Module Algemene Inzichten In De Geriatrische Revalidatie
Summary
Samenvatting inzichten in de geriatrische revalidatie_deel Beckwee
13 views 0 purchase
Course
Module Algemene Inzichten In De Geriatrische Revalidatie
Institution
Vrije Universiteit Brussel (VUB)
Module algemene inzichten in de geriatrische revalidatie: deel geriatrie gedoceerd door Beckwee. Deze samenvattingen bestaat uit notities en ppt's (exclusief hoorcollege 7: webinars die jaarlijks zullen verschillen en les: osteoarthritis gedoceerd in het 2e jaar)
> nood aan het gedeelte gero...
samenvatting inzichten in de geriatrische revalidatie
samenvatting
Written for
Vrije Universiteit Brussel (VUB)
Revalidatiewetenschappen En Kinesitherapie
Module Algemene Inzichten In De Geriatrische Revalidatie
All documents for this subject (7)
Seller
Follow
emilied1
Content preview
ALGEMENE INZICHTEN IN DE GERIATRISCHE REVALIDATIE – Beckwée
Kinesitherapie bij ouderen
Les 1: healthy ageing en kwetsbaarheid
Older people are hot
- Omdat er veel en vaak onderzoek naar wordt gedaan
There is need for translation of scientific research to practice
- Inzichten moeten vertaald worden naar de praktijk
- Nog veel progressie in nodig
- Clinical decision making → trainen en praktijk
Age alone is a factor to consider but generalization should be avoided
Niet veralgemenen omtrent de leeftijd. Een onderscheid maken tussen niet alleen de kalenderleeftijd
maar ook de biologische leeftijd: de leeftijd van de weefsels/biologische systemen.
Vb: dikkere jonge persoon: is zijn biologische leeftijd in lijn met zijn kalenderleeftijd
vb: zeer fitte oude persoon: kalenderleeftijd hoog maar biologisch leeftijd jonger.
Geriatric physiotherapy: need for correct perception!
Slechte perceptie over het inhoud van de beroep. Mensen denken vaak aan
wandelen op de gang en bewegen met de benen. Maar het is zo dat die perceptie
aan het veranderen is.
De perceptie moet veranderen van een curatieve behandeling naar een curatieve en preventieve
behandeling. Vanaf 50-55 is er een belangrijke screeningsrol maar ook een rol in de preventie van
gezondheidsproblemen in de toekomst. We gaan het dus hebben over gezond ouder worden.
The WHO report aims to anticipate the consequences of the rapid ageing populations
Healthy aging wordt door de WHO gebaseerd op basis van een specifieke termen.
1
,Healthy ageing is the process of developing & maintaining functional ability that enables well-
being in old age
2 belangrijke concepten waar de definitie op gebaseerd is:
Functioneren is de maatschappij en biologische leeftijd:
naarmate men ouder wordt, zie je de intrinsieke capaciteit van
de weefsels (rood) afnemen. Hart-vaat, cognitief, endocrien,..
systemen nemen af door moleculaire schade, ouderlijk
wordend proces, … De blauwe lijn zijn de functionele
mogelijkheden en het hangt nauw samen met de intrinsieke capaciteit. Als je systemen in je lichaam
goed functioneren en een goede intrinsieke capaciteit hebben, dan zullen ze ervoor zorgen dat die
persoon optimaal kan functioneren in de maatschappij. Als één of meerdere van die
lichaamssystemen verminderen in functie en de intrinsieke capaciteit gaat dalen, dan zal men ook de
weerslag zien in de functionele mogelijkheden. Naarmate de intrinsieke capaciteit daalt, dan zal ook
de functie van de persoon in de maatschappij dalen.
Functional ability combines the individual and his environments, and the interaction between
them
Beide interageren met de omgeving. Mensen die functioneel zijn in één
omgeving wilt niet zeggen dat ze functioneel zijn in een andere. bv:
mensen die in Antwerpen veel openbaar vervoer gebruiken maar
moeilijk te been zijn gaan toch optimaal in deze omgeving kunnen
functioneren omdat alles dichtbij is, zet deze persoon in een afgelegen
gebied en deze zal minder goed functioneren.
Hetzelfde geldt voor intrinsieke capaciteit. Bv: bergen vs stad.
Intrinsic capacity includes all the physical and mental capacities that an individual can draw on
De intrinsieke capaciteit wat breder bekeken. Het is voor een
stuk afhankelijk van genetica, persoonlijke factoren zoals
geslacht, vooropleiding, rijk of arm, … Je intrinsieke capaciteit is
ook gelinkt aan specifieke gezondheidskarakteristieken.
2
,Ageing people experience a gradual accumulation of molecular and cellular damage
- This results in a general decrease in physiological reserves.
- The extent will vary significantly among individuals at any particular chronological age
Derde aspect: ze claimend t de intrinsieke capaciteit dat die in functie van verschillende omgeving, bij
verschillende mensen op verschillende manieren kunnen evolueren over de tijd.
Grafiek 1: kleuren die een andere traject weergeven tov de rode.
A: optimale bij toenemende leeftijd. Je intrinsieke neemt wat af, wat normaal is door de cellulaire
schade. Op het einde van het leven manifesteert dit zich snel door problemen.
B: op een bepaald moment (ziekte) is er een sterke daling in de fysieke capaciteit. 3 mogelijkheden:
herstel en met ondersteuning terug op oud niveau of iets minder of heel sterk dalen.
C: vanaf geboorte daalt de intrinsieke capaciteit van een bepaald systeem.
WHO samenvatting: functioneren (interactie met omgeving) + intrinsieke (ligt onder functioneren,
hoe hoger hoe beter functioneren) + trajecten (evolutie van intrinsieke capaciteiten doorheen het
leven)
Grafiek 2: groepssamenvatting. Gemiddelde evolutie van intrinsieke capaciteit doorheen de jaren.
Voor elke leeftijd is er een grote variabiliteit. In werkelijkheid is er op een bepaalde leeftijd een
gemiddelde intrinsieke capaciteit met een waarde gelijk aan die volle lijnen maar dat er ook mensen
met hoge of lagere capaciteiten zijn voor dezelfde leeftijd.
Vergelijking: preventie bij kinderen:
een groeicurve die ervoor zorgt dat ouders en artsen snel
kunnen reageren wanneer een baby onvoldoende optimaal
evolueert. Als het kind op de dikke lijn scoort is dit volgens
het gemiddelde, hoe dichter bij de P90 of P5, hoe
uitzonderlijker het is. Kijken of er geen extra ondersteuning is
om afwijkingen al snel te observeren.
WHO wilt streven naar een vergelijkbaar iets met ouderen.
Intrinsieke capaciteit en spierkracht: vanaf ongeveer 40 jaar
daalt de spierkracht jaarlijks en het zou goed zijn om dit op
regelmatige basis te vergelijken met normwaarden om dan
gepast te reageren.
3
,Why geriatric physiotherapy?
1) Preventie
2) Naar de patiënt als een geheel kijken op basis van een aantal criteria
The wholeness of the individual geriatric patient related to multimorbidity
Bij ouderen is het niet nuttig om naar 1 aandoening te kijken want er komen er vaak meer voor =
comorbiditeiten. Je moet hiermee rekening houden tijdens het klinisch handelen. Je moet dus met
meerdere richtlijnen rekening houden en je gaat moeten prioriteren.
- Over 50% of older persons in the US have three or more chronic conditions
- Voorbeeld: Findings of White et al. support the importance of multimorbidity
Relative change in gait speed for each 8-year trajectory
3 groepen te onderscheiden:
1) Snel verlies van stappen
2) Gemliddeld verlies
3) Trage vertraging
Na 4 jaar beginnen we een knik te zien en na 5 jaar zie je
duidelijkere verschillen. Hoe langer je ze opvolgde, hoe
duidelijker je de verschillen zag
>The mortality risk was highest among those with the fastest
decline of speed
Over die periode zijn ze gaan kijken naar de cumulatieve
incidentie van de mortaliteit en de onderscheid per
groepen. De mensen die snel snelheid verloren, waren ook
die dat de meeste incidentie vertoonden van sterven.
>The loss was more likely in older persons with
multimorbidities
Het aantal aanwezige comorbiditeiten bij die mensen
hadden een duidelijke correlatie met de verlies van
wandelsnelheid. Hoe meer multimorbiditeiten, hoe meer
kans om wandelsnelheid te verliezen.
4
, The standard medical model of a diagnosis does not fit well with the geriatric population
Het standaardmodel (symptomen = diagnose) is niet toe te passen bij ouderen. Slechts in de helft van
de geriatrische patiënten kan men op basis van de symptomen alleen een ziekte koppelen. Het is veel
complexer.
Synergistic: het voorkomen van meerdere aandoeningen (3), die samen voorkomen waardoor de
functionaliteit zakt, onder een drempelwaarde waar de persoon niet meer functioneel is en bij de pijl
gaat hij zich aanmelden voor zorg, wat al te laat is.
Attribution: het toewijzen aan een verkeerd probleem. Het wordt toegewezen aan een gekend
probleem maar onderliggend is er een morbiditeit die men nog niet kent. Wanneer de persoon zorg
vraagt, wordt het toegewezen aan de verkeerde en moet het onderliggende probleem aangepakt
worden.
Causal chain: interactie van het ene op het andere. Ziekte C zorgt voor een verergering van B en zo
oorzaak gevolg ook voor een verergering zorgt op het initiële probleem.
Unmasking event: een probleem manifesteert zich maar door het goed functioneren van de andere
systemen, het wordt opgevangen. Maar wanneer deze wordt uitgeschakeld dan gaat het probleem
zich pas uiten.
Causal chain model
Disease A causes disease B, which precipitates a chain of additional conditions that may worsen the
present medical problems and/or lead on to further medical problems.
E.g., a patient who has severe arthritis (disease A’) is unable to maintain good cardiovascular health,
which leads to heart disease (disease B’). The cardiac condition leads to peripheral vascular disease
(disease C’ and C”), which may reflect back to disease B and/or lead to amputation (disease D’).
Unmasking event model
A patient has an unrecognized and subclinical or compensated condition. When the compensating
factor is lost, the condition becomes apparent and is often viewed as an acute problem.
E.g., a patient who suffers from vertigo may have functional balance because the visual and
proprioceptive systems compensate for the deficient vestibular system. However, when walking on
soft carpet or in a darkened room, this individual may have marked balance dysfunction, which may
lead to a fracture resulting from a fall.
5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emilied1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.83. You're not tied to anything after your purchase.