100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting hoofdstuk 2 Basisboek Recht. $4.28   Add to cart

Summary

samenvatting hoofdstuk 2 Basisboek Recht.

3 reviews
 242 views  28 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting hoofdstuk 2 Basisboek Recht voor het tentamen SJW 2. Hanzehogeschool

Preview 3 out of 21  pages

  • No
  • Hoofdstuk 2
  • September 16, 2021
  • 21
  • 2020/2021
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: meikebeuk • 1 year ago

review-writer-avatar

By: kekeroorda • 2 year ago

review-writer-avatar

By: lennardfeenstra • 3 year ago

avatar-seller
SAMENVATTING HOOFDSTUK 2 BASISBOEK RECHT

2.1 INLEIDING PRIVAATRECHT

Het materiële privaatrecht geeft aan welke rechten en plichten (rechts)personen onderling kunnen
hebben. Het geeft ook aan wat de gevolgen zijn indien iemand de rechten van een ander schendt.
Het formele privaatrecht, ook wel het burgerlijk procesrecht geeft aan op welke wijze het materiële
recht gehandhaafd kan worden.
Het materiële privaatrecht is voor een belangrijk deel geregeld in het Burgerlijk Wetboek.

- (Subjectieve) vermogensrecht: rechten die tot het vermogen van rechtssubjecten behoren,
omdat zij een bepaalde geldswaarde vertegenwoordigen. (Boek 3,5,6 van het BW)

Het vermogensrecht kan verdeeld worden in:
1. Verbintenissenrecht
2. Goederenrecht

Verbintenissenrecht:
- heeft vooral te maken met verbintenissen: vermogensrechtelijke relaties tussen twee of meer
(rechts)personen.
- deze relaties verplichten de één een bepaalde prestatie te verrichten waarop de ander recht heeft.
- de overeenkomst vormt daarbij een van de belangrijkste bronnen waaruit verbintenissen kunnen
ontstaan
- open stelstel: partijen zijn, voor zover zij niet in strijd handelen met dwingend recht, nagenoeg vrij
om te bepalen welke verbintenissen zij in het leven willen roepen. Contractvrijheid.


Goederenrecht:
- heeft betrekking op goederen en met name op de relatie tussen (rechts)personen en een goed.
- regelt onder andere wie er rechten kunnen uit oefenen met betrekking tot een bepaald goed, welke
rechten dit kunnen zijn, welke mate van zeggenschap over het goed deze rechten geven, hoe deze
rechten op goederen kunnen worden verkregen en hoe deze verloren kunnen gaan.
- gesloten stelsel: het is niet toegestaan dat partijen zelf andere goederenrechtelijke rechten creëren
dan die in de wet staan.

, 2.2 RECHTSHANDELING




- Rechtsfeiten: alleen die feiten die voor het recht van belang zijn. Aan dergelijke feiten
verbindt het recht rechtsgevolg.
- Ander feit: dit zijn feiten die voor het recht niet van belang zijn omdat de rechtstoestand
daardoor niet wordt gewijzigd (er zit geen rechtsgevolg aan).

Rechtsfeiten kun je onderverdelen in blote rechtsfeiten en menselijk handelen.

- Blote rechtsfeiten: rechtsfeiten waarbij het rechtsgevolg intreedt zonder dat daarvoor een
menselijk handelen, van de betrokkene zelf, nodig is. Bijvoorbeeld: meerderjarig worden,
overlijden etc.

Bij menselijk handelen is voor het intreden van het aan een rechtsfeit verbonden rechtsgevolg
menselijk handelen nodig. Menselijk handelen kun je onder verdelen in rechtshandelingen en
feitelijke handelingen.

- Rechtshandeling: er is sprake van een rechtshandeling wanneer de menselijke handeling
gericht is op het intreden van dat rechtsgevolg.
- Feitelijke handelingen: treedt het rechtsgevolg in zonder dat de menselijke handelingen
gericht is geweest op het intreden van dit rechtsgevolg, dan is er sprake van een feitelijke
handeling. Feitelijke handelingen worden onderscheiden in rechtmatige en onrechtmatige
daden.

, Rechtshandelingen kun je onderverdelen in meerzijdige en eenzijdige rechtshandelingen.

- Eenzijdige rechtshandelingen: wanneer de wilsverklaring van één persoon voldoende is voor
het ontstaan van het rechtsgevolg.
- Meerzijdige rechtshandelingen: wanneer voor het ontstaan van een rechtsgevolg de
wilsverklaring van twee of meer personen nodig is.

Eenzijdige rechtshandelingen kunnen worden onderscheiden in gerichte en ongerichte
rechtshandelingen.

- Gerichte: wanneer de wilsverklaring zich richt tot een of meer bepaalde andere personen.
- Ongerichte: rechtshandelingen die niet tot een of meer bepaalde andere personen gericht
zijn.

Moment waarop de rechtshandeling werking heeft:
bij een gerichte rechtshandeling op het moment dat de rechtshandeling de andere persoon heeft
bereikt.


- Nietige rechtshandeling: een nietige rechtshandeling is een rechtshandeling die niet geldig is
en ook nooit geldig is geweest. De rechtshandeling bestaat in dat geval niet.
- Vernietigbare rechtshandeling: is er sprake van vernietigbaarheid, dan mag degen die tot
vernietiging bevoegd is, beslissen of hij de rechtshandeling wil vernietigen of in stand wil
houden.
Een vernietigbare rechtshandeling is en blijft geldig, zolang deze niet is vernietigd.

Wie een rechtshandeling verricht of een overeenkomst sluit waarvan later blijkt dat deze nietig is of
die naderhand wordt vernietigd, zal vaak al prestaties verricht hebben. Het verrichten van dergelijke
prestaties wordt aangeduid met de term onverschuldigde betaling. Degen die onverschuldigd heeft
betaald, is gerechtigd het gepresteerde van de ontvanger terug te vorderen.


Artikelen voor ongeldigheid van rechtshandelingen:
- Art. 3:33 de wil stemt niet met de verklaring overeen
- Art. 3:34 geestelijke stoornis
- Art. 3:32 handelingsonbekwaam
- Art. 3:44 en 6:228 wilsgebreken: bedrog, dwaling, bedreiging en misbruik van omstandigheden
- Art. 3:39 en 3:40 strijd met de wet, de goede zeden of de openbare orde

De wil stemt niet met de verklaring overeen:
discrepantie wil en verklaring: degene die stelt dat zijn verklaring niet in overeenkomst is met zijn wil
(door vergissing, verspreking of verschrijving etc.) zal dit moeten bewijzen. Slaagt hij daarin, dan is niet
voldaan aan de eisen van Art. 3:33: zijn verklaring heeft immers niet zijn wil geopenbaard. Het gevolg
is dat de rechtshandeling nietig.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudentje1212. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.28  28x  sold
  • (3)
  Add to cart