Hoofdstuk 3: Huisvesting stalklimaat: klimaatbeheersing
Voor de WOI was de stal rondom dieren enkel en alleen ter beschutting. De koe moest droog staan,
verder zat er geen productiefactor in de huisvesting. Dat wil zeggen: bij betere huisvesting, zal de
productie ook verbeteren. Hier was men toen nog niet mee bezig.
Na WOII kwam er wel een productiefactor in de huisvesting. Er werd gestreefd naar selectie en
specialisatie in de veehouderij, hierbij ging de huisvesting noodgedwongen mee-evolueren.
Eerst enkel in pluimveehouderijen, dan varkenshouderijen en pas sinds 1985 ook in de
rundveesector. Tegenwoordig is het zelfs al bij sport- en gezelschapsdieren (dierenwelzijn en
prestatie). Huisvesting is een belangrijk deel van de bedrijfsvoering geworden. De bedrijfsvoering
bevat 4 E’s:
- Economisch
- Ecologisch
o Emissie
o Ruimtelijke inplanting
- Ergonomisch = correct kunnen werken
o Hoe efficiënt kun je de stal uitbaten
o Werkefficiëntie
o Werkklimaat
o Gezond stalklimaat
- Ethologisch
o Groei en ontwikkeling
o Voortplanting (cyclus is afhankelijk van
stress!) ➔ Economische impact!
Een stal die je niet goed kan schoonmaken wegens een bijzondere architectuur, zal het op den duur
uitgesteld worden en niet meer gedaan worden. Gevolg is een onhygiënisch stalklimaat, ziekten,
hogere infectiedruk en nog meer ellende.
Luchtwegproblemen bij kalfjes. Leg dit uit aan de hand van de 4 E’s: zou hij kunnen vragen op het
examen om uit te leggen. Dit kan aan de huisvesting liggen: ventilatie en luchtvochtigheid etc. Droge
bedding die ontbreekt: koude kalven wegens natte bedding. Een natte bedding is evenals een
broeihaard voor ziekteverwekkers.
Nog een voorbeeld: mastitis. Dit kan gepaard gaan met E coli. Dit is een poepbacterie. Een melkkoe
vlak na het kalven heeft altijd een gedaalde immuniteit. Deze moet je daarom extra beschermen op
dit moment. Als er een intramammaire infectie met E coli zal leiden tot mastitis: koe gaat eraan
onderdoor (shock en ellende). Een koe dezelfde E coli geven na 5-6 maanden is veel minder fataal. De
immuniteit is weer hersteld. Koe kan dit nu veel beter handelen.
Als er telkens weer koeien zijn met dezelfde problemen en je kijkt NIET naar de huisvesting en het
bedrijf zelf. Je kan wel telkens elke koe gaan behandelen na de E coli infectie, maar dan BLIJF je bezig.
Je bent fout bezig als je niet even een stapje terugneemt en het hele plaatje bekijkt. Kan liggen aan
slecht schoonmaken door een gek ontwerp van een kalverstal etc. Heel veel oorzaken mogelijk! Kijk
naar de omgeving, de psychologie van de koe en veehouder.
Je moet kijken naar de integrale aanpak van een bedrijfsprobleem.
, Partim 1: Eigenschappen van de stallucht en stalwand
Vochtige lucht
Absolute vochtigheid = massa waterdamp uitgedrukt per massa droge lucht = percentage. Vochtige
lucht hoeft niet direct slecht te zijn. Warmere lucht kan meer vocht opnemen dan koudere lucht. Bij
het bereiken van de maximale opnamecapaciteit ontstaat condens. Condens kan zich uiten als mist,
zichtbare damp, kleine druppeltje.
Luchtvochtigheid is een relatief gegeven: als het 70% zou zijn, wil dit zeggen dat 70% van de
opslagcapaciteit bezet is. Bij 100% bereik je een dauwpunt en de condensatie zal starten.
Wanneer je de ruimte verwarmt, maak je eigenlijk de opslag groter. De 70% is nu in deze
temperatuur maar 30%. Het gaat nu minder snel condenseren als je meer vocht in de ruimte brengt.
Er kan nog meer vocht bij.
Hoge T = grote opslagcapaciteit van water.
Als het winter is en je gaat uitademen buiten. Zal door de daling van T van de lucht ineens buiten je
mond de opslagcapaciteit dalen en er condens ontstaan met dezelfde hoeveelheid water. Je gaat van
een hoge naar een lage opslagcapaciteit. Van 50% naar 100%. Ineens zie je mist, terwijl deze in je
longen er niet is.
Luchtvochtigheid in een stal moet je dus niet absoluut meten in een stal, maar juist relatief ten
opzichte van de hoeveelheid droge lucht bij deze T in de stal. Dit is relatieve vochtigheid =
hoeveelheid waterdamp die de lucht kan bevatten (is beperkt). Verzadigde lucht bevat de maximale
hoeveelheid waterdamp. Als de lucht af gaat koelen wordt het verzadigingspunt bereikt en zitten we
op het dauwpunt = temperatuur waarop de condensatie start.
De dampspanning/verzadigingsdampspanning bij die T = relatieve vochtigheid (%).
Grafiek absolute luchtvochtigheid
Je zou vanaf een 70% vochtigheid naar een 100% kunnen gaan door extra vocht aan de stal toe te
voegen: urineren, ademen, zweten, meer dieren toevoegen, minder ventileren van de vochtige lucht.
Dit verschil noemen we het drogend vermogen: denk aan een natte was willen ophangen en drogen
aan een lucht die 100% verzadigd is. De was zal nooit drogen, tenzij het aan een lucht is die lager is
dan 100%. Het gat van 30% zul je gaan overbruggen (van 70 naar 100) en daardoor kan je je was wel
drogen. Hoe natter de lucht, hoe trager de was zal drogen.
Stel nu dat je de deur openzet, de warming gaat stuk = T zal zakken. Absolute vochtigheid zal
hetzelfde blijven en daarom zak je naar een dauwpunt op de curve van 100% vanaf 70%. Er zal nu
condensatie gaan optreden.
Op deze grafiek zie je dus:
- Wat er gebeurt bij bevochtigen (meer dieren, nattigheid)
- Wat er gebeurt bij drogen
- Wat er gebeurt bij koelen
- Wat er gebeurt als je gaat ventileren = drogere lucht van buiten naar binnen brengen =
droger stalklimaat = absolute vochtigheid doen dalen
- Wat er gebeurt als je gaat verwarmen
Slecht geïsoleerde structuren: koude ramen, muren etc: hier gaat condensatie optreden wegens de
gedaalde temperatuur. Deze delen van een stal zijn ook gevoelig voor schimmelvorming.
, Soortelijk gewicht
Koude lucht is zwaarder dan warmte lucht en vochtige lucht is lichter dan droge lucht.
Enthalpie van vochtige lucht
De totale energie-inhoud van lucht noem je de enthalpie. Dit zegt iets over de kinetische energie
(meer beweging = warmere lucht), maar ook de onvoelbare warmte (ookwel potentiële energie in de
vorm van watermoleculen).
Watermoleculen zijn van vloeibaar naar gas gegaan en dit heeft energie gekost. Deze energie zit nu
verstopt in deze watermoleculen.
We spreken ookwel van sensiebele warmte en latente warmte.
Je kan de enthalpie gelijk houden door de absolutie vochtigheid laten toenemen maar de sensibele
warmte zal zakken. We nemen energie van het gevoelige deel en steken die in het ongevoelige deel
door water de laten verdampen.
Een warme zomer bij een varkensstal. Koelen kan via een airco (duur), maar je kan een watergordijn
gebruiken (VEEL goedkoper = VOORDEEL). Je duwt je warme stallucht hierdoorheen en de kinetische
energie in de warme lucht zal deels gebruikt worden om deze
watermoleculen om te zetten in waterdamp. De latente warmte
zal stijgen en de sensibele warmte zal zakken. De varkens
hebben het koel! Dit noemen we een evaporatieve koeling of
een isenthalpische koeling (enthalpie blijft namelijk gelijk).
LET OP: deze manier van koelen werkt maar tot het moment
dat je lucht helemaal verzadigd is! Natuurlijk is je stalklimaat nu
ook heel erg vochtig geworden en stel dat het nu in de avond
zou afkoelen: condensatie zal voorkomen en ineens heb je natte
stalvloeren = slecht voor de hygiëne (NADEEL).
Omgekeerd: een drogere ruimte opwarmen is makkelijker dan
een vochtigere ruimte!
Diagram van Mollier: toepassing van deze begrippen ➔
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller koetjesUA. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.