Hierdoor is het einde van de prehistorie niet overal hetzelfde. In de Nederlanden was dit 60 voor christus
en in Egypte was dit al 3000 voor christus
Hoe werd er dan gecommuniceerd? Dit gebeurde allemaal mondeling. Zo werd alles van generatie op
generatie doorgegeven d.m.v. rijmpjes en verhalen.
Orale cultuur: Belangrijkste kenmerken is orale traditie. Waarbij de communicatie gelijktijdig en
kleinschalig is, waarbij er wordt gememoriseerd en geïmiteerd.
Communicatie vormen
Connection-oriented (gelijktijdige communicatie)
Een op een gesprekken of wanneer je luistert naar een docent in de klas
Connectionless (ongelijktijdige communicatie)
Opgenomen boodschap als; opgeschreven, opname, video
Point-to-point (kleinschalig)
Kleine publiekgroep
Broadcast (grootschalig)
Persconferentie van Mark Rutte
Bij een orale cultuur komen connection-oriented (gelijktijdige communicatie) en
point-to-point (kleinschalig) voor als communicatie vormen.
Uitvinding het schrift
Het spijkerschrift was het begin de schriftcultuur zoals we die nu kennen. Dit vond ongeveer 6000 jaar
geleden plaats. Van uit het spijkerschrift zijn wij overgegaan naar het alfabet waar letters voor klanken
staan en klanken samen een woord vormen.
= communicatie wordt gecodeerd
Door deze ontwikkeling is de communicatie nu ook ongelijktijdig, maar het blijft kleinschalig. Zoals
wanneer iets wordt gelezen is dit ongelijktijdig met het moment waarop het is geschreven. Het blijft
kleinschalig doordat er geen grote producties van werden gemaakt.
Gevolgen
De gevolgen van de documentatie van het schrijft zijn te zien in o.a.
Religie
Wetenschap
Filosofie
Taal
Bepaalde religies kunnen nu opgetekend worden en verspreid worden over de wereld. Het jodendom,
christendom en de islam zijn voorbeelden van schriftreligies.
,Bij de wetenschap kon er voor het eerst gedocumenteerd worden waar zij mee bezig waren wat
vervolgens weer kon worden doorgegeven. Hierdoor kon een ander verder met de informatie van een
ander.
Individuele studies met rationeel en zelfstandig denken, mensen kunnen zelf zeggen wat ze denken.
Verbale taal kent een minder woordenschat dan het schrift door het symbolisch abstracte begrip op te
schrijven en alfabetiseren van de cultuur blijft de woordenschat toenemen.
Orale cultuur Schriftcultuur
Local village Global village
Connection-oriented (gelijktijdige communicatie) Connectionless (ongelijktijdige communicatie)
Memoriseren Actief rationeel denken
Jagers en verzamelaars Grieken en Romeinen
Collectieve orale traditie Individuele studie van teksten
, Mediarevolutie boekdrukkunst
De tweede mediarevolutie
Rond 1450
Gutenberg ontwikkelt de stalen letterpers
Pers is accuraat en snel
150 kopieën per keer -> massaproductie
Informatiemonopolie van de kerk werd doorbroken doordat er meer boekdrukken beschikbaar werden
voor iedereen. Hierdoor konden de mensen een eigen interpretatie van de geschriften maken, meer
zelfstandigheid.
De kerk had dus te vrezen van de boekdrukkunst. Mensen (die konden lezen) waren niet meer afhankelijk
van de interpretatie van de rooms katholieke priesters wat betreft religieuze teksten. Dit had de
reformatie tot gevolg, geleid door Maarten Luther, Johannes Calvijn en andere vroegere protestanten,
wat een nieuwe stroming (protestantisme) creëerde.
Maarten Luther spijkerde zijn 59 stellingen op een rooms katholieke kerkdeur (1590). Door de
boekdrukkunst wisten deze stellingen zich door heel Europa te verspreiden.
De kerk wilde niet mee gaan in deze veranderingen en zo ontstond er vijandigheid tussen de twee
stromingen met velen oorlogen tot gevolg. De meest bekende oorlog is de 80-jarige oorlog waar de
protestantse Willem van Oranje het opnam tegen de overheersing van het rooms katholieke Spanje.
Verdere gevolgen zagen we ook in boekverbranding en de beeldenstorm. Doordat steeds meer mensen
toegang kregen tot meer kennis van wegen de boekdrukkunst zagen we dat er een revolutie ontstond
waarbij dezelfde boeken weer verbrand of gecensureerd werden.
Quote van Maarten Luther (1483-1546) “Boekdrukkunst is een godsgeschenk”
De nieuwe druktechnieken zijn de drijfveer achter de modernisering vanaf ca. 1500
Er werd meer kennis verspreid doordat kennis werd opgetekend en kon worden gedeeld met bijv.
andere wetenschappers.
Dit geld ook voor het verspreiden van ideeën en idealen wat nu kon worden spreidt en gedeeld
met de medemens.
De verspreiding van boeken in eigen landtaal zorgen ervoor dat meer mensen het begrepen en
konden lezen.
Er gaat hier ook veel geld in om door het produceren, kopen en verspreiden van de boeken.
Handelskapitalisme is een economisch systeem wat ontstond in rijke steden als noord
Vlaanderen. Door handel te drijven ontstonden er bedrijfstakken als de scheepsbouw. Door de
grote ontdekkingsreizen rond 1500 ontstond er een wereld weide handel.
Er werden meer ideeën verspreid die ingingen tegen de heersende moralen van de machthebbers. Veel
kennis werd verboden verklaart en werd dus ook onderdrukt waardoor het niet altijd mogelijk was om in
elk land boeken te drukken. Je mochten alleen iets laten drukken als de overheid het eens was met de
inhoud. Amsterdam had daarentegen een relatief grote vrijheid wat met de koopmansgeest te maken
had. Door de boekdrukkunst en de daardoor opkomende handel in boeken was dit erg
winstgevend(lucratief). Hierdoor werden veel boeken in Holland gedrukt, ook wel bekend als ‘het
Hollands wonder’. In de 17e eeuw kwam bijna 50% van alle boeken uit Holland. Veel rijkdom van
Amsterdam heeft dan ook te maken met de boekdrukkunst.
Dit had weer effect op de communicatie vormen. Er was hierdoor veel connectionless (ongelijktijdige
communicatie) en broadcast (grootschalig) communicatie.
Noem een aantal verschillen tussen de 1e en de 2e mediarevolutie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller renske_simone. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.