MAW H13
Macht = vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en
de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten.
Sociale ongelijkheid = situatie waarin verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren
kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een
ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en
behandeling.
Globalisering = proces van uitbreiding en intensivering van contacten en afhankelijkheden
over zeer grote afstanden en over landgrenzen heen.
Samenwerking = proces waarin individuen, groepen en/of staten relaties vormen om hun
handelen op elkaar af te stemmen voor een gemeenschappelijk doel.
Ontwikkelingslanden/derdewereld landen:
- Verschillen in macht tussen leiders en bevolking → Sociale ongelijkheid binnen dat
land.
- Corrupt bestuur die zijn macht misbruikt
- Andere landen helpen sinds jaren’50 vanwege: Solidariteit/naastenliefde,
eigenbelang en geen ontwikkelingshulp meer, maar ontwikkelingssamenwerking.
Cultuur = het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en
normen die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven.
Ongelijkheid 3 terreinen:
1. Bezit: bijv. een miljardair
2. Status: bijv. een hoogleraar
3. Macht: bijv. een minister
Maatschappelijke ladder
, Sociale mobiliteit: stijgen of dalen op de maatschappelijke ladder.
Open of gesloten samenleving: hoe groter de kansen op sociale mobiliteit hoe opener de
samenleving is.
Positie toewijzing: maatschappelijke oorzaken bepalen de maatschappelijke positie van een
groep of individu.
Positie verwerving: groepen of individuen verkrijgen een maatschappelijke positie door een
eigen bijdrage.
Socialisatie = het proces van overdracht en verwerving van de cultuur van de groep(en) en
de samenleving waar mensen toe behoren. Het proces bestaat uit opvoeding, opleiding en
andere vormen van omgang met anderen.
Sociale uitsluiting:
- Beperkte sociale en politieke participatie: geen werk leidt tot minder ‘mee doen’ in
de samenleving.
- Beperkte normatieve integratie: andere kijk op het arbeidsethos (functie van werk is
alleen geld verdienen).
- Niet goed kunnen voorzien in elementaire levensbehoeften.
- Een tekort aan materiële goederen.
- Geringe toegang tot sociale grondrechten: overheid biedt collectieve goederen en
diensten aan, maar mensen die dit nodig hebben, weten dat niet of onvoldoende.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nisanurdemirci. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.