Not enough to make up examination, there is still asked for more from you
Seller
Follow
tiinker
Reviews received
Content preview
Sociale psychologie
Hoofdstuk 1 – sociale psychologie
Sociale psychologie: de wetenschappelijke studie van de manier waarop de gedachten,
gevoelens en gedragingen van mensen worden beïnvloedt door de werkelijke of
voorgestelde aanwezigheid van andere mensen.
Sociale dieren: mensen zijn sociale dieren. Hiermee wordt niet sociaal voelend maar
groepsdieren bedoeld.
Need to belong: we vinden het belangrijk om erbij te horen en een goed groepslid te
zijn.
Social tuning: het onbewust op elkaar afstemmen van gedrag, gedachten en gevoelens.
Kameleon effect: het overnemen van elkaar bewegingen en mimiek.
Spiegelneuronen: hersencellen die de activiteiten en ervaringen van anderen
weerspiegelen in het eigen brein.
Empathie: spiegeling van emotionele en lichamelijke ervaringen.
Hindsight bias: als je eenmaal iets weet, lijkt het vaak alsof je het al wist. (hindsight =
inzicht achteraf, bias = vertekening)
Self-fulfulling prophecy: zichzelf bevestigende voorspelling. (Als je eerste indruk van
iemand is dat die gene aardig is, ga je die gene ook zo behandelen. Dit zorgt ervoor dat
de persoon zich ook aardig zal gedragen/reageren waardoor jouw eerste indruk
bevestigd wordt)
Bystandereffect: (omstandereffect) hoe meer omstanders, hoe minder mensen geneigd
zijn om in te grijpen bij een gebeurtenis.
Diffusion of responsibility: verantwoordelijkheid wordt verspreid over meerdere
mensen waardoor het onduidelijk is wie er verantwoordelijk is.
Gehoorzaamheid: de centrale vraag van het Millgram experiment. Hoe ver gaan
mensen bij het gehoorzamen van een autoriteit, zelfs als dit betekend dat er letsel wordt
aangedaan bij anderen. Alle proefpersonen bleken bereid om schokken toe te dienen tot
300 volt; 65% ging door tot en met het gevaarlijke niveau van 450 volt.
Voet-tussen-de-deur-effect: een slinkse beïnvloedingstechniek. Door klein te beginnen
met de voltage en steeds een stukje hoger te gaan waren meer mensen bereid hoge
voltages toe te dienen. Deze sluwe opzet heeft sterk bijdragen aan het lage percentage
weigeraars in het Millgram experiment.
,Sociale cognitie: een deelgebied van de sociale psychologie. Hoe mensen hun sociale
omgeving waarnemen en interpreteren. Onderzoek binnen dit deelgebied laat zien dat
er een grote discrepantie kan zijn tussen de werkelijkheid zoals deze ‘echt’ is en zoals
deze wordt waargenomen.
Cognitieve capaciteit: alles wat betrekking heeft op het leren, redeneren, oordelen,
omgaan met nieuwe situaties en oplossen van problemen
Behoefte aan controle: een motief dat onze waarnemingen en interpretaties kan
beïnvloeden. We vinden het idee prettig dat we greep op de werkelijkheid hebben en
wat ons overkomt.
Expliciet geheugen: bewust geheugen. Bevat kennis waarvan we weten dat we die
hebben. Zoals de stof die je leert voor een tentamen.
Impliciet geheugen: onbewust geheugen. Bevat kennis en ervaringen waar we
onbewust gebruik van maken, meestal zonder dat we dat goed beseffen. Bijvoorbeeld als
je iemand aantrekkelijk vind maar niet kunt vertellen waarom.
Embodiment: associaties tussen lichamelijke en mentale reacties. Abstractie concepten
zoals plezier, trots of moraal zijn gegrond in lichamelijke ervaringen. Dat betekend dat
lichamelijke ervaringen ons denken en voelen kunnen beïnvloeden, en omgekeerd. Als je
blij bent lach je bijvoorbeeld, maar het is ook andersom.
Facial feedback: vorm van embodiment. De toestand van het lichaam, in dit geval het
gezicht, geeft de hersenen informatie over de gemoedstoestand. Dit werkt niet bewust.
Bijvoorbeeld als je een pen tussen je tanden stopt, dan gebruik je dezelfde spieren als
wanneer. De reactie hierop is dat je je vrolijker gaat voelen.
Macbeth effect: wanneer mensen denken over hun eigen misstappen tonen ze meer
interesse in zeep en reinigingsmiddel. Het wassen van de handen na een morele misstap
zou dis kunnen helpen om het knagende geweten te sussen.
Sociale constructie van de werkelijkheid: mensen maken een interpretatie van de
werkelijkheid. Hun gedrag is een reactie op hun van beeld van de situatie. Met hun
gedrag beïnvloeden ze de werkelijkheid weer.
Correspondentie-vertekening: de neiging om de invloed van de situatie op het gedrag
van mensen te onderschatten. Het heet zo omdat je ten onrechte aanneemt dat het
gedrag van mensen correspondeert met onderliggende persoonlijkheidseigenschappen.
Andere term hiervoor is de fundamentele attributiefout.
Induced compliance: het opwekken tot meegaandheid. Meegaandheid is niet het zelfde
als gehoorzaamheid omdat er geen sprake is van een opdracht of bevel. Mensen ervaren
zo’n grote keuzevrijheid dat ze nauwelijks door hebben dat ze worden beïnvloedt.
Cognitieve dissonantie: je ervaart een tegenstelling tussen twee gedachten.
Bijvoorbeeld: 1. Ik ben tegen verhoging van het collegegeld en 2. Ik schrijf uit vrije wil
een betoog voor verhoging van het college geld.
, Egocentrische vertekening: wanneer mensen hun eigen aandeel in de gang van zaken
overschatten, doordat ze te veel redeneren vanuit een egocentrisch perspectief. Ze
denken dus dat ze bijvoorbeeld een doorslaggevende rol hebben gespeeld in een besluit,
terwijl dit in werkelijkheid niet zo was.
Empirisch onderzoek: ideeën toetsen aan de werkelijkheid door het denken, doen en
voelen van mensen te analyseren en te ontrafelen.
Hoofdstuk 2 – Het zelf
Zelfbewustzijn: het vermogen om expliciete zelfkennis op te bouwen veronderstelt dat
je een bepaalde mate van bewustzijn hebt van jezelf. Zelfbewustzijn staat daarom aan de
basis van zelfkennis.
Zelfwaardering: betreft de vraag of je positief of negatief tegen jezelf aan kijkt.
Vlekkentest: manier om het zelfbewust zijn te onderzoeken bij baby’s of dieren.
Iedereen die over een zelfbewustzijn beschikt zou zichzelf moeten herkennen in de
spiegel. Bij de vlekkentest brengen onderzoeken een vlek aan op het gezicht van de
proefdieren die hun eigen spiegelbeeld al vaker gezien hebben. Wanneer het dier
verbaasd reageert of de vlek probeert de verwijderen kun je constateren dat ze een
zelfbewust zijn hebben. Ze zijn zich namelijk bewust van de verandering in hun uiterlijk.
Ought self/ideal self: mensen kunnen zichzelf bezien en hun gedrag en gevoelens
vergelijken met hoe ze vinden dat ze zouden moeten zijn(ought self) of zouden willen
zijn(ideal self).
Publiek zelfbewustzijn: je bekijkt jezelf door de ogen van een denkbeeldig publiek.
Tobben over hoe je gedrag overkomt en bedenken wat je anders had kunnen zeggen in
een gesprek.
Prive zelfbewustzijn: waarbij je aandacht is gericht op je eigen ‘binnenkant’. Mijmeren
over wie je bent, wat je voelt en wat dat allemaal betekend.
Zelfreflectie: gezonde vorm van over jezelf nadenken. Je houding is hierbij onbevangen,
geïnteresseerd en nieuwsgierig; het is niet je oogmerk iets te veranderen of op te lossen:
je kijkt op een onbeschouwde manier, accepterend en zonder jezelf te veroordelen.
Mindfulness: vorm van zelfreflectie. Bewustzijnstoestand waar veel positieve effecten
aan worden toegeschreven. Een open, receptieve houding waarbij je met je aandacht in
het hier-en-nu bent, zoals volgens boeddhistische filosofie: je registreert je
waarnemingen, gedachten en gevoelens precies zoals ze opkomen, zonder er over te
oordelen en zonder te proberen iets te veranderen.
Adaptief onbewuste: dingen die onbewust verlopen. Het onbewuste neem veel
denkwerk uit handen. In contrast met freud’s visie, waarin het onbewuste vooral
onzedelijke en anders sociaal onwenselijke impulsen bevatte. Door het onbewuste
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tiinker. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.