100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Kwali Methodologie Deel 3 $9.16   Add to cart

Summary

Samenvatting Kwali Methodologie Deel 3

1 review
 31 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van de ppts en het boek van Kwant Methodologie Deel 3. Alles wat in het boek te kennen was, is eraan toegevoegd, alsook de extra tabel omtrent de keuze van analysemethoden. Dit geldt voor de Bachelor Criminologische Wetenschappen aan KUL, gegeven door Prof. Stefaan Pleysier.

Preview 3 out of 18  pages

  • Yes
  • August 14, 2021
  • 18
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: fokdeblok • 1 year ago

avatar-seller
Samenvatting – Kwanti (Methodologie 3)

H1 – Inleiding

Multivariate methoden = meerdere variabelen
 Proberen fenomenen te verklaren
 Verklaringsmodel / theorie opstellen  verbanden tussen meerdere kenmerken
 Kijken naar meerdere aspecten tegelijk

1.1 Methoden en technieken, statistiek

Methoden en technieken = verzamelterm voor alle gereedschap-kennis voor het ontwerpen,
opzetten, uitvoeren en analyseren van onderzoek.
 Designkwesties: onderzoeker moet weten welk design het best van toepassing is op zijn /
haar onderzoek
 Kwesties van steekproefkeuze
 Algemene kennis (elke onderzoeker), specialistische kennis (ene wetenschapper meer dan de
andere) en hoog specialistische kennis.

Statistiek = wetenschap die zich bezighoudt met onzekerheid / wetenschap van de probabiliteit 
“hoe waarschijnlijk is een onderzoeksresultaat onder een bepaalde veronderstelling van de
werkelijkheid.”
 Bepaalde toestand van de wereld aannemen en dan kijken hoe waarschijnlijk het resultaat zou zijn
als er niets bijzonders aan de hand is.
 Gegeven die basisgedachte moeten we per situatie kijken wat een geschikte toets zou zijn:
 Afhankelijk van het soort vraag
 Afhankelijk van het soort variabelen
 OV: verschil  als P-waarde < alpha (0.05), dan nulhypothese verwerpen.
 Nulhypothese (H0): geen verschil / correlatie / verband / zijn gelijk
 Alternatieve hypothese (H1): wel een verschil / correlatie / verband / zijn niet gelijk

1.2 CT en criminologie

1.2.1 Specifiek statistische problemen

1. Populatie niet bekend, niet gekend en wenst niet onderzocht te worden.
 Geen representatieve steekproef
 Leden hebben geen belang / negatief belang bij onderzoek
2. Niet hele populatie is gekend, enkel de verdachten of vervolgden  officiële gegevens
leveren een onderschatting.
3. Scheef tot zeer scheef verdeeld: heel veel jongeren hebben geen feiten gepleegd en weinig
jongeren plegen veel feiten.

1.2.2 Soorten technieken


1

,Univariate technieken = technieken die slechts naar 1 variabele kijken, op een beschrijvende manier.
 Eenvoudige descriptieve maten: maten voor centrale tendentie, spreiding...

Bivariate technieken = technieken die het verband tussen 2 variabelen onderzoeken.
 Correlationele maten: verband, verschil, samenhang, correlatie...

Multivariate technieken = technieken die de samenhang van 3 of meer variabelen willen bekijken.
Variabelen worden in hun onderlinge samenhang geanalyseerd.
 Kenmerken:
 Kwantitatief: essentieel is dat met de gegevens gerekend wordt.
 Toetsend of exploratief:
o Toetsend: verdelingseisen
o Exploratief: geen of nauwelijks verdelingseisen  softer en verhalender.
 Datareductie of modeltoetsing:
o Datareductie: groot aantal variabelen willen terugbrengen tot een kleiner, beter
behapbaar aantal variabelen  combivariabele.
o Modeltoetsing: expliciet geïnteresseerd in de relaties tussen de diverse variabelen
 Hoog of laag meetniveau data : geeft weer hoeveel informatie de waarden van een variabele
bevatten  afhankelijk van hoeveel informatie een variabele bevat, dus afhankelijk van het
meetniveau moet voor de ene of andere techniek gekozen worden.
 Asymmetrisch of symmetrisch:
o Asymmetrisch: duidelijk onderscheid tussen soorten variabelen en voorspellende of
oorzakelijke factoren  asymmetrische technieken.
 Afhankelijke variabele proberen voorspellen adhv onafhankelijke variabele.
o Symmetrisch: geen onderscheid tussen soorten variabelen, er wordt enkel gekeken
naar de samenhang tussen de variabelen.
 A en B hebben dezelfde rol
 A en B kunnen van plaats gewisseld worden

H2 – Methodologie in vogelvlucht

2.1 Meetniveaus

1. Nominaal: waarnemingen hebben geen andere functie dan een label geven / classificeren.
 Getallen om verschillende soorten te onderscheiden
 Ongeordende klassen
Bv. geslacht
2. Ordinaal: rangorde in de getallen die aan de metingen zijn toegekend.
 Getallen mogen veranderd worden zolang de oorspronkelijke ordening gehandhaafd blijft
(monotome transformatie).
3. Interval: verhoudingen van verschillen tussen metingen zijn zinvol, geen vast nulpunt.
Bv. temperatuur
4. Ratio: verhoudingen van metingen liggen vast, vast nulpunt.
Bv. prijs van een product
5. Absoluut: alle informatie ligt vast.
Dichotome variabelen = variabelen met slechts 2 categorieën  binaire codering.
Bv. ja / nee, afwezig / aanwezig…


2

, Meetniveau van variabelen is cruciaal: hoe hoger het niveau, hoe meer informatie, hoe meer
gespecialiseerde technieken gebruikt kunnen worden. Het bepaalt welke analysetechnieken wij
kunnen toepassen.
 Parametrische / metrische variabelen: interval, ratio en absoluut
 Niet-parametrische variabelen: nominaal en ordinaal

2.2 Afhankelijke en onafhankelijke variabelen

Afhankelijke variabele = variabele die we proberen te voorspellen uit andere variabelen. Het gevolg
waarvan we de oorzaak willen vinden.

Onafhankelijke variabele / predictoren / covariaten = de oorzaken. Kunnen zelf ook uit andere
onafhankelijke variabelen voorspeld worden.

2.3 Modellen

Functie: belangrijkste structuren van het fenomeen in kwestie weergeven, de kern, het wezen van
datgene wat het model beoogt voor te stellen.
 Structuurovereenkomst met de werkelijkheid die ze beschrijven.
 Vereenvoudigde schematische representatie van de werkelijkheid, maw simpelheid geniet de
voorkeur.

Soorten:
 Empirisch model: schaalmodel
 Simpeler model: hoe belangrijkste factoren op elkaar inwerken om een bepaald resultaat te
genereren
 Maakt mogelijk om te toetsen of de relaties die geschetst worden daadwerkelijk zo
bestaan.
 Complexer model: er wordt een extra relatie toegevoegd. Beschrijven de werkelijkheid
gemiddeld beter.

Model fit / goodness of fit = als de afhankelijke variabele volgens de voorspelling sterk lijkt op de
waargenomen afhankelijke variabele  model past dan goed op de gegevens uit de werkelijkheid.
Een wenselijke situatie. Het model doet het dan goed.

Modelmisspecificatie = er is een tussenliggende variabele in de goodness of fit

2.4 Operationaliseren en meten

Begrippen zijn abstracte noties, ze zijn niet direct afleesbaar. Om er iets mee te doen, moeten we
veel preciezer aangeven wat we bedoelen  constructen = niet afleesbare begrippen.

Hypothetisch construct = abstracte term waarmee naar een niet-uitwendig waarneembaar kenmerk
van personen wordt verwezen, dat verondersteld wordt aanwezig te zijn.

Stappenplan:


3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TS27. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.16  2x  sold
  • (1)
  Add to cart