, Algemeen
Belang VPB
De vennootschapsbelasting levert een hoop geld op, maar wel minder dan OB en IB.
Het is ook belangrijk voor het vestigingsklimaat. Landen concurreren er veel mee.
Nederland wordt vaak een Tax haven genoemd.
Kenmerken VPB
Geheven bij wijze van aanslag. Het is een directe belasting op de winst van
lichamen. Direct betekent dat het wordt geheven bij degene bij wie het hoort te
dragen.
Rechtsgrond VPB
Lichamen zijn ‘gemaakt’ en kunnen dus geen belasting dragen, maar praktische
argumenten voor de Vpb:
Als winst niet zou worden uitgekeerd, winsthouding, leidt het tot eindeloze
uitstel van IB
Open-NV heeft institutioneel karakter, steeds verschillende aandeelhouders.
Het is dan moeilijk om die aandeelhouders te identificeren.
Niet alle aandeelhouders zijn binnenlands belastingplichtig, ze zijn niet
allemaal in hetzelfde land gevestigd als de BV. Als er niet geheven zou
worden dan zou het leiden tot strijdigheid met het bronlandbeginsel.
Relatie IB/VPB
Functie VPB t.o.v. VPB
1. Cumulerende heffing:
VPB en IB zijn onafhankelijk van elkaar.
Economische dubbele heffing, twee keer heffing
Vennootschappelijke winst wordt anders belast dan ander kapitaal- en
arbeidsinkomen.
EV wordt gediscrimineerd t.o.v. VV. Vergoeding van VV is wel
aftrekbaar en wordt dus alleen bij uitkering IB over geheven, maar EV
wordt twee keer in de heffing betrokken.
2. Complementaire heffing:
VPB is een voorheffing ‘transparance fiscale’
Verrekening op het moment dat IB wordt geheven over de uitgekeerde
dividend.
Klassieke stelsel:
VPB en IB zijn cumulerend. Aandeelhouder betaalt IB over uitgekeerde dividend.
NL heeft dit stelsel.
Stelsel van volledige integratie
Aandeelhouder wordt belast over gehele winst van de vennootschap, maar mag de
betaalde VPB ervan af trekken. De VPB is dus een voorheffing.
Bezwaren: belasting betalen zonder dat er dividend wordt uitgekeerd en de winst
van de vennootschap moet kunnen worden toegerekend aan achterliggende
partijen. Dat is niet mogelijk bij bijv. een open-NV.
2
, Verrekeningsstelsel
Dit is een tussenweg. Houden rekening met het feit dat er VPB en IB wordt
geheven. Sluit aan bij de winstuitdeling.
Integratie op vennootschapsniveau:
Gesplitst tarief: ingehouden winst belasten tegen hoog tarief en uitgekeerde
winst tegen laag tarief omdat hier nog IB over wordt geheven.
Dividendaftrek: Als de winst na VPB wordt uitgekeerd, mag dit ten laste van
de winst worden gebracht. De VPB wordt dan alleen geheven over niet
uitgekeerde winst. Als alles wordt uitgekeerd, wordt er dus geen VPB
geheven.
Integratie op aandeelhoudersniveau:
Dividendvrijstelling
Volledige of partiële VPB-verrekening: hoeveel VPB heeft de vennootschap
betaald om dividend uit te kunnen keren/ hoeveel VPB rust er op het
uitgekeerde dividend? De aandeelhouder betaalt dan over het dividend +
brutering. Maar later mag de betaalde VPB verrekend worden.
Subjectieve belastingplicht
Art. 1. VPB: subjectieve belastingplichtige:
Er wordt een directe belasting geheven van de lichamen in art. 2 en 3 VPB.
Art. 2. VPB: binnenlandse belastingplichtige:
Rechtspersonen en niet-rechtspersonen
Niet alle rechtspersonen
In NL gevestigd wordt geregeld in art. 4 AWR
Open CV: een CV waarbij toetreding en plaatsvervanging geen toestemming
nodig is van alle vennoten. Een besloten CV is dus niet in de VPB belast. In
de VPB wordt alleen geheven over het winstaandeel van de commandieten.
De beherend vennoot wordt in de IB belast.
Art. 2 lid 1 sub e VPB verenigingen en stichtingen moeten om
belastingplichtig te zijn een onderneming drijven:
Duurzame organisatie
Van kapitaal en arbeid
Gericht op deelname aan het economische verkeer
Met het oogmerk om winst te behalen: statuten zijn bepalend maar
ook al is er in de statuten vermeld dat er geen winst wordt beoogd, als
dit in de praktijk wel wordt gedaan is het belastingplichtig.
Art. 4 VPB drijven onderneming stichting/vereniging:
Als het gaat om werkzaamheden die uiterlijk overeenkomen met het
drijven van een onderneming die wel belast is, en daarmee in
concurrentie treedt met belastingplichtigen, dan is er sprake van een
subjectieve belastingplicht.
Verzorgen pensioenen/VUT
Medegerechtigheid.
Efteling-arrest
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fiscaalstudent123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.59. You're not tied to anything after your purchase.