Samenvatting Begrippenlijst Kwantitatieve Methoden In Pedagogisch Onderzoek (P0R91a)
4 views 0 purchase
Course
Kwantitatieve methoden in de pedagogiek (P0R91A)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Een begrippenlijst van de belangrijkste begrippen van Kwantitatieve Methoden in Pedagogisch Onderzoek. Ik heb het vak zelf gevolgd en afgerond in , maar de begrippen blijven (lijkt mij) redelijk gelijk.
Begrippenlijst kwantitatieve methoden in pedagogische onderzoek
Afhankelijke variabele: Een afhankelijke variabele is een variabele waarover men een voorspelling
doet. De te verklaren variabele.
Aselecte trekking: Elk individu heeft evenveel kans om in de steekproef te komen.
Backward Snowballing Technique: Als je relevante artikels hebt gevonden, kijk dan ook eens in hun
referentielijst, deze referenties zijn misschien ook wel interessant.
Betrouwbaarheid: Naast de validiteit is betrouwbaarheid het tweede aspect dat bekeken wordt om
de kwaliteit van de meting van een instrument te bepalen. Het is geen voldoende voorwaarde om
van een valide instrument te spreken. Betrouwbaarheid omvat de nauwkeurigheid van een meting.
Biased-viewpoint effect: De neiging van een observator/interviewer om alleen de dingen te zien die
de observator wil of verwacht te zien. Het observeren, het interpreteren en vertalen van
onderzoeksresultaten zoals antwoorden op open vragen naar gegevens die onderling vergeleken
kunnen worden, is essentieel voor wetenschappelijk onderzoek. Het is een bepaalde
vooringenomenheid bij het interpreteren van de resultaten – daarom inherent aan een dergelijk
onderzoek.
Binnen-subject-design: Within-subjects design, design met herhaalde metingen, repeated measures
en counterbalancing design. Elke groep krijgt een manipulatie (experimentele conditie) en een
controle conditie.
Voordelen
- Geen invloed van selectie
- Groter aantal subjecten/conditie. Grotere kans op een significant resultaat.
Nadelen
- Volgorde effecten
o Oplossing: Contrabalanceren
Blindering: Zie dubbel-blind procedure.
Booleaanse operatoren:
AND: beide termen moeten in de zoekstring aanwezig zijn opdat een bepaald artikel wordt
gevonden. Gebruikt om diverse concepten met elkaar te combineren.
OR: Een van de termen moet aanwezig zijn in het artikel opdat het wordt gevonden. Gebruikt in het
kader van synoniemen.
NOT: Gebruikt tussen twee termen om te verzekeren dat één van de termen niet in het artikel staat.
NEXT / NEAR
Case study: Synoniem: N=1 steekproef
Het is mogelijk om op basis van gegevens van 1 persoon uitspraak te doen over een grotere groep of
over de populatie. Kwalitatieve gevalsstudies bestaan uit een of meerdere cases en zijn diepgaand
en/of explorerend.
Causaal model: Een causaal model geeft alleen oorzaken en gevolgen weer. Hierbij kunnen ook de
oorzaken van oorzaken en de gevolgen van gevolgen worden opgenomen. Het causaal model dient
om mogelijke verbanden te selecteren voor nader onderzoek.
, Causaliteit: Variatie in onafhankelijke variabele (minstens twee waarden) produceert variatie in
afhankelijke variabele. Er is een oorzakelijk verband (≠ Samenhang). Geldige en noodzakelijke criteria
voor causaliteit zijn:
- Samenhang tussen oorzaak en gevolg
- Oorzaak gaat in tijd vooraf aan het gevolg tijdvolgordeprobleem
- Geen storende factoren kunnen het verband tussen oorzaak en gevolg verklaren.
Probleem: We moeten op voorhand weten wat de storende factoren zijn Probleem van derde
variabele.
Clustersteekproef: Clusters zijn een aantal vergelijkbare deelpopulaties uit de populatie. Men
spreekt van een clustersteekproef, wanneer er een aselecte steekproef uit de clusters wordt
getrokken en men vervolgens alle elementen van de geselecteerde clusters in de steekproef
opneemt. Men focust zich op de secundaire eenheden.
Voordelen
- Efficiënt en goedkoop
Nadelen
- Geen zuivere EAS
- Vertekening (afhankelijk van onderzoeksvraag)
- Beperkte variatie
Conceptueel model: Synoniem: Theoretisch kader
De theoretische uitwerking van het probleem via literatuurstudie leidt tot de opbouw van een
conceptueel model. Dit kunnen we plaatsen in de stap van inductie. Een conceptueel model geeft de
complexe verbanden tussen variabelen weer.
Concurrernte validiteit: Behoort tot criteriumvaliditeit. Beschouwt in hoeverre resultaten correleren
met gelijktijdig beschikbare criteriumgegevens.
Congruente validiteit: Kijkt naar samenhang tussen een gemaakt instrument en een vergelijkbaar
instrument. De score op de test moet samenhangen met de score op de gelijkaardige test. Is dit zo,
dan validiteit.
CONSORT: Checklist of information to include when reporting a randomnised trial. Het zijn
rapportagecriteria.
Contrabalanceren: Oplossing voor volgorde-effecten bij een binnen-subject design. Men
randomniseert de volgorde van de condities of men matcht de volgordes en de condities en elke
volgorde komt even vaak voor.
Controle variabele: Variabele die constant gehouden moet worden zodat het kenmerk voor alle
onderzoekselementen gelijk is.
Bijvoorbeeld de hoeveelheid slaap en koffie in het Rilatine onderzoek.
Coverte observatie: De onderzoekselementen weten niet over de observatie.
Criteriumvaliditeit: Hangen de scores samen met een extern criterium? Tot de criteriumvaliditeit
behoort de concurrente validiteit en de predictieve validiteit.
Cronbach alfa: Berekent alle mogelijke combinaties en gaat de gemiddelde correlatie over al die
combinaties bekijken. Hoe hoger dat getal hoe beter de betrouwbaarheid. Behoort tot de interne
consistentie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chantalmichels. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.