Leerdoelen van het vak week 1 tot en met week 7.
January 16, 2015
16
2014/2015
Summary
Subjects
leerdoelen
boek
reader
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Avans Hogeschool (Avans)
HBO-Rechten
Rechtspsychologie & Ethiek
All documents for this subject (4)
1
review
By: nazimeyucel446 • 6 year ago
Seller
Follow
MaaikeN1995
Reviews received
Content preview
Week 1:
Het hoorcollege:
a Wat is het MWWS?
Missing White woman Syndrome , Is een begrip dat gebruikt wordt om de
disproportionele mediaberichtgeving voor blanke vrouwelijke slachtoffers te
beschrijven. Het geslacht, ras, relatieve aantrekkelijkheid en leeftijd van het
belaagde jonge meisje (stereotype) resulteert in verhoudingsgewijs meer
aandacht in de media dan een ander type.
Vier kenmerken:
-Vlot
-Jong
-Vrouw
-Blank
als het gaat om getinte slachtoffers, zal je zien dat deze minder snel z’n grote
hoeveelheid media aandacht krijgt.
Voorbeeld: Natalee Holloway
b Wat is er volgens psychologen mis met art.338 Sv? (zie ook boek, p.
11.2)
Art. 338 Strafvordering:
Het bewijs dat de verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan, kan
slechts door de rechter worden aangenomen, indien hij daarvan uit het
onderzoek op de terechtzitting door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de
overtuiging heeft.
-> de gerechtelijke overtuiging kan leiden tot gerechtelijke dwaling, namelijk
tunnelvisie.
c Noem drie vormen van ‘strafrechtelijke’ ruis.
-Waarnemen: onjuiste beslissingen door tunnelvisie. De politie heeft in zijn
hoofd dat gene de dader is en is daarvan overtuigd. Hierdoor sluiten ze
andere mogelijkheden uit en doen ze hier geen onderzoek meer na.
-Herinneren: hoe langer geleden iets is gebeurd hoe meer vertekend beeld
je krijgt. De rechter moet beoordelen of dan de verklaring nog wel
betrouwbaar is.
-Verhoren
-Beïnvloeden: de atmosfeer war je je in bevind heeft hierop een grote
invloed. Of je verklaring nou in een kroeg geeft of in een donkere
verhoorkamer.
-Bewijzen: als de bewijzen niet duidelijk zijn, door onjuiste verschillende
verklaringen, onderdrukking van verachte voor een verklaring etc. Als er
onjuist is besloten en dit later blijkt gaan ze met een vergrootglas opnieuw
naar de zaak kijken, wat is er precies mis gegaan.
Het boek:
d Wat is er volgens prof. Rassin mis met art. 338 Sv en art. 359 lid 3?
(11.2)
Bij art. 338 Sv: is de rechter bezig met de vraag of de verdachte schuldig is
in plaats van onschuldig. Het bewijs dat de verdachte het tenlastegelegde feit
heeft begaan kan door de rechter slechts worden aangenomen indien hij
daarvan uit het onderzoek ter terechtzitting door de inhoud van wettig
bewijsmiddelen de overtuiging heeft bekomen.
Bij art. 359 lid 3 Sv: is de motiveringsopdracht van de rechter feitelijk een
conformerende bevestigende opdracht. De beslissing dat het feit door de
, verdachte is begaan, moet steunen op de inhoud van de bewijsmiddelen die
in het vonnis zijn opgenomen. De rechter hoeft, ondanks ontlastende
informatie, alleen rekening te houden met belastende informatie (cherry
picking-> bevestigend zoeken naar informatie).
e Waarom is volgens hem de verdachte per definitie in het nadeel? (11.2 a-
d)
-Verdachte gericht oordelen:
Omdat iedereen er van uitgaat dat de verdachte ook echt schuldig is, terwijl
ze er eigenlijk vanuit moten gaan dat de verdachte onschuldig is ->
onschuldigheidspresumptie). -> net zoals rechter.
-Verdachte als dader:
Primacy-effect< uit onderzoek blijkt dat de eerst binnenkomende informatie
vaak zwaarder in een beslissing wordt gewogen dan informatie die in een
later stadium wordt aangedragen. In het proces begint het OM met het
voordragen van het tenlastegelegde feit, het pleidooi van de raadsman volgt
daarna pas. Vandaar dat de rechter er op het begin al vanuit gaat dat de
verdachte schuldig is. Ook voorkennis doet de kans op een veroordeling
toenemen.
Verdachte gericht onderzoek:
-Rondmaken van een zaak
-aard van sommige handboeken -> lospeuteren van info
-Getuigenverklaring: alleen wat negatief voor de dader is wordt vaak
opgenomen.
-Aard van het OM.
verdachte gerichte getuigenverklaring:
Mensen vergissen zich maar kunnen dan nog steeds behoorlijk zeker zijn van
hun zaak, waardoor corrigerende info nog nauwelijks invloed heeft.
De reader (h. 1):
f Met welke vragen houdt de rechtspsychologie zich bezig?
-Hoe gedraagt verdachte zich?
-Waar wordt die persoon door beïnvloed?
-Hoe dient die persoon zich te gedragen in de ogen van anderen?
-Hoeveel waarden moeten we hechten aan haar betekenis?
g Wanneer is er sprake van een gerechtelijke dwaling?
Als iemand is veroordeeld voor een misdrijf dat hij niet heeft begaan of voor
een misdrijf dat niet heeft plaatsgevonden.
h Wanneer blijven de dwalingen volgens prof. Van Koppen bestaan?
Zolang rechter teveel op hun eigen gezonde verstand en intuïtief afgaan en
de rechtspraak niet wetenschappelijk benaderd, wordt het aantal gerechtelijke
dwalingen niet minder. Ook worden ze niet altijd opgemerkt of gecorrigeerd.
i Welke kritiek heeft prof. Buruma op de rechtspsychologen?
Omdat ze niet meer bewijzen dan alleen menselijke fouten binnen een
overigens goed functionerende beroepsgroep.
Week 2:
Het hoorcollege:
a Wat wordt verstaan onder een goed verhaal?
Een goed verhaal beschrijft niet alleen hoe het delict gepleegd wordt en door
wie, maar legt ook uit hoe de dader onder de gegeven omstandigheden in
een zodanige lichamelijke en geestelijke toestand kon komen dat hij het delict
, pleegde. Dus ook de kleine details.
-Het idee moet ontstaan dit soort mensen doet dit onder deze
omstandigheden
-gevaarlijk is dat er dan vaak een goed verhaal wordt aangenomen zonder al
te veel verankering van bewijs.
Kenmerken goed verhaal: structuur:
-een gemakkelijk te identificeren handeling (central action)
-een context die een gemakkelijke interpretatie van de centrale handeling
toelaat -> context verklaard waarom iemand iets gedaan heeft (setting);
b Leg de stelling uit dat een goed verhaal de helft van een veroordeling is.
Een goed verhaal van het OM is het halve bewijs. De andere helft wordt
gevormd door verankering van elementen van dat verhaal in de werkelijkheid
met behulp van de bewijsmiddelen. Dit zegt dus niet dat het verhaal waar is,
terwijl het strafrecht zich richt op de waarheidsbevinding. Het is een kwestie
van het juiste bewijs te zoeken.
Het idee ontstaat: dit soort mensen doet onder deze omstandigheden dit
soort dingen.
c Verklaar waarom in de zaak-Rijkbloem iemand veroordeeld werd
ondanks het gebrekkige bewijs.
Het bewijs dat er was in deze zaak paste goed in het verhaal wat het OM
had, de man had namelijk al meer ervaring met desbetreffende gewelddadige
situaties. Verder was er een tunnelvisie, omdat de moeder van Nicole en
Nicole zelf niet werden gefouilleerd. De focus lag dus duidelijk op Danny.
d Hoe kan het probleem van de interpretatie van feiten worden opgelost?
-De rechter kan onderscheid maken tussen feiten als hij een scenario in zijn
hoofd voor heeft en deze terug redeneert. Dit door intuïtief een voorlopig
beslissing te nemen en daarvanuit terug te gaan.
e Wat wordt bedoeld met het proces van ‘collaborative storytelling’?
Er ontstaat een geheel eigen waarheid op grond van allerlei kleine
aanwijzingen en wederzijdse beïnvloeding. Dit gebeurt vaak door de grote
bezorgdheid van een ouder, die het kind als het ware het seksuele misbruik
aanpraat. De bezorgdheid slaat om in een vermoeden en daarna in een
zekerheid. Die zekerheid ontstaat dan op grond van de reacties van een kind,
maar ouders zien dan niet in dat men dit zelf heeft opgeroepen(zaak kees b.)
Niet opzettelijk en met kwade bedoelingen een valse aangifte doen, ouders
hebben onjuiste overtuiging over wat hun kind is aangedaan.
Het werkcollege:
f In het werkcollege wordt de zaak-Kees van den B. en de escalerende
beschuldigingen van de kinderen behandeld. Waardoor ontstond er in
de zaak-Kees van den B. een escalatie van beschuldigingen?
factoren:
1.onderlinge communicatie tussen kinderen (collaborative storytelling)
2.politie ging mee met de fantasie van Willie
3.Tante letje en jetje waren min of meer onderdeel van het verhoor (hadden
terug gefloten moeten worden).
De reader (h. 3):
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MaaikeN1995. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.