100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting parodontologie filmpjes $10.26   Add to cart

Summary

Samenvatting parodontologie filmpjes

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is de gehele samenvatting van de studie filmpjes van het onderdeel parodontologie

Preview 3 out of 20  pages

  • September 2, 2021
  • 20
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Paradontologie

Hoorcollege 1

Filmpje 1 : normale macroscopische structuren van het gezonde parodontium
Het parodontium 4 weefseltypes die varieëren in celsamenstelling, types, hoeveelheid eiwitten,
mineralisatie, mate van metabole activiteit en de gevoeligheid aan ziekte. Wortelcement en alveolair
bot zijn twee gemineraliseerde componenten die de tand via de vezels verankeren. De gingiva is de
bedekkende en beschermende structuur. Het parondontium bestaat dus in het algemeen uit
alveolair bot, mucosa, gingiva en parodontaal ligament.
Je hebt enerzijds de vrije gingiva, deze wordt niet ondersteund door het bot of tandweefsel. Aan de
andere kant de vaste gingiva deze bedekt het kaakbot. De mucosa is het beweeglijke deel vanaf de
lip tot aan gingiva. De gingiva is de enige zichtbare structuur van het parodontium.

Oranje  tandplak (wit) (biofilm) en tandsteen
(bruin)
Groen  het blootliggende cement en dentine.

Bij een ongezonde mond trekt het tandvlees ook
terug. Ook het tandvlees krijgt een lichtrode kleur
op sommige plekken  ontstekingen
Een gezonde gingiva is licht roze, stevig om de tand
heen, gespikkeld aspect en moet niet bloeden bij
poetsen. Soms zijn hier wel uitzonderingen op, dit
kan bij rassen.
De gingiva kan een andere hoogte hebben bij elke tand en patiënt. Hieronder ligt dan de mucosa,
deze 2 worden onderscheiden met de mucogingivale grens. Gingiva (vaste structuur) bevindt zich dus
coronaler en de mucosa apicaler (lossere structuur). Bovenkaak heeft geen mucosa (binnenkant) , er
is dus geen beweeglijk gedeelte. Soms zie je ook verdikkingen  rugae.
De gingivale breedte kan dus variëren van 1-9mm en dikte 0,8 – 1,5 mm.
- Maxilla bucaal: front-molaren-premolaren
- Maxilla palatinaal: geen mucosa, dus alles is gingiva  palatum
- Mandibula buccaal: incisief- molaren – premolaren
- Mandibula linguaal: premolaar/molaar – incisief
Na tandverlies verandert de positie van gingiva door botresorptie, de mucogingivale grens verschuift
coronaal. Bij extractie klapt de processus alveolaris ook in.
Ook bij poetstrauma kan het leiden tot teruggetrokken tandvlees of zelfs recessie tot in de mucosa
 kan leiden tot dentinegevoeligheid.
Bij tanddoorsnede bij papil zie je driehoekige vorm met daaronder interdentale col. De papil vult in
gezonde gingiva de volledige ruimte en is scherp. Bij smalle tanden, smalle papil (1 papil), brede tand
( brede papil, 2 papillen). De kol is niet gekeratiniseerd, dit is de zwakste plek van tandvlees en vaak
eerste aanzet voor irritatie en ontsteking.
deze col verdwijnt naar extractie. Als buurtand ontbreekt of er geen
contactpunt is komt er gekeratiniseerde gingiva (afwezigheid van
papil)  is dus niet meteen ziekte. Ook kan de interdentale papil
teruggetrokken zijn bij een diasteem (spleetje).

,Filmpje 2: parodontium microscopisch
De verbinding tussen de tanden zie je op een microscopische goed de transeptale vezels. Ook tussen
het bot en het cement zie je de vezels van het parodontaal ligament. Het paradontium bestaat uit
vele cellen, de basale cellen, keratinocyten (basale cellen die migreren), melanocyten en
langerhanscellen (komen uit progenitorcellen van het bot en kunnen mitose doen naar ander
celtype).
Tussen de gingiva en de tand ligt een ruimte, de sulcus. Hier komt een sulcus uit  creviculaire
vloeistof. Deze is serumachtig en bevat witte bloedcellen en afgeschilferde epitheelcellen.
De orale gingiva is identiek aan de buitenkant gingiva alleen zonder verhoornde laag ( geen
keratinisering). Dit heeft als nadeel dat het een rol speelt bij de toegangkelijkheid voor pathogenen
en dus ontstekingen. Ook de sulcus is niet gekeratiniseerd en is 1-3 mm bij gezonde situatie.
Bij sonderen van de sulcus moeten er geen bloedingen zijn  ontstekingen. Bij een gezonde situatie
zal de sonde het botniveau niet raken. De sulcus is eigenlijk het punt waar gingivitis en dus
parondititis begint. Er gaat hier microbieële plak ophopen, het lichaam reageert hierop want wil de
bacteriën in de sulcus blijven en niet verder gaan. Er gaat zich dus een afweerreactie ontstaan.
Gedeelte onder de sulcus moet zich dus goed vasthechten aan het tandoppervlak en beschermt zo
de onderliggende struchturen door middel van  hemidesmosomen ( dit is in de basale cellaag).
Het bindweefsel in de gingiva bestaat uit vele vezels ( 60-65% collageen). Deze vezels bestaan uit
fibrillen, deze geven weerstand, contour en steun aan aangehechte gingiva en PL. Ook zitten er 5%
fibroblast cellen in en 3% leukocyten, mastcellen, macrofagen (afweer). Ook is het erg goed
doorbloed ( 35% bloedvaten).
Er zijn 3 vezels die de gingiva en bindweefsel goed tegen het kaakbot aan wordt gehouden: dento
gingivale, gingivo-alveolaire en dento-alveolaire. Ook heb je de ciruculaire vezels (elastiekje) en die
tanden met elkaar verbindt ( transeptale vezel).




Filmpje 3: het parodontaal ligament

, 0,2-0,4 mm, het is een celrijk bindweefsel gebied. Het is goed
bloedvoorzienend, en veel lymfatisch weefsel. Het is dus erg goed
sensorisch bezenuwd en dus gevoelig aan aanraking, pijn, druk en
proprioreceptie. Het paradontale ligament is een soort schokdemper
tussen de tand en het kaakbot. Het bevestigt en vangt de krachten op.
Het parodontale ligament heeft de capaciteit om zich aan te passen aan
kauwkracht, abrasies, orthodontische krachten. Maar ook aan negatieve
krachten zoals bruxisme, extractie van buurelementen. Naast het
ligament liggen cementoblasten en osteoblasten die worden getriggerd
door factoren uit het ligament. Er zijn suprabloedvaten (boven het
kaakbot ) en bloedvaten in het ligament. Deze gaan zich verstrengelen in
de gingivale plexus, zo is de gingiva goed doorbloed is. Dit is nodig om de
bacteriën (plak) weerstand te bieden. In een radiologische opname kun je het PL niet
zien, vaak zie je een zwarte opening naast de tand. Wel kun je op zo’n foto de
structuur van het kaakbot zien. Er zijn verschillende manieren van radiologische foto:
Teleografie (hele schedel + wervelkolom), minder geschikt (wel voor ortho). Meer
interessant tandheelkunde is orthopantomogram, hier zie je de onderkaak en
bovenkaak in een foto (soms kan het front wat onduidelijk zijn door wervelkolom). .
En de apicale-tandfilm is ook interessant, hier zie je tand en kaakbot. Alles wat wit is,
gaat de straling moeilijk doorheen. Witte vlekken zijn de amalgaanvullingen of
bruggen.
Wanneer een persoon geen tanden meer heeft, gaat het PL weg en zijn er dus ook
geen krachten meer op het kaakbot  het kaakbot resorbeert en de ruimte tussen
onder en boven wordt steeds groter. Het kaakbot naast het PL is een erg dikke stevige
laag  compacte laag. Hiernaast is het trabecullaire bot. Soms is een tand niet
helemaal met bod bedekt. Fenestratie Hierbij is een deel van de wortel niet met
bot bedekt maar gelukkig wel het stukje naar de glazurcementgrens toe.
Anders heb je een dehiscentie, er is hier geen bot tot aan de glazuurcementgrens
(hier is vaker ook een diepere sulcus).
De lamina dura is ook wel het bot meteen naast het PL, het de lamina cribriforma is
het trabeculaire bot.
De vezels in het PL (vezels van sharpey, bot -cement). In het PL liggen de collagene
vezels en hiertussen de osteoblasten en fibroblasten en cementoblasten en
bloedvaten.

Filmpje 4 bezenuwing en bloedvoorziening van het parodontium
a.Palatinus ( palatinaal), A. Alvelolaris (buccale kant), a. sublingualis
(linguaal) en de a. mentalis (buccale beneden) en de a. mandibularis. . Dit
zijn de bloedvaten van het parodontium. De bloedvaten gaan in het
foramen apicale naar binnen en gaat hier vertakken. Ook gaat het bloed
naar het PL die hier vertakt.
De bezenuwing van het parodontium komt door vertakkingen van de
trigeminus, die pijn gevoel en druk kunnen voelen. Ook de
proprioreceptoren in parodontaal
ligament en kauwspieren die het
kauwproces regelen.

Zie deze plaatjes!!!

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margotdebruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.26
  • (0)
  Add to cart