100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Odw 1 volledige sv $7.59
Add to cart

Summary

Samenvatting Odw 1 volledige sv

 10 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Geslaagd 1ste zit met deze sv

Preview 4 out of 74  pages

  • No
  • Sommige deeltjes moeten we niet kennen, staat steeds op ppt vermeld!
  • August 25, 2021
  • 74
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Hfst 1: Quality of life
= Dit is de visie van de opleiding, waar we dus naar streven deze opleiding: het nieuwe paradigma.

 Kwaliteit van bestaan (Quality of Life): Indien personen met een handicap beschouwd
worden als volwaardige burgers, indien ze zelf controle hebben over hun leven en hierbij
ondersteund worden, dan zal dit de kwaliteit van hun bestaan beïnvloeden.
 Kwaliteit van bestaan is een schaalbegrip met behulp waarvan de mate van integratie en
welbevinden van een burger in de maatschappij kan worden beschreven. Een definitie van
‘een goede kwaliteit van bestaan’ is volgens Van Houten-Van den Bosch (1999):
 ‘Een goede kwaliteit van het bestaan is een evaluatief begrip dat aangeeft dat er sprake is
van optimale integratie van de burger in de samenleving, gecombineerd met een optimaal
gevoel van welbevinden van het individu.’



POS = Problematische OpvoedingsSituaties



VOS = Verontrustende Opvoedings Situatie

= Situatie waar het gewone opvoeden tekort schiet

= ‘Handicap’ in brede zin van het woord

Examen

- Kan je tekortschieten in het opvoeden als je 40 jaar bent? JA
- Kom je in je leven momenten tegen dat je gevoel hebt niet meer te ontwikkelen? JA, in elke
fase kan je komen vast te zitten
-

Ortho  recht maken

Ped  Kind

Agogie (k)  Wetenschap van het begeleiden van veranderingsprocessen tussen mensen +
welbevinden

Orthopedagogie  Handelen

Orthopedagogiek  Wetenschap handelen mens



Handicap  Hand in cap = waardebepaling

Auditieve en visuele beperking sensoriële beperking



Doelgroepen  boek bijzondere orthopedagogiek

Werkvelden  boek OPW in beweging

,Kwaliteit van bestaan – Quality of Life

 Hoe gaat het met iemand?
 Schalock  Paradigma, mensen met beperking hebben zelfde noden
 8 domeinen Ellie Is Moe, Lachend Pakt Ze Sarah’s Rekenmachine
o Emotioneel welbevinden
 Bv. een gevoel van veiligheid rond gevoelens en het zijn, een algemene
tevredenheid rond het zelfbeeld, afwezigheid van stress…
o Interpersoonlijke relaties (micro en mesoniveau)
 Bv. je eigen sociaal netwerk kunnen behouden en onderhouden, de mogelijkheid
om vriendschappen te sluiten,…
o Materieel welbevinden
 Materiele omstandigheden die je je menselijke waardigheid doen behouden, bv.
eigen toilet; mogelijkheid om te werken, indien nodig een aangepaste woning,
positieve financiële status…
o Persoonlijke ontplooiing
 De mogelijkheid om onderwijs te volgens, competenties te ontwikkelen,
prestaties te mogen leveren
o Lichamelijk welbevinden
 Serieus genomen te worden in je lichamelijke integriteit; indien nodig naar je
eigen huisarts kunnen gaan, een algemene gezondheid, mogelijkheid om vrije tijd
in te vullen naar je eigen wensen…
o Zelfbepaling
 Veiligheid en waardigheid / zelfrespect ontlenen aan het feit dat je je eigen
keuzes mag maken, dat niet anderen steeds over je hoofd heen beslissingen
nemen; zelf dingen kunnen proberen; zelf beslissen dat je iets wil proberen; zelf
bepalen hoe laat je naar bed gaat;
o Sociale inclusie (rollen kunnen opnemen op niveau van de samenleving)
 Simpelweg ervaren dat je erbij hoort in de samenleving, dat je mens onder de
mensen bent
o Rechten
 ervaren die je toekomen! (respect en waardigheid, burgerrechten)…



Het QOL-paradigma: inclusie

 Richtlijnen
o Zelf invulling geven aan het leven
o Deelnemen aan de samenleving
o Ontplooien, leren, vaardigheden ontwikkelen
o Relaties onderhouden met degenen van eigen keuze
o Gerespecteerd worden als volwaardig persoon
 Iedereen hoort erbij
o Onderwijs, werkplek, vrijetijdsbesteding, etc.

,Hfst 2: Begeleiding en opvang (VAPH)
Doelstellingen

Ben Weyts  Nieuwe minister onderwijs

Wouter Beke  Minister welzijn

Historisch overzicht
 1935 Keizer Karel, oprichting godshuizen
 1876-1960: Gemeentefonds en Speciaal Onderstandsfonds
o Het gemeentefonds gaf de opdracht aan de gemeentes te zorgen voor onderhoud en
verzorging – in aparte voorzieningen – van geesteszieken, doofstommen, blinden en
andere personen die hulpbehoeftig waren en niet in staat waren in hun eigen
levensonderhoud te voorzien.
o Hervorming 1920 Speciaal onderstandsfonds: het accent werd verlegd naar
behoeftigen in gesloten instellingen van psychiatrische instellingen, geestes- of
karaktergestoorden, blinden, doofstommen of verminkten en personen die aan
tuberculose, kanker of polio leden of die als oligofrenen in een psychiatrische
instelling verbleven.
o Er werd een dagprijs gevraagd die verschilde naar gelang de persoon in het
ziekenhuis, een sanatorium, een gesloten afdeling van een psychiatrische afdeling,
dan wel thuis verbleef.
o Het onderstandsfonds is het huidige OCMW.
o Krijgt geld van ‘het rijk’



 1963  Rijksfonds voor sociale reclassering van minder – validen
o Ziekenhuisen worden gefinanceerd vanuit risif  Oprichting risif??
o Fonds voor gekwetsten uit de oorlog, om weer actief te laten zijn id maatschappij
o Het nemen van alle nodige maatregelingen voor re-integratie van personen met een
beperking in het economische en maatschappelijk leven en
o Het bevorderen van de functionele revalidatie en de sociale reclassering van
personen met een beperking.

 1967 Fonds 81 (koninklijk besluit 81)  Fonds voor medische, sociale en pedagogische zorg
voor gehandicapten
o Mensen hebben op meerdere vlakken steun en hulp nodig
o Nieuwe benadering op kijken naar beperkingen
o Ontwikkeling grote instituten + Normalisering (ambulante zorg)
o Zorg uitgebreid naar meerderjarigen, en tot semi-internaten, dagverblijven, tehuizen
en pleeggezinnen
o Dit besluit bepaalde dat de gemeenschap de kosten voor huisvesting, onderhoud,
behandeling en opvoeding van bepaalde categorieën van personen met een
beperking in daartoe erkende instellingen diende te dragen. Het beleid maakte dus
scherper onderscheid tussen zieken en personen met een beperking.
o Snelle expansie aantal voorzieningen, en snel stijgende overheidsuitgaven

,  1984  EPOS – Steyaert
o We moeten gaan naar een nieuw gehandicaptenbeleid
o ‘1 centrale toegangspoort’

 1990  Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap (VFSIPH)
(Vlaams Fonds)
1. In feite een samensmelting van RSRMV en Fonds 81
2. Definitie VFSIPH: “Elke langdurige en belangrijke beperking van de kansen tot sociale
integratie van een persoon ten gevolge de aantasting van zijn mentale, psychische,
lichamelijke of zintuiglijke mogelijkheden.”

Krachtlijnen van het VFSIPH:

3. Duidelijkheid (1 plaats waar ondersteuning aangeboden wordt  ‘geen 5 loketten))
4. integratie/inclusie (Inte  Je moet zelf moeite doen om erbij te horen, incl 
Overheid moet zelf zorgen dat je erbij hoort)
5. participatie (kunnen deelnemen vanuit versch rollen + inspraak)
6. gezinsgericht (zo licht mogelijk en weinig mogelijke hulp) (gezinsondersteunend+
Gezinsaanvullend + Gezinsvervangend)  Subsidiariteitsprincipe

 2004: Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH)
1. Hervorming van de Vlaamse administratie onder de noemer ‘Beter Bestuurlijk Beleid’
(BBB):
2. Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB)
3. Subsidieagentschap voor Economie en Werkgelegenheid
4. Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH), bij decreet in 2004


VAPH, definitie met betrekking tot personen met een beperking:

"Elk langdurig en belangrijk participatieprobleem van een persoon dat te wijten is aan een
combinatie tussen functiestoornissen van mentale, psychische, lichamelijke of zintuiglijke
aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, en persoonlijke en externe factoren."

-> gebaseerd op ICF (international classification of functioning WHO), DSM5 en AAIDD
(American association…)



Stoornis

Beperking ih uitvoeren van taken Handicap
Maatschappelijk participatieprobleem




Actueel beleid VAPH

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller orthoxoxo. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.59. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.59  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added