College 1 – maandag 30 november 2020 – Consumenten 1: De consument en zijn recht
Consumentenbescherming
Wanneer is consumentenbescherming begonnen?
In Europa 1989 kwamen de eerste Richtlijnen, maar het consumentenrecht was al iets ouder: 15 maart 1962 – J.F. Kennedy. Welke rechten
heeft hij samengevat?
1. Veiligheid: right to safety (we nemen allemaal medicijnen e.d. maar we weten niet wat er nou eigenlijk in zit.
2. Informeren: right to be informed – consumenten weten niets.
3. Mededingingsrecht: right to be choose.
4. Klachtenrecht: right to be heard – effectief rechtsbescherming.
Deze vier pijlers zijn hedendaags nog terug te zien. Waarom bescherming voor consumenten? Consumenten worden gezien als zwakkeren
en dat is terug te zien in het feit dat een consument weinig kennis heeft t.a.v. een bedrijf die ook vaak juristen in dienst kan hebben.
- De consument is (financieel) zwak;
- De consument heeft minder informatie;
- De consument kan risico’s minder goed inschatten;
- Europa: voor de werking van e interne markt moet consumentenbescherming overal gelijk zijn;
- Rechtseconomische motieven, de markt is niet goed in balans door de inherente ongelijkheid: de aanbieder is sterker dan de
afnemer;
- Maar: autonomie versus paternalisme. Hoe ver moet bescherming gaan?
- Hartlief: (kwam ook terug in week 1)
o De consument was vroeger heel duidelijk: niet uitoefent in beroep op bedrijf. Maar nu hebben we te maken met
prosument dat is een consument die ook produceert > op marktplaats dingen verkoopt/energie opwekt. Moeten we
het consumentenrecht wel op een prosument toepassen? Hoe gaan we daar mee om?
o We hebben ook steeds meer dat we dingen uit milieuperspectief dat we auto’s delen, dan ben je wel een consument
en soms vraag je er een bedrag voor. Ook al ben je niet helemaal consument; maakt het uit dat je een motief hebt als
je milieu wil beschermen? = Deeleconomie: maken altruïstische ideeën het normenkader anders?
o Consument verschuift: vroeger duidelijk nu niet meer.
Waar komt de consumentenbescherming voor?
Overal in het BW zijn bepalingen opgenomen.
Het eerste voorbeeld is: bedenktijd bij elektronische totstandkoming van contracten. De Europese wetgever vond dat bij online shoppen
de consument beschermd moest worden. Een contract komt tot stand bij een online aankoop als deze bevestigd is per mail, je bent niet
zomaar gebonden. Daarnaast is nog een bedenktijd, binnen 14 dagen. Voordat je een online aankoop verricht krijg je veel informatie over
je heen: consument moet goed geïnformeerd zijn. Dus: goed geïnformeerde consument die niet zomaar gebonden is.
I. Artikel 6:227b/230m BW = informatieverschaffing aan consument;
II. Artikel 6:227c lid 2 BW = bevestiging;
III. Artikel 6:230o BW = 14 dagen bedenktijd.
Het tweede voorbeeld is: bij een bancaire zorgplicht jegens consumenten: artikel 6:162/6:74 BW. Dit heeft dus geen specifieke bepaling.
Voorbeeld: Effectenlease-arrest; heel ingewikkeld arrest en gaat over dat je gaat beleggen met geleend geld. Dat gaat goed als de koers
omhooggaat, maar als het slecht gaat moet je inleg en geleend geld terugbetalen. Banken zeiden: eigen schuld dikke bult, moest je de
kleine letters maar lezen. Dit gingen consumenten niet zomaar doen. HR: de banken hadden moeten waarschuwen (informatieplicht). Het
gevolg was schadevergoeding. Ander voorbeeld: Rabobank/Everaars-arrest: een belegger wist heel veel van beleggen en ging in een
risicovol product beleggen en de Rabobank waarschuwde hem hiervoor meerdere malen. Maar de man deed toch wat hij zelf wilde.
Vervolgens ging het mis en klaagde de Rabobank aan. Hij zei: je hebt me niet goed genoeg gewaarschuwd, want ik ging toch beleggen. HR:
Meneer Everaars heeft wel een punt. Een bank moet iemand tegen zichzelf beschermen. De bancaire zorgplicht is belangrijk; want juist
deze mannen moeten tegen zichzelf beschermd worden. Hartlief noot: bescherming moet je geven die bescherming verdienen. Zo’n man
als hier verdient misschien geen bescherming. De bank was vervolgens wel aansprakelijk, maar niet voor het hele bedrag. De bancaire
zorgplicht gaat dus echt heel ver, omdat de consumenten het allemaal niet heel goed weten. – mooi scriptie onderwerp.
Het derde voorbeeld is: de algemene voorwaarden, artikel 6:231 e.v. BW. Er is ook een Richtlijn voor oneerlijke bedingen; een beding die
oneerlijk is bindt de consument niet. Wat is niet binden? De EU-rechter heeft gezegd dat het niet-binden de rechter moet ambtshalve
kijken en ambtshalve vernietigen. Dat is voor de consument die dat vergeet om zich te beroepen op vernietiging. Belangrijk om te beseffen
dat de EU-recht beslist en heeft een aantal fikse arresten gewezen.
1. Ambtshalve toetsen;
2. Het oneerlijk beding; wat is oneerlijk?
a. Arrest Aziz: wat is het verstoren van het evenwicht? 1. Als een regeling afwijkt van het aanvullend recht ten nadele
van de consument. 2. EU-hof; het is in strijd met de eisen van te goeder trouw als de gebruiken van de algemene
voorwaarden op eerlijke en billijke wijze te onderhalen redelijkerwijs er niet van uit kon gaan dat de consument het
betrokken beding zou aanvaarden als daar afzonderlijk was over onderhandeld. DUS: stel er is een heel hoog
boetebeding en het bedrijf had gezegd tegen consument: het boetebeding is heel oneerlijk en daar wijs ik jou op, zou
je het dan toch nog aanvaarden? Nee: dan oneerlijk beding. Bijna alle bedingen die van aanvullend recht afwijken zijn
al oneerlijk. De oneerlijkheidstoets van de EU-rechter is erg streng. De nationale rechter mag het wel zelf bepalen,
maar wel handvaten door arrest Sebestyen/OTP Bank.
b. Arrest Sebestyen/OTP Bank: ging om een arbitrage beding. Hof: of iets oneerlijk is dat is aan de nationale rechter om
dat te beoordelen binnen de Europese lijnen > dat het in strijd met de eisen van goeder trouw is en resulteert in
aanzienlijke verstoring van het evenwicht tussen de rechten uit de overeenkomst en verplichtingen van partijen ten
nadele van de consument.
EU-HvJ zegt nog meer: niet alleen kijken naar het beding waar het over gaat, maar kijken naar het hele contract:
, c. Arrest Radlinger: ging om een echtpaar in Tsjechië en had voor ene bedrag van 43.000 een hypotheek gekregen en
109.000 euro terugbetalen. Dit bestond uit een lening en een rente en een vergoeding van 21.000 aan kosten. Dus
een fix extra bedrag. Daar werd over geprocedeerd met name over het boetebeding. EU-HvJ: nee, je moet kijken
naar het cumulatieve effect van alle bedingen. Is het beding samen met de andere bedingen oneerlijk? Het is niet van
belang of je als eisende partijen alle bedingen inroept. Wat staat er in het contract? Zijn die bij elkaar oneerlijk?
d. Arrest verboden onderhuur: ging om een verhuurder van een woning, huurprijs was 1200 euro en in het contract
stond dat er geen onderhuurders mocht en de boete daarop was een direct opeisbare boete van driemaal huur =
3600 euro en afdracht van de huurprijs die hij van onderhuurders had gekregen. Er is een onderhuurder en de
verhuurder vordert een bedrag van 164.000 euro boete. Hoe moet je dit nou gaan zien? Alleen kijken naar
boetebeding of beding van dat je de huur moet afdragen? HR: nee je moet kijken naar alle sancties van de
tekortkoming en dat is al heel snel oneerlijk.
Betekent dat dat al de sancties samen en oneerlijk zijn onverbindend zijn? Ja, dit is de enige methode om deze bedingen uit
een contract te krijgen.
e. Arrest Banco: extra beschermende maatregel uit Europa dat heeft te maken met het boetebeding. Je kan boetes
matigen of geheel buiten werking stellen. Vraag aan EU-HvJ: als wij tot conclusie komen dat boetebeding oneerlijk is
mogen we dan matigen i.p.v. ongeldig verklaren? Nee, als het oneerlijk is moet hij van tafel. Maar stel nou dat je in je
contract een enorme hoge vertragingsrente hebt opgenomen, mag je dan als je het beding vernietigd teruggrijpen
naar aanvullend recht? > Wettelijke rente, art. 6:119/119a BW. EU-HvJ: nee dat mag niet, behalve als je door dat
beding te vernietigen je hele contract niets meer waard is. Dan is het misschien anders, maar in principe mag je niet
het aanvullend recht nog eens gebruiken. Hoe ver dit gaat is nog niet helemaal onderzocht – scriptie onderwerp!
Dan zie je dat door de ingrijp van de EU-HvJ dat de regeling die wij hadden, ambtshalve toetsing, de EU-HvJ nog fikser de
consument beschermd door te kijken wat oneerlijk is en wat de consequentie is van een oneerlijk beding.
Als het gaat om algemene voorwaarden en je vernietigd een beding wanneer gaat een hele overeenkomst overboord? Bijna
nooit want het gaat niet om een kernbeding.
Het vierde voorbeeld is: de oneerlijke handelspraktijken, artikel 6:193a e.v. BW.
Het vijfde voorbeeld is: koop, artikel 7:2, 7:6 en 7:21 BW
Het zesde voorbeeld is: consumentenkrediet, artikel 7:57 e.v. BW
Het zevende voorbeeld is: reisovereenkomst, artikel 7:500 BW
Het achtste voorbeeld is: productaansprakelijkheid, art. 6:185 e.v. BW
Het negende voorbeeld is: bescherming tegen incassobureaus – is nieuw. (Grootschalig opkopen/ontoelaatbare druk) hier is een
nieuwwetsvoorstel voor in de maak om dit onder controle te krijgen vanuit de politiek.
Consumentenbescherming 2 – informatieverplichtingen
Een consument krijgt een enorme hoeveelheid informatie toegestuurd, waarom? Goed geïnformeerde consument te creëren.
Bescherming door verschaffen van voldoende informatie. Genoeg geïnformeerd voor al dan niet aangaan van contract. Er zijn een aantal
specifieke informatieverplichtingen in het BW opgenomen: artikel 6:230l BW gaat over offline overeenkomsten. Vanaf artikel 6:230m BW
gaat over online contracten zijn en dan moet je dus kijken of je het contract daadwerkelijk aan wil gaan. Nu staat er tussen de informatie
die je online krijgt toegestuurd ook informatie weggestopt tussen de kleine lettertjes en dat is niet echt ten voordele van de consument.
Wat voor informatie is dat allemaal en wat voor consequenties hangen eraan als je het niet doet? Tiggelaar probeert orde te creëren
tussen deze massieve stroom van informatie. Hij zegt: omdat die sancties zo onwijs divers zijn en niet allemaal duidelijk zijn wat de sanctie
is als je de informatie niet verschaft: als je als verkoper niet duidelijk maakt dat je een bedenktijd hebt van 14 dagen dan wordt dit verlengd
tot een half jaar. Soms heb je recht op schadevergoeding als je ergens geen informatie over krijgt, maar de wet is niet duidelijk over welke
sanctie waar hoort. Tiggelaar brengt daar orde in: je moet onderscheid maken in drie soorten informatie:
1. Informatie die de wilsvorming probeert te beïnvloeden; essentiële kenmerken van een product (prijs en eigenschappen). Als je
deze informatie schaadt dan moet je de overeenkomst kunnen vernietigen, want als jij niet weet wat je koopt is vernietiging de
beste sanctie.
2. Dossierfunctie: er is ook veel informatie gericht op het opslaan. Bijv. de naam en adresgegevens van de wederpartij. Leuk om te
weten, maar heb je niet direct nodig. Als dit je niet wordt verschaft is de sanctie van nakoming beter dan vernietiging.
3. Vereenvoudiging uitoefening van rechten: bijvoorbeeld klachtplicht, als je daar geen goede informatie over krijgt zal verval van
recht de sanctie moeten zijn.
Tiggelaar probeert tussen alle informatie verplichten wat echt van belang is en hoe moeten de informatie verplichten karaktiseren en wat
zijn de sancties daarvan.
Er zijn nog veel meer informatie verplichtingen in het BW onder meer t.a.v. garanties, artikel 7:6a lid 2 BW. Nooit een extra garantie erbij
kopen, wat doe je dan namelijk? Je koopt eigenlijk een recht dat je al hebt. Als je een product koopt dan moet het voldoen aan de
verwachtingen die je aan normaal gebruik mag hebben. Garantie zegt hoelang je dat recht mag hebben. Normaal gesproken ligt de
garantie aan hoe duur het is. Garantie doet bijv. dat je 2 jaar hebt. Een garantie doet in het beste geval je recht geven dat je al had. Maar
het kan ook beperken. Wat is geplande veroudering? Producenten maken een telefoon die twee jaar werkt en dan is die stuk. De
updates werken dan niet meer, daar gaat een hele industrie achter. Dit heeft ook consequenties voor de informatie verplichtingen. Je moet
als verkoper in de informatie zeggen dat de updates in de telefoon het maar twee jaar gaan doen, dan kan de koper niet meer zeggen dat
het product langer zou meegaan volgens de verwachtingen. – mooi scriptie onderwerp.
Het gaat over AirBnB, Uber, Bol die een platform aanbieden om producten te verkopen en een soort tussenpersoon zijn. Rust op de
tussenpersoon dezelfde informatieverplichting als de persoon die erachter zit. Stel zou dat de huurders van een AirBnB enorme schade
maken kan de verhuurder de tussenpersoon aanspreken? Zit daar zorgplicht of informatieplicht? Schaub zegt: in sommige gevallen bijv. bij
Uber (heeft HvJ uitgemaakt) is er niet sprake van tussenpersoon en is Uber contractspartij zelf. Als je de eigen contractspartij bent die
diensten aanbiedt dan ben je degene op wie alle rechten en informatie verplichtingen rusten. Dit is ook het onderwerp van de opdracht
van deze week over online platforms.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittje117. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.