Wat is organisatietheorie?
Theorie = praktijk; leer of regels die de basis vormen van een wetenschap, kunst of techniek.
Organisatie = zijn er velen van, weten wat het is.
Organisatietheorie:
- Veel makers van theorie (Veel theorie door veel verschillende mensen gemaakt)
- Wordt in verschillende situaties gebruikt
- Gaat over meerdere “organisatieproblemen”, bijv. ziekte
- Gaat over allerlei soorten organisaties
Theorieën ontstaan in Industriële Revolutie:
- Grote fabrieken --> grote organisatie
- Met vele mensen --> goede theorieën
- Overheid wordt ook groter --> niet alleen grote fabrieken
- Theorie uit fabrieken en overheidsinstellingen
- Gezondheidszorg ook groter --> veel mensen wonen bij elkaar, breekt snel iets uit
- Hetzelfde met school, mensen hadden kinderen
Wie maken het? (veel makers!)
- 1e makers: technici, ingenieurs (1850)
- Bedrijfskundigen, bedrijfseconomen (1880)
- Sociologen --> grootste 1e socioloog: Max Weber (1900)
- Gedragswetenschappers (1940)
- Politicologen, bestuurskundigen (1950)
Verschillende situaties
Gebruik organisatietheorie:
- dag in, dag uit
- reorganisatie
- in onderwijs situaties --> voorbereiden
- bij (organisatie) onderzoek
- organisatie – advies/consultancy
Alle theorieën gaan over meerder organisatieproblemen zoals:
- Organisatie en management
Hoe structureer je organisaties
Hoe manage je organisaties
- Management en leiderschap
Managers doen dingen goed en leiders doen goede dingen (Kotter 1988)
Je wordt niet alleen een manager of alleen een leider. Je moet allebei de kwaliteiten
hebben.
- Organisatieproblemen (Keuning & Eppink, 2011)
Structureringsprobleem
Interne afstemmingsprobleem
Externe afstemmingsprobleem
- delegeren --> manager (Minzberg)
- leiderschap: ‘begin met einde voor ogen’ (Covey)
1
,Denk niet dat de organisatiewereld uit managers en leider bestaat. Niet één van de twee
leren. Manager moet ook kunnen leiden en andersom.
Organisatieproblemen:
1. Structureringsprobleem
Zorgen dat er een structuur is. Alles op elkaar afgestemd.
2. Interne afstemmingsprobleem
3. Externe afstemmingsprobleem
Organisatietheorie moet worden toegepast in allerlei soorten organisaties. De theorieën
moeten in elk van deze organisaties werken. Het gaat dus over allerlei soorten organisaties:
- in private sector: particulier, winst (Nike, Phillips)
- in publieke sector: meestal overheid, brandweer, ziekenhuis, kerk (ziekhuis, HvA)
- in semi-publieke sector: zit er tussen in, sportbonden etc. (Scholen, sportorganisaties)
Zijn theorieën die hieruit zijn ontwikkelt.
Sportorganisaties:
Hebben we specifieke andere (organisatie) theorie nodig voor sportorganisaties?
Sport is hel anders: één van de weinige sectoren waarbij je je concurrent niet weg wilt
concurreren, maar keihard nodig hebt. Bijvoorbeeld Ajax – Feyenoord.
In het begin van sportmanagement is erop gewezen dat het hele andere sector zou zijn dus
speciaal mensen voor ging opleiden. Verhaal vrijwilligers, bestuur etc. De dag van nu
realiseren we dat er wel sectoren zijn met dezelfde theorieën. Gaat erom welke theorie je in
welke situatie gebruikt.
Organisatietheorieën:
- Body of knowledge
Verschillende meningen over organisatietheorie:
- Interdiscipline (Uit verschillende vakgebieden)
Of
- Integratie en synthese
- Kan op meerdere manieren
- Wij doen het al Bolman&Deal
Les samengevat:
1. Er is veel theorie
2. Als er heel veel theorie is, kan je er niets mee of juist wel 1 verhaal van maken
3. Hoe gaan we dat doen?
4 frames/kaders centraal
- Structuurkader
- Human-rescourcekader
- Politieke kader
- Symbolische kader
Wat is een Kader / frame
- Je kunt ze gebruiken als een mentale landkaart. Als je die 4 kaders in je hoofd heb,
kun je bedenken dat delen van theorie in bv de structuurkader zit, of HR kader, enz.
Mentale landkaart om het ‘terrein’ te kennen en verkennen – hoe beter de kaart,
hoe makkelijker het is om te weten waar je bent en waar je naar toe moet.
2
, - Het zijn ook vensters (of bril). Laat sommige dingen zien, maar anderen niet.
Bijvoorbeeld als je een complex probleem oplost, dat je je focust op een deel van
het probleem. Dit oplost en daarna pas verder gaat kijken.
Je kijkt door een bril/venster, een deel zie je wel en een deel zie je niet. Kijk eerst en
focus daarna met de bril. Kijk alleen naar de structuur. Focus je daar op.
Vervolgens zet je dat kader op zij, en doe je je human-resource bril op. Focus je op
een deel van wat er aan de hand is. Je kijkt alleen naar de mensen. Ik weet dat er
nog meer aan de hand is (bijv met de structuur) maar ik focus me alleen op de
mensen. Politieke kader gaat over vriendjespolitiek soms binnen organisaties,
machtspelletjes die niet een onderdeel zijn van de officiële structuur. Politieke kader
kijkt naar of er nog andere dingen aan de hand zijn.
Misschien is er wel een cultuur probleem.
- Management tool
Het zijn kaders/vensters die managers kunnen gebruiken (in de praktijk) Om
alledaagse praktijk van organisatie problemen op te lossen en zaken voor elkaar te
krijgen.
- Kader als gereedschap – effectiviteit is afhankelijk van keuze van juiste gereedschap
en weten hoe het te gebruiken.
- Structuurkader
Als je door je structuur bril kijkt, zie je dat iemand van de sales niets te vertellen
heeft over de ICT. Dat is niet handig. De structuur is nooit aangepast terwijl het
bedrijf wel groeide, dan heb je dus een structuur probleem. Dit kan ook een
probleem zijn bij de verkoop van kaartjes. Dit kan zorgen voor dat er ergens iets niet
loopt. Misschien kan je het probleem dan oplossen, maar misschien is er meer aan
de hand
Er is een structuurprobleem wanneer iemand die bij de sales werkt, geen kennis
heeft over de ICT. Dit zie je wanneer je door je structuurkader bril kijkt.
- Human-resourcekader
Kijken naar de mensen op de afdeling die de kaartjes verkopen. De afdeling bestaat
al wat langer misschien zitten er wel mensen op plekken dingen te doen waar ze niet
zo goed in zijn. Misschien waren ze ooit goed in enveloppen sturen met kaartjes.
Maar misschien gaat het niet meer nu alles digitaal gaat en hebben ze andere
vaardigheden nodig als mens om dit goed te doen. Hoe kan je dit oplossen?
Je kan bijscholen of ontslaan. Andere functie geven. Wat is bij mensen nog
belangrijker dan de kennis hebben over het werk? -> motivatie. Het probleem zou
ook kunnen zijn dat mensen ergens werken en het best wel kunnen maar nooit
erkenning krijgen. Ze krijgen alleen te horen wanneer het fout gaat en niet hoe goed
ze het doen. Daardoor denken ze bekijk het maar, doe het zelf maar. Misschien los
je het op maar er kan ook weer iets anders zijn
- Politieke kader
Bij je politieke bril kijk je naar politieke spelletjes. Dit is wat organisaties doen wat
lijkt op de politiek in Den Haag. Het kader kijkt niet naar structuur en mensen, maar
hoe de mensen elkaar proberen af te troeven, beter proberen te zijn, misschien ten
koste van de organisatie. Misschien is iemand binnen gekomen toen internet net
kwam hij of zij is misschien niet zo technisch maar weet er wel iets van. Misschien
denkt diegene wel als we 1 of 2 jaar onze target niet halen dan moet misschien mijn
baas wel weg en aangezien ik heb laten zien dat ik erg goed ben kan ik dit misschien
wel overnemen. Niemand heeft door dat ik bewust de resultaten slecht laat zijn
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sblank428. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.53. You're not tied to anything after your purchase.