wederkerig karakter indirecte werking (overeenkomst, informatieoverdracht)
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Manonvdk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.