100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Praktisch Bedrijfsrecht H1, 3, 4, 5, 6, 7 en 9 $4.88   Add to cart

Summary

Samenvatting Praktisch Bedrijfsrecht H1, 3, 4, 5, 6, 7 en 9

 9 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit document betreft een samenvatting van het boek Praktisch Bedrijfsrecht. Hierbij zijn de volgende hoofdstukken samengevat: 1, 3, 4, 5, 6, 7 en 9.

Preview 3 out of 17  pages

  • No
  • H1, 3, 4, 5, 6, 7 en 9
  • August 25, 2021
  • 17
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Recht
Praktisch bedrijfsrecht

Hoofdstuk 1

Ieder bedrijf heeft een juridische entiteit, de rechtsvorm. Een keuze die de ondernemer eerst zal
moeten maken is of hij een ondernemingsvorm met rechtspersoonlijkheid wil of een onderneming
zonder rechtspersoonlijkheid. Een rechtspersoon is een zelfstandig juridisch orgaan. Dat betekent dat
een rechtspersoon verplichtingen aan kan gaan, zelf overeenkomsten kan sluiten, mensen in dienst
kan nemen etc.

De eenmanszaak kenmerkt zich door het feit dat er maar een eigenaar is, dat wil zeggen een
verantwoordelijk persoon. De eenmanszaak heeft geen rechtspersoonlijkheid. Dat heeft als gevolg
dat de ondernemer zelf alle overeenkomsten sluit, alle schulden aangaat en alle risico’s loopt. In
juridische termen wordt gesproken over het feit dat er geen scheiding is tussen het privévermogen
en het ondernemingsvermogen. Het feit dat er een persoon is die verantwoordelijkheid draagt en
aansprakelijk is, betekent niet dat er maar een persoon werkzaam kan zijn. Er kunnen meerdere
werknemers zijn. De aantrekkelijkheid van de eenmanszaak zit hem in de opstartvereisten. Wie een
eenmanszaak wil beginnen, kan dat zonder veel tijd en moeite voor elkaar krijgen. Het enige wat
moet gebeuren is een registratie bij de Kamer van Koophandel in het Handelsregister.

Er zijn drie mogelijke vormen van personenvennootschappen, namelijk de maatschap, de
vennootschap onder firma en de commanditaire vennootschap. De maatschap is een overeenkomst
waarbij twee of meer personen zich verbinden om iets in gemeenschap te brengen, met het oogmerk
om het daaruit ontstaande voordeel met elkaar te delen. De winstverdeling mogen de maten zelf
bepalen in de overeenkomst die ze sluiten voordat ze beginnen. Een maatschap kan alleen worden
opgericht als een vrij beroep wordt uitgeoefend, een beroep waar een heel specifieke kennis en
kundigheid voor nodig is. De betrokken maten blijven allemaal zelfstandig ondernemer, maar door
de samenwerking hopen ze hogere winsten of lagere kosten te kunnen realiseren. Het feit dat ze
allemaal zelfstandig ondernemer zijn blijkt ook uit de regeling met betrekking tot de
aansprakelijkheid (art. 7A:1679 BW). De maat die een verplichting aangaat, is daar in eerste instantie
zelf voor verantwoordelijk. Een volmacht wordt geacht te zijn verleend al het gaat om een
zogenoemde beheersdaad. Hieronder worden alle handelingen verstaan die tot de normale
activiteiten behoren van de betreffende maatschap. Handelingen die niet tot de normale activiteiten
van een maatschap behoren, handelingen die dus geen beheersdaad zijn, beschikkingsdaden
genoemd. Een openbare maatschap is een samenwerking tussen verschillende personen met een
specifiek beroep die onder een gemeenschappelijke naam naar buiten treden. Bij een stille
maatschap is er geen sprake van een gemeenschappelijke naam.

Art. 16 van het Wetboek van Koophandel bepaalt dat de vof een maatschap is voor de uitoefening
van een bedrijf. Theoretisch zit er tussen deze rechtsvormen dan ook weinig verschil. Er zijn
natuurlijk een aantal verschillen. Als eerste gaat het bij een vof om een bedrijf en niet om een
beroep. De vof heeft een afgescheiden vermogen. Als laatste zijn de vennoten allemaal in het geheel
aansprakelijk voor handelingen van de vennoten. Als de handelende vennoot bij het sluiten van een
overeenkomst binnen zijn bevoegdheid blijft en uiteindelijk de rekening van een crediteur niet
betaalt, dan zijn alle vennoten voor het hele bedrag aansprakelijk. Dit wordt hoofdelijke
aansprakelijkheid genoemd.

,De commanditaire vennootschap is een bijzondere vorm van de vof. Het verschil is dat er bij de vof
geen juridisch onderscheid gemaakt kan worden tussen de vennoten, in die zin dat ze allemaal
beherend zijn. Echter, het is best mogelijk dat er iemand in het bedrijf wil investeren, maar geen
behoefte heeft aan het risico om hoofdelijk en privé aansprakelijk te worden gehouden. Voor deze
persoon is er de mogelijkheid om commanditaire vennoot te worden. Deze vennoot mag niet in
naam van, of voor rekening van de cv, naar buiten treden.

De kapitaalvennootschappen zijn vennootschapen die door oprichting tot stand komen en waarvan
het kapitaal verdeeld is in aandelen. Het enige vereist voor de oprichting van een bv is dat er een
akte van oprichting opgesteld moet worden bij de notaris, met daarin belangrijke gegevens van de
oprichters. Hierdoor is voor iedereen bekend dat de bv is opgericht, wie de oprichters zijn en tot
hoever hun bevoegdheid gaat om de bv te vertegenwoordigen. Een toekomstige bv noemt een bv in
oprichting. In een bv zijn er verschillende betrokken partijen. Allereerst is er de directie, het dagelijks
bestuur. Daarin zetelen de personen die de rechtspersoon naar buiten toe vertegenwoordigen en
namens die rechtspersoon verplichtingen aangaan. Daarnaast zijn er aandeelhouders, deze zijn
verenigd in de algemene vergadering van aandeelhouders. De aandelen binnen een bv zijn beperkt
en staan op naam. Als er niets in de statuten wordt opgenomen, geldt dat de aandelen eerst aan
andere aandeelhouders moet worden aangeboden, aanbiedingsregeling. Het kan ook zo zijn dat er
goedkeuring moet worden gevraagd, goedkeuringsregeling. Voorheen was deze blokkeringsregeling
bij bv’s verplicht, maar vanwege de flexibiliteit is overgegaan op een systeem van vrijwilligheid. Er
kan ook worden bepaald dat er een raad van commissarissen moet komen. Dit is een orgaan dat
toezicht houdt op het beleid van het bestuur van de bv en op de algemene gang van zaken. De bv is
een rechtspersoon en daarmee een juridisch zelfstandig orgaan. In de wet staan een aantal artikelen
in de vorm van alsnog aanwezige persoonlijke aansprakelijkheid van de directie in het geval van
onbehoorlijk bestuur. Als daarvan sprake is, dan zijn individuele directieleden toch met hun
privévermogen aansprakelijk.

De nv is een rechtspersoon, gefinancierd door aandeelhouders, bestuurd door een directie en
gecontroleerd door de raad van commissarissen. Binnen een nv kan er sprake zijn van aandelen
zonder toonder, dus niet op naam. De overdraagbaarheid van aandelen is daardoor binnen een nv
makkelijker dan binnen een bv. Het minimale startkapitaal voor een nv bedraagt 45.000 euro. Bij de
oprichting van een nv is een bank- of accountantsverklaring nodig.

De stichting, ook een rechtspersoon, is niet de meest ideale vorm voor een onderneming. Een
stichting wordt namelijk alleen maar opgericht om een bepaald sociaal of ideëel doel te behalen, de
winst wordt gebruikt ten behoeve van dat doel.

Een andere rechtspersoon die niet gebruikt kan worden voor ondernemingen met winstoogmerk is
de vereniging. Het wordt gebruikt als een aantal personen samen willen werken om een
gemeenschappelijk doel te bereiken. Dat doel mag niet zijn het behalen van winst om die onder die
personen te verdelen. Een vereniging bestaat uit leden, een stichting niet.

De coöperatie is een bijzondere vorm van de vereniging. De coöperatie kan gezien worden als een
vereniging van bedrijven. De bedrijven organiseren zichzelf als het ware in een coöperatie en het
doel van die coöperatie moet zijn om de leden te voorzien in bepaalde stoffelijke behoeften. De
leden voeren samen de bedrijfsvoering. De aansprakelijkheid voor verliezen rust op de leden, maar
kan in de statuten worden beperkt of uitgesloten. Een crediteur kan aan de naamgeving zien of hij te
maken heeft met uitgesloten aansprakelijkheid (UA) of beperkte aansprakelijkheid (BA).

, Hoofdstuk 3

Een overeenkomst is volgens de wet een meerzijdige rechtshandeling waarbij een of meer partijen
jegens een of meer andere partijen een verbintenis aangaan. Door het aangaan van die verbintenis
ontstaan er over en weer rechten, maar ook verplichtingen. Een overeenkomst komt tot stand door
een aanbod en de aanvaarding daarvan. Een aanbod kan in beginsel herroepen worden zo lang het
nog niet is aanvaard. Soms geeft een bedrijf aan zijn klanten een bepaalde periode om te beslissen of
ze een aanbod willen aanvaarden. Maar door het stellen van een termijn beperkt het bedrijf zichzelf
ook. Want zo lang een aanvaardingstermijn loopt, kan een aanbod niet worden ingetrokken.
Wanneer er sprake is van een mondeling aanbod dan vervalt het als het niet direct wordt aanvaard.
Is er een schriftelijk aanbod gedaan, dan vervalt dat aanbod na een redelijke tijd. Wanneer dit
moment precies is, zal van een aantal omstandigheden afhangen. Een aanbod met een termijn erin
vervalt alleen als de termijn afloopt. Een bijkomend vereiste is dat wat de aanbieder respectievelijk
aanvaarder verklaart, ook echt is wat ze willen verklaren. Er moet dus sprake zijn van
wilsovereenstemming. Wanneer de wil en de verklaring niet overeenkomen is er geen sprake van
wilsovereenstemming en daardoor ontstaat er geen overeenkomst. Om misbruik van deze regeling
te voorkomen is het vertrouwensbeginsel opgenomen in de wet.

Vernietiging houdt in dat de gevolgen die de overeenkomst in eerste instantie heeft, weer ingedaan
moeten worden gemaakt. Het heeft dus vergaande consequenties en kan slechts in een aantal
gevallen worden ingeroepen; als een handelingsonbekwame een overeenkomst sluit of als er een
wilsgebrek is. Een minderjarige kan alleen met toestemming van zijn wettelijke vertegenwoordiger
overeenkomsten sluiten. Bij handelingen die de maatschappij normaal vindt voor de leeftijd van de
minderjarige is er sprake van toestemming. Indien een persoon niet in staat is om voor zichzelf te
zorgen, is het mogelijk om hem onder curatele te laten stellen. Dit kan vervolgens dit wetsartikel als
iemand een geestelijke stoornis heeft, als iemand zijn geld verkwist of bij drankmisbruik.

Een wilsgebrek houdt in dat de ene contractpartij, onder invloed van de andere contractspartij, tot
een aanvaarding is gekomen die onder normale omstandigheden niet had plaatsgevonden. De wil
van die ene partij is dan op een gebrekkige manier gevormd. Een overeenkomst die tot stand is
gekomen door bedreiging kan worden vernietigd. Dit betekend dat iemand die tot het aangaan van
de overeenkomst is gedwongen, de overeenkomst ongedaan kan laten maken. Bedrog is aanwezig
wanneer iemand de ander opzettelijk onjuiste mededelingen doet of opzettelijk zaken verzwijgt.
Wanneer er sprake is van misbruik van omstandigheden kan de overeenkomst ook vernietigd
worden. Dwaling houdt in dat voor de aanvaarding er een bepaalde situatie met betrekking tot het
onderwerp van de overeenkomst die anders is dan tenminste een van de contractspartijen
onderstelt. Ze gaan op het moment van sluiten van de overeenkomst uit van een verkeerde
voorstelling van zaken. Overeenkomsten die strijdig zijn met de openbare orde of de goede zeden
zijn nietig. Het verschil met vernietigbaarheid zit hem in het feit dat bij nietigheid de overeenkomst
voor de wet nooit heeft bestaan. Bij vernietigbaarheid is dat wel zo en moeten de gevolgen worden
teruggedraaid.

Wanneer een overeenkomst niet duidelijk is geformuleerd is het voor meerdere uitleg vatbaar.
Daarom heeft een overeenkomst niet alleen door de partijen overeengekomen rechtsgevolgen, maar
ook welke voortvloeien uit de aard van de overeenkomst, de wet, de gewoonte en de eisen van
redelijkheid en billijkheid. De rechter gaat in dit geval het contract uitleggen. Het is mogelijk dat
partijen tot bepaalde afspraken zijn gekomen die volgens de wet zijn verboden. Sommige afspraken
worden tussen contractpartijen niet meer gemaakt omdat ze vanzelfsprekend zijn. Het kan zijn
omdat er in een specifieke branche of bedrijf een gewoonte is ontstaan.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Willemijnnooter. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.88  1x  sold
  • (0)
  Add to cart