,Thema 1 – Algemene introductie van
Metabolisme en Spierfysiologie
Silverthorn H25
Circulatie (Hart en Bloedvaten)
Als het lichaam uit ruststand komt moet het bloed naar doel organen gaan om die te kunnen
voorzien van voedingsstoffen en zuurstof. Maar ze nemen ook de afvalstoffen mee “terug” in het
bloed, die via ontlasting, urine, zweet en de ademhaling het lichaam verlaten.
In dit figuur zie je links het
lichaam in rust en je ziet rechts
het lichaam tijdens inspanning.
Wanneer de weerstand in de
bloedvaten (R) naar beneden
gaat, gaat het
hartminuutvolume (Qt)
omhoog, dit zorgt ervoor dat
de bloeddruk ook omhoog
gaat.
Qt = hartminuutvolume en dit
is het volume aan bloed dat het
hart in 1 minuut rondpompt.
R ↓ , Qt ↑ = Bloeddruk ↑
Myocardium. De bouw van het hart. In de anatomische bouw van het hart zijn er duidelijk 4 holtes
te zien, net als het hartspecifieke neuronale netwerk, ook wel het intrinsiek geleidingssysteem. Dit
netwerk van zenuwcellen zorgt ervoor dat als een hart gedoneerd wordt het door kan blijven
kloppen. Het actiepotentiaal van een myocardcel werkt in principe hetzelfde als in een normale cel,
maar naast Na+ en K+ ionen spelen Ca+ ionen ook een rol.
Het linkerplaatje is het
actiepotentiaal van het hart
zelf, gemeten in een individuele
cel.
Het rechterplaatje is het
actiepotentiaal van het hart
gemeten op de huid.
Spieren
Het lichaam bestaat uit 3 soorten spieren:
1. Hartspier
2. Skeletspier (verbinding tussen botten. Ze spelen een rol bij beweging en houding)
3. Gladspierweefsel (maag/darm en bloedvaten)
,Iedereen heeft een bepaalde verdeling van skeletspieren in het lichaam. Sommige spiervezels zijn
geschikt voor krachtsport = witte spieren. En andere types zijn juist geschikt voor duursport = rode
spieren. Iedereen heeft een aangeboren verdeling van witte en rode spieren.
Energie voorraad
Het lichaam energie halen uit 3 voorraden:
1. Fosfaat-systeem (alleen voor korte explosieve handelingen)
2. Glycogeen voorraad (korte duur)
3. Vetzuur en glucose metabolisme (hiervoor is O2 voor nodig en dit is voor duursport)
De voorraden aan energie is vrij beperkt. Het lichaam heeft veel energie opgeslagen in de lever en
vetweefsel. Bij grote vraag van energie kan dit vrijkomen = altruisme. Spierweefsel kan enkel ook
energiesubstraten opnemen en gebruiken = egoisme. Maar hier zit wel een max aan. Om te
voorkomen dat je een tekort aan energie zult krijgen moet je dus voeding tot je kunnen nemen.
Mensen met type 2 diabetes hebben een aandoening waarbij de glucose opname verminderd is.
Glucose opname in de spiercellen kan plaatsvinden onder invloed van verschillende mechanismen en
door insuline.
Vloeistof en Duursport
Voor extra energie moet je meer eten. Een vorm van isotone sportdrank is ook belangrijk. Het
verkleind de kans op uitdroging en het verlies van zouten.
Vermoeidheid en gevolgen
Door je lichaam tot uiterste prestaties te dwingen vraag je veel van de verschillende orgaansystemen
en dit kan bij lang aanhouden tot uitputting leiden, of zelfs tot een shock. Om het belasten van het
lichaam + bijkomende pijn te verlichten zal het lichaam natuurlijke opiaten aanmaken (endorfines),
dit dempt het pijn/ongemak gevoel en kan net als synthetische opiaten tot verslaving leiden.
Naast voeding en isotoon vocht is voldoende zuurstof ook essentieel tijdens duursport. Een extra
uitdaging bij een ultraloop in het hooggebergte is de ijle lucht. Hoe hoger in de atmosfeer, hoe lager
de concentratie van O2. Door je ademhaling aan te passen kan je meer O2 binnen krijgen, maar niet
alleen de ademhaling moet veranderen. Ook de chemische binding tussen O2 en Hb in de rode
bloedcellen moeten veranderen.
, Werkcollege 2 – Thema 2
Spijsverteringssysteem (1)
Opbouw en functie
De basis opbouw van de darmwand. De darmwand bestaat uit vier lagen:
1. Mucosa
- deze bestaat uit epitheel cellen, uit een lamina propia = bindweefsel en de muscularis mucosae
= spierlaag.
- de mucosa is gevouwen in de maag = rugea en in de darm = plicae
- er zijn instulpingen in de maag = gastric glands en in de darm = crypts
- er zijn uitstulpingen in de darm = vili
- het epitheel dient voor transport, maar er liggen ook stamcellen en immuuncellen.
2. Submucosa
- bindweefsel met bloed en lymfevaten
- submucosal plexus, de spierlaag van de submucosa. Deze gaat in samenwerking met de
spierlaag van de mucosa.
3. Muscularis externa
- bestaat uit twee lagen met daartussen de myneteric plexus, de spiervezels zijn glad.
- de binnenste laag is circulair gerangschikt om de darm en de buitenste laag is in de lengte van
de darm gerangschikt.
- in de maag is er nog een derde spierlaag te vinden, zodat het eten goed alle kanten op kan
geduwd worden.
4. Serosa
- een laag met visceraal peritoneum en bindweefsel
- het hele maar-darm kanaal wordt opgehangen aan de mesenteria
Epitheel heeft twee hoofdtaken: Bescherming van de onderste weefsels, dit epitheel heeft altijd
meerdere lagen. Communicatie, dit epitheel heeft maar 1 laag.
De mondholte en de slokdarm zijn meerlagig. De slokdarm bestaat uit de eerste 2/3e deel uit
skeletspierweefsel en de laatste 1/3e deel uit glad spierweefsel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kasjaclaess. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.