100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Techniek: leren door doen (Slangen, 2009) $3.26   Add to cart

Summary

Samenvatting Techniek: leren door doen (Slangen, 2009)

 15 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Paragraaf 2.1 2.2 2.4. 2.5 4.3 4.13

Preview 2 out of 5  pages

  • No
  • Paragraaf 2.1 2.2 2.4. 2.5 4.3 4.13
  • September 12, 2021
  • 5
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Leren door doen (Slangen 2009)
§2.1, 2.2 Techniek in de basisschool: wat, waarom en hoe
Waarom techniek in de basisschool?
 Kinderen groeien op in een wereld vol techniek. Door kinderen hiermee in contact te
brengen, krijgen zij, op harmonische wijze een breed en realistisch beeld van de techniek in
hun wereld.
Harmonisch: techniek mag niet in het onderwijs buitengesloten worden & leren op een
praktische en concrete manier.
Diverse gebieden ontwikkelen zich:
o Cognitie: kennis en inzicht over technische toepassingen.
o Sociaal-emotioneel: samenwerkend leren en positieve waardering
o Zintuiglijk-motorisch: manier waarop mensen technische producten maken en
uitproberen.
o Creativiteit: aanpakken van technische vraagstukken en problemen.
o Attitude: manier waarop kinderen techniek ervaren (boeiend, spannend)
 Kinderen zijn geïnteresseerd in het hoe en waarom van dingen. Onderwijs heeft de taak om
deze interesse te behouden.
 Techniek is een middel om een rijke, moderne en aantrekkelijke leeromgeving in te richten,
het ‘nieuwe’ leren.
 Het sluit goed aan bij de ontwikkelingsfasen (Piaget)
 Samenwereknd en coöperatief leren zijn heel belangrijk voor de ontwikkeling van
kinderen (Vygotsky)
 Kinderen hebben veel soorten intelligenties (Gardner)
 Kinderen leren door te construeren en reflecteren op ervaringen (Constructivisme)
 Het negatieve imago van techniek kan een positieve wending krijgen. Beroepen in de
techniek hebben een negatief imago. Door kinderen hiermee in aanraking te laten komen,
kan de interesse hiervoor stijgen.

Techniek hoort bij de wereldoriëntatievakken, maar kan ook bij andere vakken terugkomen (gym
m.b.v. katrolsysteem).
Techniek past ook goed bij het ervaringsgerichte onderwijs of het probleemgeoriënteerde leren.

§2.4, 2.5 Wat betekent techniek voor het onderwijs?
Door behoeften en problemen van mensen komen technische producten (bijv. airco tegen de
warmte)  er wordt een vaste cyclus doorlopen: ontwerpen, maken, gebruiken. Daarna een tweede
cyclus: onderhoud, reparatie en recycling.

Techniek in het basisonderwijs is:
 Het technische proces van ontwerpen, maken en gebruiken;
 De grote variatie aan technische producten als resultaat van het proces;
 De manier waarop de technische onderdelen in een of meer systemen samenwerken;
 De relatie met technische principes en de toepassing van natuurwetenschappelijke principes;
 De samenhang met maatschappelijke aspecten.
Het gaat erom dat kinderen leren dat mensen dingen maken, waarom, hoe en wanneer ze dat doen
en wat de gevolgen zijn.

Techniekdoelen komen uit:
 Kerndoelen: globaal wat school minimaal moet nastreven. Hierop worden leermiddelen
gebaseerd.
Kerndoel 40 t/m 46
 De domeinbeschrijving techniek

,  De leerlijnen van de Stichting Leerplan Ontwikkeling en Cito-toetsnormen
 De leermiddelen

Natuuronderwijs  de levende/levenloze natuur
Verschil met techniek: het gaat om de wereld zoals die is. Bij techniek gaat het om de manier waarop
de mens met de (niet-)levende natuur omgaat om het leven voor zichzelf aangenamer te maken.
Science/onderzoekend leren  experimenteren

§4.3 Didactische werkvormen voor techniek
Educatief ontwerpen; twee vormen
 De aanpak van het klassieke onderwijs. Dit heeft een vaste opbouw: opening, kern, afsluiting.
De leerkracht ontwerpt en bereidt voor volgens structuren.
 Een extra dimensie waarbij de leraar het onderwijs zo vorm geeft, dat het motiverend,
inspirerend en enthousiasmerend is. Het leren is betekenisvol en belevenisvol. Er wordt veel
gebruik gemaakt van vertelling  erg geschikt voor de ontwikkelingsgerichte benadering.

Twee soorten werkvormen:
 Open werkvormen: de leerkracht heeft de leersituatie beperkt gedefinieerd 
zelfontdekkende, ervarings- en ontwikkelingsgerichte onderwijs.
 Gesloten werkvormen: de leerkracht heeft alles vastgesteld en de leerlingen hebben weinig
invloed hierop  programmatische en overdragende leren.

Didactische werkvormen voor techniek:
 Doceren van techniek (leerkracht centraal) gr. 5 t/m 8
Leerkracht vertelt een hoe een technische kwestie in elkaar zit (evt. met visuele
ondersteuning). De kinderen zijn niet met het materiaal zelf bezig.
Doceren: langere tijd achter elkaar luisterend bezig zijn en zelfstandig aantekeningen over
wat verteld en uitgelegd wordt maken (abstract denken)  korte spanningsboog.
Belangrijk: het stellen van veel en goede vragen

 Demonstreren van techniek (leerkracht centraal) gr. 5 t/m 8
De leerling verwerft kennis en inzicht over techniek door te kijken naar de werking of het
gebruik van een product.
De leerkracht geeft een demonstratie.

 Observatiekring voor techniek alle groepen
De kinderen leren onderzoeken door goed te observeren, bij voorkeur in de kring.
Leerkracht/leerlingen nemen een voorwerp mee en verwonderen zich hierover.

 Vertellen over techniek
Belangrijk: de gevoelswaarde van de overdracht (verschil met doceren)  spanning of plezier
oproepen. Het verhaal heeft als doel om de aandacht en betrokkenheid te trekken. Het is
vaak een aanzet tot een technische activiteit. Hiermee eindigt het verhaal dan ook.
Het verhaal kan visueel ondersteund worden.

 Verhalend Ontwerpen/storyline approach alle groepen
De verhaallijn is deels echt, deels verzonnen. De leerkracht geeft de aanzet door de
introductie van een kort verhaal dat een startsituatie schetst. De kinderen geven de ‘wereld’
uit dat verhaal dan samen met de leerkracht op een actieve manier verder vorm.
Het verhaal leidt tot langdurig ontwerpgedrag. Het scenario is erg belangrijk.
1. Het is belangrijk dat kinderen eerst hun eigen beelden vormen o.b.v. wat ze zelf al
weten, vermoeden, denken en vinden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller KarinNakworst. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.26
  • (0)
  Add to cart