User
,Competentie 1: Verlenen van zorg.
Leerdoel 1: Ik kan zelfstandig zorg verlenen – dit houdt in: wassen, kleden,
verschonen en ondersteunen tijdens het eten en drinken – aan de cliënten van ‘…’
en ‘…’ met een autistische stoornis, een verstandelijke beperking en epilepsie.
Beginsituatie: Mijn eerste twee stages zijn bij de ‘…’
geweest, daar wonen mensen met de
‘…’. Tijdens de eerste stage deed ik
vrijwel alles onder begeleiding, ik had
nog nooit een baan in de zorg gehad,
dus alles was nieuw en spannend voor
me.
De stage bij ‘…’ betrof een leerafdeling,
daar werden alle stagiaires na enkele
weken al losgelaten om zelfstandig aan
de slag te gaan. Ik heb daar ongeveer 7
à 8 weken zelfstandig 8 bewoners
binnen een woning verzorgd en
begeleid.
Met de doelgroep van verstandelijk
beperkten heb ik nog geen ervaring, ik
denk dat de zorg voor deze mensen heel
anders is dan wat ik tot nu toe gedaan
heb. De cliënten van ‘…’ en ‘…’ hebben
qua ontwikkeling namelijk een leeftijd
tot 2 jaar, en ze kunnen geen van allen
praten. De zorg binnen ‘…’ – de afdeling
waar ik voornamelijk sta gedurende
deze stage - houdt met name het
verschonen en voeden van cliënten in.
Dit komt doordat het dagbesteding voor
de cliënten is. Op ‘…’ bestaat de zorg
naast het verschonen en voeden van
cliënten ook uit het uit bed halen,
wassen, aankleden, uitkleden en naar
bed brengen van cliënten
Leeractiviteiten + tijdsplanning: - Ik loop in week 1 – 3 van mijn
stage bij ‘…’ (27 januari 2014 – 16
februari 2014) mee met collega’s
op ‘…’ en ‘…’ om te kijken hoe zij
1
, zorg verlenen aan de cliënten van
deze afdelingen.
- Ik raadpleeg in week 1 en 2 van
mijn stage bij ‘…’ (27 januari 2014
– 9 februari 2014) literatuur over
mensen met een verstandelijke
beperking – die een
ontwikkelingsleeftijd hebben tot
twee jaar en die niet kunnen
praten – zodat ik weet wat ik
deze stoornis inhoudt, wat de
gevolgen ervan zijn en hoe ik
daar als zorgverlener mee kan
omgaan.
Gewenste begeleiding: Van mijn collega’s verwacht ik dat zij
mij actief betrekken bij de zorgverlening
en dat ze mij (desgevraagd) uitleg
geven over bepaalde handelingen of
situaties.
Verder zou ik het waarderen als zij hun
ervaring en expertise met mij delen op
het vlak van zorg voor mensen met een
verstandelijke beperking.
Leerdoel 2: Ik kan adequaat omgaan met de bewoners van ‘…’ en ‘…’ met een
autistische stoornis en een verstandelijke beperking wat betreft communicatie. Dit
betekent je tempo afstemmen op dat van de zorgvrager en de tijd die deze nodig
heeft om jouw boodschap te begrijpen en daarnaar te handelen. Ook het
lichamelijk ondersteunen van je verbale boodschap door bijvoorbeeld te wijzen
naar een voorwerp of ruimte. Tot slot ook het gebruik van verwijzers in het contact
met de zorgvrager, zodat deze begrijpt wat je van hem verwacht.
Beginsituatie: Tijdens mijn stage bij ‘…’ verliep de
communicatie met de cliënten heel
gevarieerd.
Met sommigen was verbale
communicatie nauwelijks mogelijk,
met anderen kon je wel een goed
gesprek hebben.
Tijdens mijn stage bij ‘…’
(psychogeriatrie) waren er meer
mogelijkheden tot communicatie. Bij
2