In dit document staat alle informatie die je moest kennen voor het examen van Communicatiemanagement, gegeven door Bart Vyncke, in . Ik was er zelf van de eerste keer door met een 17/20.
INLEIDING
Werkcolleges
- Oplossingen werkcolleges komen niet op Toledo
- Werkcolleges = verwerking leerstof en voorbeeld examenvragen
Leerstof
- Nota’s (!) en slides
• Je moet ook info kennen die niet op slides staat, dus: noteren
• Geen hoofd- en bijzaken, alles moet gekend worden
Evaluatie
- Schriftelijk examen (meerkeuze en open vragen in 1ste zit)
Theorie vs. praktijk (komen vaak niet overeen, zie vb’en hieronder)
- Variabele beloning = premie, krijg je als je je werk goed hebt gedaan
• THEORIE: zou personeel moeten motiveren om beter te presteren
• PRAKTIJK: kan motivatie verlagen: personeel stelt het gedrag alleen omdat er
een beloning aan vast hangt, niet omdat ze het écht willen → dus als de
beloning wegvalt zullen ze het gedrag ook niet meer stellen
- Vastleggen van taakomschrijvingen
• THEORIE: zorgt voor duidelijkheid en dus betere prestaties
• PRAKTIJK: iedereen blijft vaak zijn functie invullen op de manier dat voor
hem/haar het beste lijkt → taakomschrijvingen worden alleen naar boven
gehaald als iets fout loopt
- Formuleren van doelstellingen en targets
• THEORIE: personeel zou beter gaan presteren
• PRAKTIJK: personeel ziet het vaak meer als een soort mededeling van het
management en niet als een afspraak (zoals het management wil)
- Cornelissen besprak eveneens de relatie tussen praktijk en theorie:
• Ontwikkelde 3 modellen:
• Instrumentele model: zegt dat wetenschap ver boven de praktijk staat
• Wetenschappelijk onderzoek heeft als doel om de objectieve
waarheid te achterhalen en kan dat ook
, • Wetenschap, theorie kan dus een kant-en-klare oplossing
bieden voor de praktijk → praktijk is een passieve ontvanger
van die kennis
• Nadelen: de aanlevering van die kant-en-klare oplossing werkt
enkel op korte termijn en werkt zeker niet in alle situaties
• Weinig realistisch denkbeeld
• Conceptuele model: de waarde van de wetenschap is om denkkaders,
concepten aan te bieden waarmee de praktijk de fenomenen kan
begrijpen
• Belangrijke implicaties:
o Wetenschap is context-specifiek, interpretatief en
subjectief
o De aanlevering van de oplossingen is niet direct, kant-
en-klaar maar indirect: o.b.v. specifieke concepten kan
de praktijk nadenken over de situatie
• Vertalingsmodel: wetenschap is een belangrijke bron van informatie
voor de praktijk, geen sprake van eenrichtingsverkeer: wetenschap en
praktijk interageren met elkaar
• Kennis moet vertaald worden naar een concrete situatie,
reflecteren is nodig → de professional (in de praktijk) wordt
een reflective practitioner: gaat actief om met kennis, vertaalt
wetenschappelijke inzichten naar concrete acties in de praktijk
HOOFDSTUK 1: BEGRIPSAFBAKENING
Strategische communicatie: men wil een bepaald doel bereiken met de communicatie,
strategie/plan opstellen om dat doel te halen
- bv persuasieve communicatie om diensten te verkopen
Communicatiemanagement: bestuderen van communicatie in organisaties, hoe die
bijgestuurd en ondersteund kan worden
- Daar zit ook een strategisch element in: men wil de communicatie van de organisatie
verbeteren via een strategie
Organisationele communicatie = organisatiecommunicatie = bedrijfscommunicatie: alle
communicatie binnen de context van organisaties
- Communicatie naar werknemers, stakeholders etc.
Public relations: gaat over het verbeteren van de reputatie van een organisatie naar
stakeholders toe
- Vooral gebruikt in de VS
, - Doel: steun en waardering van stakeholders verkrijgen; plan wordt daartoe opgesteld
Corporate communications: positiever synoniem voor public relations (pr zou negatieve
connotatie hebben)
- Focust iets sterker op het afstemmen, coördineren van boodschappen dan pr
➔ Al deze begrippen focussen op de managementfunctie van communicatie
➔ Communicatie kan gebruikt worden om doelen te bereiken, is instrumenteel
In de beroepspraktijk komt er steeds meer aandacht voor corporate communication:
- Te wijten aan:
• Grote consolidering van communicatiedisciplines: verschillende
communicatie-experten worden tegenwoordig samengebracht onder één
dienst, één leidinggevende → zorgt voor een meer holistische kijk op
communicatie
• Door al die communicatie-experten samen te brengen onder één dienst is het
ook makkelijker om de communicatie te coördineren, één huisstijl te creëren
• Communicatie wordt steeds meer een managementfunctie: communicatie-
expert mag mee nadenken over het beleid, strategieën
• Opkomst van de ‘corporate communications manager’: mag mee
nadenken over beleid van de organisatie
• Vocabularium/jargon van corporate communication wordt steeds vaker
gebruikt binnen de organisatie
Afbakening tussen public relations en marketingcommunicatie (o.a. reclame):
- Hutton: het is één van de grootste uitdagingen voor pr om zich te onderscheiden van
marketingcommunicatie
• Gelijkenissen: communiceren over producten, proberen imago’s te
verbeteren, stakeholders te overtuigen, klanten werven,…
• Strategische communicatie wordt bij beiden ingezet
• Partners of rivalen?
• Pr en marketing hebben zowel overlappende als onafhankelijke
functies
• Zijn een onderdeel van elkaar vaak
, - Figuur:
• A: corporate advertising
• reclame die gemaakt wordt voor een bedrijf
• B: verkoopspromotie (geen deel van pr)
• Verpakking, marketingkanalen
• C: marketing (valt volledig buiten pr, puur economisch)
• Strategische distributie, prijs van producten etc.
• D: public relations
• Communicatie met stakeholders
• E: publiciteit over producten/diensten van het bedrijf
• Kan zowel positieve als negatieve publiciteit zijn
• Negatief: bv crisiscommunicatie; als er iets misgelopen is met
je product, hoe communiceer je daar dan over naar je klanten
toe?
• F: traditionele reclame in de media
• Reclame voor producten/diensten, niet voor de organisatie zelf
De opkomst van communicatiemanagement
- Het idee van communicatiemanagement is al heel oud
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LauraVandervorst. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.